Daaldreef
- Vogel gestolen
O,
T E W A N D E L E N
O,
te wandelen onder de aarde
in
witte wintertuinen
van
wortels,
ik
vandaag mijn tegenvoeter van gisteren,
dun
en lichaamloos als een schaduw
door
de aarde voortbewegend;
wie
aan de bomen luistert
hoort
mijn voetstap.
In
de wortels
het
zomers leven schematisch weergegeven,
de
donkere bloedsomloop;
o
te wandelen onder de aarde
waar
vleugelloos
de
vogels der duisternis wonen.
Maar
de vijandige aarde
laat
mij niet levend tot zich toe,
ook
de doorwaadbare plaatsen
-zeldzame
vensters op het licht-
vijvers
en vennen
vriezen
dicht.