vignetenkleur.jpg (4514 bytes)

INHOUD

VOLGENDE

VORIGE

thcoverenchiridion.jpg (2676 bytes)

AFBEELDING

vignetc.jpg (2292 bytes)

HEMEL & AARDE

door ED SCHILDERS

logo.jpg (12658 bytes)

Rituelen
Lijfspreuk - Maak leeg! - Censuur - Vuur - Bibliomantie - Ariostomantie - Malagrida


Gedurende de dertig jaren die aan zijn keizerschap voorafgingen, droeg Aurangzeb van India (1619-1707) altijd zijn exemplaar van de Koran onder zijn arm geklemd, zelfs als hij sliep.

Toen Dom Vitale Zuccolo, een Italiaanse priester uit de zestiende eeuw, in Padua stierf, kon niemand zich herinneren hem ooit zonder zijn brevier en schrijfmateriaal te hebben gezien.

Het lijfboek van Paul Scarron sr., die beroemd gebleven is door zijn zoon, de dichter, was een bundeling van de brieven van Paulus. Hij droeg het boek de laatste decennia van zijn leven bij zich en las er bij iedere gelegenheid in.

De Italiaanse dichter Petrarca had altijd, ook op zijn tocht naar de top van de Mont-Ventoux, een exemplaar van de Belijdenissen van Augustinus bij zich.

Het is heel eenvoudig: je gelooft in boeken of niet.

Boeken alleen zijn echter nooit genoeg. De lezer moet ook zichzelf overstijgen. Liever gezegd: hij zal geen lezer meer zijn, maar leren leven met het boek. Hij moet het werk aanraken, ermee slapen, het uit het hoofd leren, de Mont-Ventoux beklimmen, en desnoods passages hardop citeren bij volle maan.

Het grenzeloze vertrouwen in religieuze boeken komt misschien het best tot uiting als we een schemergebied van het religieuze bijgeloof betreden. Het boekje Enchiridion Leonis papae (Handboekje van paus Leo) is daarvan een klassiek voorbeeld. Het bevat ongeveer honderd magische, toverachtige formules en spreuken die als talisman gebruikt konden worden, met name door reizigers. De paus die het boekje zou hebben samengesteld was Leo III (paus van 795 tot 816). Iedere gelovige die de rituelen van het Enchiridion volgde, wist zich voor enige tijd gevrijwaard van de meest uiteenlopende rampspoed. Het woord was talisman, het gebed voorbehoedmiddel.

Het Enchiridion, dat ook door alchemisten gewaardeerd en gezocht werd, werd in de zestiende en zeventiende eeuw minstens zesmaal uitgegeven vanuit Rome, Lyon en Mainz. Het bevat bijvoorbeeld een lange tekst die door Adam zou zijn uitgesproken toen hij aan de poort stond van de hel of het vagevuur (daar was men het in die tijd nog niet over eens). Wie het afschrift van deze tekst bij zich droeg in de oorlog, zou "niet gedood worden door wie dan ook", en de reiziger die er zeventig dagen mee rondliep "zal niet aangevallen worden door dieven".

Wilde deze talisman effectief zijn, dan moest wel een lang ritueel afgewerkt worden. De tekst moet driemaal worden opgezegd, en wel "de eerste donderdag van de wassende maan, vóór zonsopgang, en driemaal voordat men gaat slapen, in het uur van Jupiter". De volgende dag, een vrijdag, moest men de tekst overschrijven op "wit, maagdelijk perkament, met een nieuwe pen en nieuwe inkt". Daarna moest men psalm 118 opzeggen, het papier bewieroken en op het lichaam bij zich dragen.

Dergelijke geschreven amuletten of talismans zijn, ondanks de weerstand van de kerkelijke overheid, ongelooflijk populair geweest. Ze waren de reisverzekering van pelgrims, de levensverzekering van soldaten, de huis-, tuin-, en keukenarts van het gewone volk, de huwelijksadvertentie in een tijd zonder kranten. Collin de Plancy wijst met vele andere vakgenoten op de banden die het christendom in dezen heeft met andere religies en culturen. "Men maakte", schrijft Collin de Plancy, "amuletten van stukjes papier met daarop regels uit de heilige schrift." Elders in zijn dictionaire beschrijft hij hoe de voor-christelijke joden dergelijke stroken perkament of papyrus aan hun mouwen of om hun hoofddeksel droegen ten einde gevrijwaard te blijven "van allerlei ongelukken".

Het begin van het Evangelie volgens Johannes zou in die traditie goede diensten bewezen hebben als "voorbehoedmiddel tegen donder en bliksem." De woorden moesten op perkament geschreven worden op de eerste zondag van het jaar, één uur voor zonsopgang, waarna ze verborgen moesten worden in de holte van een ganzeveer. Een heel gedoe nog, maar dan is men wel verzekerd tegen al het kwaad waardoor een mens gekwetst kan worden.

Over de roomse wetgeving met betrekking tot zulke amuletten meent Collin de Plancy dat de wetten minder streng waren waar het bijbelpassages betrof, en dat het de zorg van de priesters was "dit misbruik tegen te gaan". We mogen daaraan toevoegen dat het met de amuletten, talismans en spreuken net zo gesteld was als met de relieken van heiligen: hoewel de moederkerk haar uiterste best deed het ongecontroleerde gebruik door het volk aan banden te leggen, was er tot aan de tweede helft van de negentiende eeuw geen kruid tegen gewassen.


AFBEELDING

Omslag van een herdruk van het Enchiridion Leonis Papae; L'Olivier d'argent, Le Cannet-Rocheville, 1985, gebaseerd op een uitgave uit 1813.

coverenchiridion.jpg (14304 bytes)

Terug naar tekst.

vigneta.jpg (3816 bytes)