INHOUD COLUMNS BRABANTS DAGBLAD
INHOUD ED SCHILDERS

HOME

CuBra

Deze column verscheen oorspronkelijk in het Brabants Dagblad / Tilburg Plus van 7 februari 2008

Ed Schilders
Voorbij?


De dingen veranderen, en soms gaan ze voorbij. Die oude waarheden werden afgelopen zaterdag weer eens duidelijk geïllustreerd door de foto van de gebedsruimte in een nieuwe, tijdelijke moskee in Tilburg. Die is gevestigd in het gebouw waar vroeger de Theologische Faculteit gevestigd was, en de gebedsruimte bevindt zich in de leeszaal van wat de bibliotheek was. Ik ben daar vaak geweest, totdat faculteit en boeken verhuisd werden naar de universiteit. Daar linksboven, bij die brandslangen, daar zat ik vaak, want daar stond de rijke verzameling aan biografische woordenboeken. Waar ooit de vele volle kasten stonden, liggen nu mooie groene gebedsmatjes voor de gelovigen. De boeken zijn voorbijgegaan, maar het blijft hier vol van woorden.

De heer Van der Meer was in die bibliotheek titelbeschrijver en beheerder van het toen nog papieren systeem. Hij wist niet véél, hij wist alles. Dankzij hem heb ik bijvoorbeeld een rooms kookboekje gelezen, waaruit ik leerde dat mevrouw Schilders tijdens de vasten gerust beverstaarten mag bereiden, want beverstaarten zitten altijd onder water, en vallen dus niet onder vlees maar onder vis. De heer Van der Meer was missionaris van het Heilig Hart (MSC) geweest op de Filippijnen. Als MSC’er had hij ook pater Piet Cools goed gekend, een autoriteit op het gebied van kloosterbibliotheken. Toen Tilburg een theologische faculteit kreeg was Cools de aangewezen man om de bibliotheek samen te stellen. Hij deed dat door boeken te verwerven uit de bibliotheken die hij eerder zelf had helpen vullen. Dat is de geschiedenis achter de lege ruimte die ik op die foto zag.

Later leerde ik nog andere MSC’ers kennen. Pater Schreurs, die een paar standaardwerken over de Filippijnen schreef. En pater Geurts, die op zijn oudere dag de collectie devotionalia beheerde die zich toen op de zolder bevond van het Missiehuis aan de Bredaseweg (zou die collectie ook al voorbijgegaan zijn, net als het Missiemuseum dat hier ooit gevestigd was?) ‘Ik weet niet wie u bent,’ sprak Geurts. Ik zat in de zon op het terras achter het MSC-gebouw, met uitzicht op de prachtige kloostertuin. Pater Geurts had sinds onze laatste ontmoeting veel last gekregen van voorbijgang in zijn geheugen. ‘Maar u bent van harte welkom.’ We wandelden door de tuin, en stonden stil bij het begraafplaatsje, het hoekje van de oude paters die voorbij zijn gegaan.

Nog even, en het gebouw van de MSC zal geen paters Rooi Harten meer herbergen. In een ingezonden brief in de zaterdagkrant waarschuwt stadsgids en Tilburg-kenner Gerard Otten met grote vreze tegen het gevaar dat hier op de loer ligt: het einde van die prachtige kloostertuin. En ik vrees met hem mee. Want als verandering betaald wordt door projectontwikkelaars, is het vrijwel altijd ook definitief voorbij.