CuBra
Inhoud Devotie- prenten
Inhoud De Croon
Home
Speciale bijdragen
Rijk rooms leven

CuBra rubriek van Gerard de Croon

U kunt reageren

Klik hier om een e-mail te verzenden 

Gerard de Croon

Devotieprentjes in woord en beeld - 46

Elke week een aflevering

Lucia van Syracuse

(ook wel Luciana)

Syracuse ( op Sicilië) ca 286- Syracuse ca 303

 

We nemen vandaag de draad weer op in onze serie en wel met het Luciadraadje en met een heel conventioneel prentje. Het laat een heilige zien die thuishoort in de uitgebreide categorie Maagd en martelares. Het is een heel populaire heilige in de katholieke kerk. Ze is om het leven gebracht ten tijde van keizer Diocletianus. Als klein meisje ging Lucia met haar moeder Eutychia naar het graf van de H. Agatha. Daar bad ze om genezing voor haar moeder die ongeneeslijk ziek was. Haar gebed werd verhoord. Ze besluit als vurige Christin te gaan leven en ongetrouwd te blijven. De man die haar toebedacht was als echtgenoot wijst ze af. Die wordt daar behoorlijk kwaad om en geeft Lucia aan bij de magistraat Paschasius. Een serie martelingen volgt om haar van gedachte te laten veranderen. Een groep ossen moet haar op een wagen naar een bordeel trekken, maar de wagen blijft onwrikbaar staan. Men giet haar gesmolten lood in de mond, trekt al haar tanden, snijdt haar borsten af en doodt haar met een dolkstoot door haar keel. Tja, en dan laat ik nog wat martelingen weg die in mijn bronnen ook nog genoemd worden. Wreedheid is kennelijk van alle tijden.

Haar lichaam werd begraven in de naar haar genoemde catacombe van Syracuse en in 1038 naar Constantinopel overgebracht. In het jaar 1204 werd haar lichaam in de San Giorgio Maggiore te Venetië bijgezet.

Het prentje wat nader bekeken:

Op de schaal in haar linkerhand zien we twee ogen. Volgens één verhaal werden die uitgestoken bij de martelingen en volgens een ander rukte ze die zelf uit om onaantrekkelijk te zijn voor haar minnaar. Met haar rechterhand houdt ze het symbool vast van haar martelaarschap: een palmtak. Ze draagt gemakkelijk zittende, ruim vallende kleding en ze kijkt hemelwaarts alsof er niks met haar ogen aan de hand is. De stralenkrans om haar hoofd vertelt ons dat we hier met een heilige te maken hebben.

Haar feestdag valt op 13 december. Dat was de dag van de winterzonnewende, de langste nacht tot de Juliaanse kalender werd gewijzigd door paus Gregorius. Daarom wordt haar naam vaak beschouwd als afgeleid van Lux (licht), verwijzend naar de zon die weerkeert na de winter. In Zweden is 13 december al twee eeuwen een nationale feestdag. De oudste dochter speelt de rol van de heilige Lucia en draagt een groene krans met brandende kaarsen op haar hoofd. Lucia heeft hierbij de betekenis van lichtkoningin. In de donkere adventstijd is zij de voorbode van het Licht van Christus, geboren in de Kerstnacht.

Dan nu even naar het Brabantse Steensel waar Lucia speciaal vereerd werd en wordt. De middeleeuwse Steenselse toren bevat een van de oudste kerkklokken van de Kempen, de Luciaklok. Deze klok werd in 1495 gegoten en draagt als inscriptie Lucia is mynen naem, myn geluyt is gode bequaem, so verre als men my horen zal, wilt got bewaeren overal.

Waar blijft nou het Luciadraadje uit de inleiding?

Op 13 december viert men al eeuwenlang de gedachtenis van Sint Lucia, de beschermster tegen besmettelijke ziekten. Sinds de tweede helft van de 18e eeuw, de tijd van de rode loop (dysenterie- epidemieën), is het rode Luciadraadje een beschermend devotieobject. Het is een rode zijden draad van ongeveer zes centimeter, een symbolische weergave van bloedvloeiing. Tegenwoordig wordt het draadje meestal in de portemonnee meegenomen, maar vroeger werd het bij een bloeding ter genezing in een knoopsgat gedragen of op de kleding gespeld.

Volgens www.heiligennet.nl is Lucia de patrones van blinden, zieke kinderen, kleermakers, glazenmakers, boeren, naaisters, notarissen, conciërges, portiers, wevers, zadelmakers, messensmeden, koetsiers, schrijvers, berouwvolle prostituees. Ze is patrones tegen: dysenterie, oogkwalen, keelpijn, infecties, menstruatie.

Bronnen:

Paul Spapens/ Kees van Kemenade – 366 Heiligendagen – Zaltbommel 2005

Stijn van der Linden – De heiligen - Amsterdam 2002

Dom Huyben e.a. – Met de heiligen het jaar rond ( 2 delen) – Bussum 1954

James Hall- Hall’s Iconografisch handboek - Leiden 2003

De websites van o.a. het Meertensinstituut, de katholieke kerk in Nederland, Wikipedia. Heiligennet.