INHOUD DE CROON
HOME
AUTEURS
TEKSTEN
INTERVIEWS
BRABANTS
SPECIAAL

Print Pagina

Gerard de Croon
Wapperende togen 13

Een kroniek van ervaringen met en herinneringen aan de fraters van Tilburg

 

Hoofdstuk 13

Overleden frater-collega’s : fr. Wendelinus en fr. Petrus

Frater Wendelinus

Op zijn bidprentje lees ik dat frater Wendelinus in de wereld Henricus Joannes Neijnens heette.

Hij werd geboren op 16 mei 1924 te Dommelen. Hij trad in als novice op 29 augustus 1941 en legde zijn professie voor het leven af op 15 augustus 1946. Hij overleed in "De Vuurhaard" te Udenhout op 14 maart 1995 en werd begraven bij zijn medebroeders op het kerkhof van de Fraters bij "Huize Steenwijk" te Vught op 18 maart 1995. De fraters van "De Vuurhaard" en de familie Neijnens gedenken hem met de volgende tekst:

 

"`t Is op!", heett hij nog gezegd. Dat was zijn laatste bulletin. Enkele dagen later is hij onverwacht heengegaan. Zó zal hij het ook hebben gewild: geen lang ziekbed en niemand tot last. Hein was een markante figuur. In de beslotenheid van zijn bestaan liet hij niet veel mensen toe, maar wie hem beter leerde kennen zag de grote rijkdom van zijn leven. Zijn eigen zorgen deelde hij moeilijk met anderen. Wel was hij belangstellend en zeer begaan met het lot van kansarmen. Op "De Vuurhaard" stond zijn kamer open en menig medebewoner maakte hem deelgenoot van een vaak turbulent levensverhaal.

Hein was een gevoelige man die veel eiste van zichzelf en dat ook vroeg aan de mensen in zijn omgeving. Dat kon wel eens lastig zijn. Men vond hem soms wat teruggetrokken. Toch was hij bij belangrijke momenten duidelijk aanwezig. Zijn bescheidenheid leek vaak een mengeling van eenvoud en verlegenheid. Als hij opkwam voor zijn mening liet hij overigens niets aan duidelijkheid te wensen over. Hij was rechtlijnig maar wel met verstand. ·

In Udenhout heef hij zich altijd goed thuisgevoeld. Eerst als een gewaardeerd hoofd van de school en later als toegewijd lid van "De Vuurhaard". Zijn werk voor de parochie deed hij met grote zorg. Het schonk hem levensvulling. Niemand deed een vergeefs beroep op zijn vele talenten. Want talenten had hij en hij deed er wat mee.

De laatste jaren hebben hardnekkige kwalen een voortdurende aanval gedaan op zijn gezondheid. Hij werd moe maar bleef zich verzetten tegen medeleven en bezorgdheid van confraters en van Maria. Dat deed soms pijn. Het leek zijn stil verzet tegen een gevreesde maar naderende afhankelijkheid. Zo ver is het niet gekomen.

Zonder tastbaar afscheid blijven wij nu achter met mooie herinneringen aan het vruchtbaar leven van een bezorgde confrater, een medelevende broer en oom en van een goede vriend.

Dag Hein. Tot ziens."

De Citadel van Dinant. juli 1957. Van links naar rechts: fr. Xaverius, fr. Wendelinus, Ruud Dankers, Gerard de Croon, Wim Appels, kapelaan Hexspoor

Hij is dus nog net geen 71 geworden, frater Wendelinus. Wat er op zijn bidprentje staat is helemaal in overeenstemming met het beeld dat ik van hem heb overgehouden na dat ene jaar dat hij en ik collega’s waren op de Don Boscoschool in 1957-’58. . Ik denk met veel waardering aan hem terug.


Scène uit toneelstuk opgevoerd door leerlingen uit de lagere klassen van de Don Boscoschool ter gelegenheid van het zilveren jubileum van de Sacramentskerk in Tilburg in april 1958. Op het schilderij is de kerk afgebeeld compleet met fiere torenspits. Die laatste is ondertussen verdwenen. Op de foto herken ik op de voorgrond Joost Taverne en Raymond van Gorp. Met ‘koningsmantel’ naast het schilderij staat Rob van den Nouweland, de latere rector van het Theresialyceum.
Van de namen van de andere jongens ben ik niet zeker.

