INHOUD COLUMNS BRABANTS DAGBLAD
INHOUD ED SCHILDERS

HOME

CuBra


Print deze Pagina

Deze columns verschenen oorspronkelijk in het Brabants Dagblad

Ed Schilders
Mijn eigen Canon van de Tilburgse geschiedenis 


Je kunt tegenwoordig nergens meer komen of het woord ‘canon’ wordt afgevuurd. Er is een canon van de vaderlandse geschiedenis opgesteld, en een dergelijke lijst van de belangrijkste momenten uit de geschiedenis van onze provincie is in de maak. Als u een hardcore Brabant-freak bent, kunt u op de website www.brabant900.nl nu al een overzicht vinden van ‘De 25 dagen die Brabant gemaakt hebben’; voor het geval u zou willen weten dat Godfried van Leuven in 1106 markgraaf van Antwerpen werd. Je kunt maar nooit weten of u met die kennis nog eens goed voor de dag kunt komen op een feestje. Mevrouw Schilders en ik hebben gisteren boven de boerenkool nog een meeslepend gesprek gehad over de Slag bij Woeringen en hertog Jan.

Dinsdagavond was ik aanwezig bij een kleine cérémonie protocolaire. In het gebouw voor de amateurkunsten CVA aan de Ringbaan Oost werd het contract ondertekend tussen de Stichting van de Tilburgse Revue en de hoofdsponsor Tiwos. Een hoge Tiwos hield een toespraakje, en warempel, daar ging het weer af: canon. Hij vond de Tilburgse revue belangrijk voor de Tilburgse canon. Het duurde even voor ik het met hem eens was, maar toen gaf ik hem groot gelijk. De beste canon is een canon die dicht bij de burger blijft. Ik begin nu dus maar aan deel 1 van mijn eigen Tilburgse canon. Voordat onze stad in handen valt van historici.

709 – Willibrordus – Krijgt van Graaf Engelbert land en goederen. De akte wordt opgemaakt in ‘de Tilburgen’. Dit is de oudst bekende vernoeming van Tilburg op schrift.

1689 – Kruikezeiker - Uit dit jaar dateert het oudste document waarin ‘warm stinckende pis’ genoemd wordt als grondstof voor bewerkingen in de textiel.

1814 – Willem II – komt als kroonprins voor het eerst in Tilburg. Hij zou er eigenlijk nooit meer weg gaan.

1900 – Marietje Kessels – De elfjarige dochter van een Tilburgse fabrikant van muziekinstrumenten wordt vermoord in de kerk van de parochie Noordhoek. De dader is nooit veroordeeld.

1914 – Theo van Doesburg – wordt in 1914, als de Eerste Wereldoorlog uitbreekt, in Tilburg ingekwartierd, en smeedt met Antony Kok de eerste plannen voor de stroming die de geschiedenis zal ingaan als ‘De Stijl’.

1923 – Jan Pijnenburg – koopt zijn eerste racefiets met geld dat hij verdiend heeft als verkoper van versnaperingen op de Tilburgse wielerbaan De TWEM. De baan gaat al snel failliet, maar Jan wint overal ter wereld baanwedstrijden.

1929 – Lowieke Westland – zijn open beenwond geneest wonderbaarlijk na besprenkeling met water uit de put van Peerke Donders in Tilburg Noord. Peerke wordt in 1982 zalig verklaard.


2

Op het begin van mijn eigen ‘Canon van de Tilburgse geschiedenis’, vorige week, kreeg ik reacties die uiteenlopen van ‘stoppen met die onzin’ tot ‘neem deze persoon op’. Vandaag doe ik beide. Na twee afleveringen moge het wel duidelijk zijn dat ik, als liefhebber van onze geschiedenis, minder geniet van de slag bij Woeringen, gewonnen door Hertog Jan, en meer van de meiliederen die door diezelfde Jan geschreven werden. Want behalve dat hij een vechtersbaas was, schreef hij ook gedichten. Bijvoorbeeld dat hij in de maand van mei in een boomgaard komt en daar drie schone dames ziet. De ‘alderscoenste’ van die drie wil hij omhelzen, en ‘te selver stont/ Ic woude se cussen an haren mont’. Maar dat lukt hem niet. Zij zegt: ‘Laet staen, laet staen, laet staen’. Ik bedoel: dŕt zijn de grote historische momenten!

Lezers bleken een voorkeur te hebben voor opname in de Tilburgse canon van: de fraters van Tilburg, de zusters van liefde, de kapucijnen, en zelfs de oblaten van Franciscus van Sales. Die hebben hun verdiensten, dat is zeker, maar ik had er graag een moment en een daad bij gekregen. Een al dan niet geslaagde kus, bijvoorbeeld, of de dag waarop ze een meilied zongen onder de Hemelse lindeboom. Ik hou me alsnog aanbevolen. Hier volgen nog wat suggesties mijnerzijds.

1868 – Jacques Urlus is één jaar oud als zijn ouders (Tilburgse moeder) besluiten om vanuit Duitsland naar Tilburg terug te keren. Urlus wordt lid van de ‘Korvelsche Zangvereniging’, een ster bij de Nederlandsche Opera, en werkt met Toscanini en Caruso op alle concertpodia van de hele wereld.

1899 – Rudolf Diepen, textielfabrikant, koopt een fiets, laat zich daarop fotograferen en wordt de talk of the town van trendy Tilburg.

1944 – Coba Pulskens helpt onderduikers, onder andere door met hen een pilsje te gaan pakken in het café om de hoek, waar ook Duitse militairen hun dorst lessen.

1958 – Henny Vrienten schrijft zich in om gitaarles te krijgen bij Bill Coolen.

1969 – Cees Becht. Pas in 1965 geeft het gemeentebestuur eindelijk toestemming dat Tilburg carnaval in het openbaar mag vieren met een opstoet. Het zal dan echter nog vier jaar duren voordat burgemeester Becht voor het eerst in het openbaar een blauwe kiel durft te dragen.

1994 – Gerrit Brokx draagt de geruite jas van Olivier B. Bommel als hij op de Heuvel door zijn roeptoeter opdracht geeft dat de lindeboom gesloopt moet worden. Wethouder Frits Horvers staat erbij en kijkt ernaar als Tom Poes die de list verzonnen heeft.

Aan mijn canon van de Tilburgse geschiedenis hoeft u nu nog maar één jaartal toe te voegen. Dat is het jaar waarin u in Tilburg werd geboren, of in Tilburg kwam wonen. Dit is een zeer belangrijk onderdeel van mijn canon. Want vanaf dat moment is onze stad nooit meer hetzelfde geweest. Ik wil maar zeggen, de canon van de geschiedenis, dat zijn u en ik.

 

Met dank aan Ko de Laat voor informatie over Jacques Urlus en H. Vrienten.