INHOUD BOEK- BESPREKINGEN
INHOUD ED SCHILDERS

HOME

CuBra


Print deze Pagina

Deze bespreking verscheen oorspronkelijk in het de boekenbijlage Cicero van de Volkskrant

Ed Schilders
Eindelijk: een bloemlezing kannibalisme

Ik vreet je op – Klein vademecum van het kannibalisme

Willem Winters

Steven Sterk uitgevers; 96 pagina’s; EURO 15,00

ISBN 978 90 5615 146 1

 



Uit: Christian Guy, Almanach historique de la gastronomie française (1981)

Volgens sommigen smaakt het naar gepofte kastanjes, andere ervaringsdeskundigen houden het op de smaak van kalkoen met noten. De meest exquise proeverij is die van Mgungu in Tama Janowitz’s roman Een kannibaal in Manhattan: ‘Heel mals en sappig, zoiets als kikkervisjes die een paar minuten zachtjes gesauteerd zijn of gefrituurd.’ Ook op de vraag wat het smakelijkste onderdeel is van het menselijk lichaam bestaat geen eenduidig antwoord. De dijen van de man en de borsten van de vrouw worden genoemd, alsmede wangen en handpalmen. De weke delen dus, maar daarnaast lijkt er een kannibalenkeuken te zijn die meer gericht is op het kluiven van tenen en vingers. Ook worden voetzolen door sommigen hooglijk gewaardeerd, mits opgediend met rijst.

Ik vreet je op van Willem Winters is een verzameling citaten en notities over kannibalisme in de ruimste zin van het woord. Romanciers, ontdekkingsreizigers, antropologen, criminologen, een enkele chef, en Mick Jagger zijn de bronnen, en Winters heeft dat materiaal alfabetisch geordend op vrij willekeurig gekozen trefwoorden. Heel veel meer dan zijn lezers amuseren, heeft hij blijkbaar niet beoogd. De details zijn soms walgelijk, maar onverwachts genoeg blijkt er ook veel te glimlachen, bijvoorbeeld als openhartige inboorlingen de blanke ontdekkingsreiziger met de hand op het hart verzekeren dat ze zelf echt geen mensen eten, maar wel iemand kennen die dat doet of heel vroeger wel eens gedaan heeft. Het is de humor van de overbekende cartoons (Winters had er best een paar mogen afbeelden) waarin weldoorvoede kannibalen, botjes door het neusschotje, de missionaris op smaak brengen.

De auteur presenteert zijn collectie bescheiden als een ‘klein vademecum’ in de ondertitel, en als een ‘eerste inventarisatie’ in het voorwoord. Toch is het vreemd dat ‘Kannibalisme’ als trefwoord ontbreekt. Volgens etymoloog De Vries danken we het begrip aan Columbus, die het afleidde van de Caniba, een mensetende volksstam op Cuba.