________________________________
[22 april 2010 - nr
204)
De Cityring
Schoonebeek is
geen verkeersdeskundige. Maar omdat de gezamenlijke Tilburgse
ingenieurs dat ook niet zijn, vindt hij wel iets van de Cityring.
Ongetwijfeld wordt dat in de niet eens zo heel erg verre toekomst
een gedrocht dat het zelfmoordpercentage der Tilburgers tot grote
hoogte op zal stuwen.
Maar tot die
tijd is het van een ongeëvenaarde schoonheid. Tijdens filosofische
buien ziet Schoonebeek er een soort chaostheorie in verbeeld. En
onder meer kunstbeschouwelijke stemmingen staat Tilburg ineens als
de wereldhoofdstad van de performance art op de kaart. Die twee zijn
onlosmakelijk met elkaar verbonden. Filosofische geesten zien hier
het ontstaan van de wereld in een notendop voorgesteld. Zoals
darwinisten ooit het Victoriameer als de proeftuin van de evolutie
zagen (dat was vóór de allesverwoestende nijlbaars er zijn werk deed
– of misschien juist ook niet), zo trekken astronomen van de meest
vooraanstaande universiteiten naar Tilburg om de Big Bang in
ogenschouw te nemen. Harvard, Cambridge, MIT en Johns Hopkins zijn
al gesignaleerd, Yale, Princeton, Bologna en Oxford zijn inmiddels
de reiskosten aan het regelen. Want net zo min als dat de Melkweg in
een reeks logische stappen vorm heeft gekregen, gebeurt dat met de
Cityring. De reiziger heeft geen moment zekerheid over de volgende
statie. Mag je de ene dag nog van de Bredaseweg rechtsaf naar de
Korvelseweg en zo naar het Louis Bouwmeesterplein, de volgende dag
kun je zonder aanwijsbare reden ineens alleen nog maar linksaf en
sta je voordat je er erg in hebt zomaar voor het station. Naar het
Bouwmeesterplein is het nu vanaf de Bredaseweg ongeveer vier
kilometer rijden. Hemelbreed bedraagt de afstand zo’n vijftig meter.
Dat is
natuurlijk heel jammer voor de boeren uit de dorpen, maar
Schoonebeek vindt het wel iets hebben. De binnenstad van Tilburg
lééft. Nee, niet in de traditionele gezellige betekenis, maar in een
ongrijpbare, onvoorspelbare, organische zin. Wegen verleggen zich
terwijl je er overheen rijdt. ‘Gewoon rechtdoor’ kan in Tilburg van
alles betekenen. Eigenlijk alles behalve ‘gewoon rechtdoor’. De weg
van de Gilzerbaan dwars door de stad naar de Pelgrimsweg kan na
anderhalf uur zomaar uitkomen op de Gilzerbaan.
Het werk aan de
cityring heeft de allure van een Efteling-attractie van ongekende
omvang. Eerst had je het Sprookjesbos, de Fata Morgana en de
Vliegende Pagode. Toen kwamen daar de Python, de Droomvlucht en die
wildwaterbaan (hoe heet ie ook weer) bij. En nu is er dan de
Cityring. Te groot voor het park. Maar het voordeel is dat je er je
auto niet voor uit hoeft. Besparing: dertig euro entree per
inzittende, plus een parkeerkaart. Winst: avontuur, spanning, een
attractie die uren kan duren zonder enige zekerheid over de plaats
waar je er weer uit mag. Een soort second life waarin je een
figurant bent in je eigen leven. Een wedstrijd tegen het spel zelf,
waarvan je met geen mogelijkheid de steeds veranderende spelregels
kunt achterhalen. Een strijd, kortom, waar je als een sterker mens
uitkomt. Of helemaal niet.
|