Het prentje van Frater Petrus

Frater Petrus overhandigt een afscheidnemende collega een goed boek. Het was namelijk De Heer, geschreven door de Italiaan Guardini. Foto uit feb. 1957.

De volgende persoonlijke gegevens staan te lezen op het prentje van frater Petrus:

Frater Petrus ( Bernard van der Westen) werd geboren te Raamsdonk op 1 november 1919. Hij trad in bij de Fraters van Tilburg op 29 augustus 1940 en legde zijn eeuwige geloften af op 15 augustus 1945. Hij overleed, na het Sacrament van de Zieken te hebben ontvangen in het ziekenhuis "De Tjongerschans" te Heerenveen op 18 augustus 1987. Hij werd begraven op het kerkhof van de fraters bij "Huize Steenwijk" te Vught, op 21 augustus 1987. De fraters te Joure en de familie Van der Westen namen afscheid van hem met de volgende tekst:

"Een frater met vele talenten begiftigd is van ons heengegaan.

Hij begon zijn werkzaam leven als onderwijzer, werd hoofd van een lagere school, kweekschool -leraar, werd belast met de opleiding van jonge fraters en was vele jaren een stuwende kracht in het provinciaal bestuur van zijn congregatie. In deze periode richtte zich zijn belangstelling, naast interne bestuurlijke activiteiten, op de zorg voor het lichamelijk en geestelijk gehandicapte kind. Niet verwonderlijk was het dat zijn verdiensten op kerkelijk en onderwijskundig gebied beloond werden met de pauselijke onderscheiding Pro Ecclesia et Pontifice en zijn benoeming tot ridder in de orde van Oranje Nassau.

Na het bereiken van zijn pensioengerechtigde leettijd vestigde hij zich in de fraterscommuniteit te Joure. Hij bleef aktiet o.a. bij het SKONN (Schoolraad Katholiek Onderwijs Noord Nederland), als gewaardeerd lid van schoolbesturen van het blindeninstftuut te Grave, van de P.C./R.K. scholengemeenschap te Joure en die van Steenwijkerwold.

Bij al zijn rusteloze aktiviteiten vond Petrus voldoende tijd om zich te verdiepen in moderne religieuze lektuur en wist hij eigentijdse gelootsbeleving te combineren met traditionele gebedspraktijken.

Hij was een liefhebbende broer voor zijn tweelingzus Jo en een geziene oom voor neven en nichten.

Aan dit vruchtbare leven is een einde gekomen door een ongeneeslijke ziekte die op pijnlijke wijze zijn krachten uitputte. De laatste maanden bracht hij door in het ziekenhuis "De Tjongerschans" te Heerenveen. De enorme belangstelling in de vorm van gebed, bezoeken, bloemen en correspondentie bewijzen hoe gezien hij bij velen was.

Wij geloven dat deze rusteloze werker nu rust gevonden heett bij zijn Heer.

En zijn Meester sprak tot hem: "Uitstekend, goede en trouwe dienaar. Over weinig zijt gij trouw geweest, over veel zal Ik U aanstellen. Ga binnen in de vreugde van Uw Heer ".

Matt. 25,21

Hartelijk danken wij allen voor hun vriendschap, zorg en medeleven, niet in het minst doktoren en verplegend personeel van het ziekenhuis."

Naar aanleiding van bovenstaande tekst besef ik dat mijn indrukken in 1957 aardig passen bij de verdere levensloop van frater Petrus. Ik vond hem toen al een bijzondere man met heel veel invloed op zijn medemensen.

Later heeft hij zich kennelijk ingezet voor lichamelijk en geestelijk gehandicapte kinderen wat ik niet wist maar wat me ook niet verbaast. Bij onze gesprekken in 1958 over het afscheid van het onderwijs in Tilburg dat de fraters voorbereidden, had hij me al laten merken dat zijn interesse vooral uitging naar gebieden waar een nog grotere persoonlijke inzet gewenst was dan in het tamelijk rustige lagere onderwijs op een gewone school. En zijn verdiensten zijn erkend door de samenleving, want hij was immers Ridder in de Orde van Oranje Nassau .