Brabants Licht - Theo Hol - Maagd van Guadelupe, Koningin van Mexico

Het is een druilerige dag in Mexico Stad. Voor wat op het eerste gezicht niet meer lijkt dan een flinke brok steen knielt een viertal mannen van middelbare leeftijd. Ze slaan kruisen, buigen hun hoofden en sluiten de ogen. Een enkeling heeft een rozenkrans. Het kapelletje, gewijd aan de Maagd van Guadelupe, beschermvrouwe van Mexico en sinds 1910 bij pauselijk decreet van heel Latijns-Amerika, wordt welhaast bedolven onder kaarsjes, stichtelijke huisvlijt, ex-voto’s en bloemen in kleurige conservenblikken. De mannen betasten en kussen de glasplaat die als een beschermlaag voor de steen is aangebracht. Vijftien jaar geleden werd hij ontdekt bij het graven van een nieuwe metrobuis. Inwerking van mineralen had een patroon doen ontstaan dat leek op een vage afbeelding van de Heilige Maagd. Dagenlang zorgde de ontdekking voor headlines in de pers en alom werd gesproken van een wonder. Duizenden pelgrims stroomden toe en verder graven bleek onmogelijk. Uiteindelijk werd besloten de steen uit te zagen en hem bovengronds in de openlucht te plaatsen vlakbij metrostation Hidalgo, de vindplaats van de steen. Een nieuw bedevaartsoord was geboren.

Klik hier om het vervolg van deze tekst te lezen

In de weken voorafgaand aan 12 december, de officiële feestdag van de Maagd, zijn, vergezeld van haar icoon van overal in het land honderdduizenden pelgrims, soms te voet of per fiets op weg gegaan naar de basilica van Guadelupe in het noorden van Mexico Stad. Daar bevind zich haar portret, geschilderd in Vlaamse stijl, dat de blauwdruk voor alle latere afbeeldingen zou worden. Voor de Mexicanen is het een soort van lijkwade van Turijn. Geschilderd rond 1560 zou het doek nog steeds geen spoor van slijtage vertonen.
De pelgrims steken massaal het kolossale plein voor de basiliek over, soms op hun knieën tot bloedens toe, om zich vervolgens te verdringen op de rolband die hun langs het schilderij voert. Biddend en huilend wordt om bijstand en geluk gesmeekt. Dagloners, geslaagde zakenlui, politici en pooiers, huismoeders en  hoeren, criminelen en  religieuzen, kortom het hele sociale spectrum heeft zo zijn eigen redenen om haar om steun te vragen. Het hele land mag dan immense maatschappelijke en sociale tegenstellingen kennen en politiek tot op het bot verdeeld zijn, over het bestaan van de Maagd van Guadelupe als steun en toeverlaat bestaat bij nagenoeg alle Mexicanen overeenstemming.

Toen de Spanjaarden  bezit namen van de Nieuwe Wereld beseften ze dat voor het succesvol opleggen van het Christendom aan de indianen de figuur van Jezus Christus   daar niet zo geschikt voor was. In bloederige religieuze rituelen offerden de Azteken hun gevangenen aan de goden. Een lijdende Christus aan het kruis paste teveel in de godsdienstbeleving van de onderworpen indianen en de Spanjaarden vreesden dat deze daardoor eerder bevestigd zouden worden in het gelijk van hun eigen religie dan dat ze het Christendom zouden adapteren.
Daarom stuurden ze het verhaal de wereld in dat Maria zou zijn verschenen aan de arme indiaan Juan Diego. Als plaats van handeling werd de bron uitgekozen die oorspronkelijk toebehoorde aan de Azteekse godin Tonantzin. Op de afbeelding die zoals gezegd al midden 16e eeuw van haar werd gemaakt is ze niet meer de lelieblanke moeder Maria zoals we die tot dan toe uit de Europese iconografie kennen, maar duidelijk een mulatta, een nakomelinge van een Spanjaard en een Indiaanse.
Het aantal stralen in de krans die heel haar lichaam omspant, de kleur van haar mantel en het aantal sterren erin, zijn ontleend aan de Azteekse mythologie. Zo werd het Christendom in Mexico een cultus waarin de persoon die wij nu kennen als de Maagd van Guadelupe een prominentere plaats inneemt dan Jezus Christus.
Het lijden, een belangrijk element binnen het katholicisme werd met succes van Jezus Christus verlegd naar Maria. Een meesterzet van de conquistadores, want welk lijden is universeler dan dat van een moeder die haar kind verliest?
Hoewel het zonneklaar is dat het verschijningsverhaal door de Spanjaarden is bedacht, twijfelt geen enkele Mexicaan aan de echtheid. Juan Diego heeft nooit bestaan en toch heeft de paus enkele jaren geleden geen aanleiding gezien om af te zien van de heiligverklaring van Juan Diego.
Misschien meer nog wel dan een katholieke heilige werd de Maagd van Guadelupe in de loop der eeuwen ook tot symbool van de staat Mexico. Hoewel de Mexicaanse grondwet, hoe vreemd dat ook klinkt, een van de meest antiklerikale in de wereld is, is  het een wijdverbreide gewoonte  de beeltenis van de Maagd te presenteren tegen de achtergrond van de Mexicaanse driekleur. De politici die na de Mexicaanse Revolutie van begin 20e eeuw aan de macht kwamen moesten niets hebben van de clerus die ze als representanten en slippendragers van het grootgrondbezit hadden bestreden. De rebellen hadden kerken en kloosters gebrandschat, talloze priesters en nonnen vermoord en verkracht, vaak mede in naam van de Heilige Maagd, wier beeltenis ze op hun lijf met zich meedroegen!

350 kilometer oostwaarts van Mexico Stad, aan de weg naar Veracruz, ligt Alto Lucero. Van de 4000 inwoners ondernemen slechts weinigen de reis naar de basiliek in Mexico Stad. Vaak ontbreekt het aan geld en ook het imago van criminele stad weerhoudt de mensen van de pelgrimstocht. De cultus van ”La Virgen”, zoals de Maagd in de volksmond wordt genoemd is echter springlevend. Staande voor hun huis tonen de mensen trots hun eigen Virgen. 

Theo Hol, 22 november 2006