INHOUD BOEKEN OP ZONDAG

INHOUD ED SCHILDERS

HOME


PRINT PAGINA
 

Lezen op zee

Wat las Hendrik Marsman aan boord van de Berenice? We weten het niet. Net zo min als we weten of het waar is dat Noach, toen de ark des verbonds zijn voltooiing naderde, tegen vrouw en kinderen riep: "En vergeet niet wat te lezen mee te nemen, het kon wel eens lang gaan duren."

Wat de Engelse dichter Percy Shelley aan boord van de zeilboot Ariel las, weten we wel. Drie dagen na de schipbreuk spoelt de verdronken dichter aan op het strand van Via Reggio. Zijn vrienden, ook niet de minste schrijvers, Byron en Trelawny identificeren zijn lichaam.

In de zakken van Shelleys jas vindt Trelawny een uitgave van Sophokles, en een exemplaar van John Keats' nieuwste boek, opengeslagen bij het gedicht The Eve of St. Agnes.

Zee-lezen. Ik kan het niet. Ik word al zeeziek als ik Moby Dick lees, laat staan dat ik op zee zou kunnen lezen. Shelley kon het wel. Trelawny schreef bij gelegenheid van een minder dramatisch zeereisje, dat Shelley "zoals gewoonlijk" een boek in de hand had, en dat hij kon navigeren en lezen tegelijk.

In Londen kocht ik de roman Sophie's Choice. Aan boord van een drijvend massagraf, terug naar Nederland over de Noordzee, bleek mijn maag sterker dan mijn voornemen om acht uur lang stevig door te lezen. Ik kan niet kotsen en lezen tegelijk.

Hoeveel boeken zouden er al op zee gebleven zijn? Talloze bijbels zijn door onze zeevarende voorouders over de railing van klippers en driemasters op de golven gegooid om stormen te bedwingen. Als Neptunus leest, kan hij niet tegelijk stormen.

Soms heeft Neptunus geen zin in lezen. Bijvoorbeeld toen Hendrik Marsman op de Berenice overstak van Bordeaux naar Engeland. Dan neemt Neptunus' drietand de vorm aan van een Duitse torpedo. Of toen drukker (oprichter van de Roycroft Press) en filosoof Elbert Hubbard in 1915 aan boord van de Lusitania door de Ierse zee voer. Duitse torpedo. Maar wat las hij?

Het zijn niet altijd Duitsers. Harry Widener, Amerikaan en toch boekenvriend, kocht bij Quaritch in Londen een exemplaar van Bacons Essayes. Waarschijnlijk las hij die niet aan boord van de boot naar New York. Hij zei: "Die kleine Bacon doe ik in mijn binnenzak, en als we zinken, gaat hij met me mee." En hij ging

aan boord van de Titanic. Het is waarschijnlijker dat Widener een boek van Robert Louis Stevenson las. Hij kende het bijna uit zijn hoofd; hij reisde nooit zonder Treasure Island. Widener is legendarisch, maar in het algemeen zou ik wel een antwoord willen op de vraag hoeveel boeken zich aan boord van de Titanic, de

Berenice, en de Lusitania bevonden (het goud van de laatste kan me gestolen worden). Wat een prachtige boekenlijst zou dat zijn. Want boeken zijn, denk ik, de "unvalued jewels" waarover Shakespeare schrijft in Richard III: "All catt'red in the bottom of the sea." Dat is geen fantasie: een van de papieren passagiers aan boord van de Titanic was een met edelstenen bezet exemplaar van Omar Kayaam's Rubaiyat.

"Welkom aan boord van ons schip. Mag ik uw naam, het adres van een naaste verwant die we zullen waarschuwen in geval van schipbreuk, en de gegevens van de boeken die u op deze reis denkt te lezen?" Ik vul het formulier in, inclusief de ISB-nummers. Wat zou zo'n lijst mooi zijn om te lezen, zelfs als het schip niet

vergaat.

Er is me slechts één zwarte doos van het zee-lezen bekend. In 1932 werd het wrak gelicht van de Egypte, voor de kust van Brest. Eerst werd vijf miljoen dollar aan goud en zilver geborgen, toen de boeken. Een Bijbel uit iedere hut, een woordenboek, een Paradise Lost van Milton.

In een antiquariaat kocht ik een snipper papier: de hierbij afgebeelde prent. Man in water leest boek. Hij is de ultieme demonstratie van de betrouwbaarheid van het reddingskussen waarop we hem zien drijven. Ultiem, want je kunt er bij zee-lezen.