>  home

 

   >  speciaal

 

   >  auteurs

 

   >  teksten

 

   >  brabants

 

   >  audio

 

 












 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

inhoud Jan de Jong  <       

 

Schoonebeek  <    

Schoonebeeks

               Donderdag

________________________________  [20 mei 2010 - nr 208)

              

 

 

Ouden van dagen

 

Schoonebeek heeft het niet zo op ouderen of senioren. Op die woorden dan. Bejaarden zijn het. Dat klinkt veel mooier. Ook heel mooi: ouden van dagen.

Waarom zijn er eigenlijk geen ouden van dagen meer? De term had toch niets denigrerends of anderszins beledigends? En toch zijn ze weggesaneerd. (Net als gehandicapten trouwens. Dat zijn tegenwoordig mensen met een uitdaging. Of, nog erger, mensen met een ‘special need’. Een taal is zo dom als zijn domste gebruiker.)

Schoonebeek kent een tekening van Peter van Straaten waarop twee ouden van dagen min of meer moeizaam aan de wandel zijn. In het onderschrift laat Van Straaten de vrouw tegen de man zeggen: “Lukt het nog? Of zal ik vast vooruit gaan?”

Schoonebeek is een beetje jaloers op die twee oudjes in die tekening. Hij weet dat de kansen op een mopperige oude vrouw aan zijn zij over een jaar of twintig, dertig zo goed als nihil zijn. Want dan zou hij nu toch over een mopperige middelbare eega moeten beschikken en dat doet hij niet. Zijn relationele servies is al lang geleden aan scherven gegaan.

Maar van de week, hij zette juist het oud papier buiten, kwam hem het schitterend vervolg op die Van Straaten-tekening onder ogen. In levende lijve nog wel.

Een oude man zoemde doodgemoedereerd in zo’n elektrisch karretje aan hem voorbij. Terwijl een meter of twintig daarachter een moeizaam doorpuffende bejaarde vrouw tevergeefs probeerde het tempo bij te benen. Zij wiste zich met een bonte zakdoek het zweet van het voorhoofd.

Het was typisch zo’n tafereeltje waar je er maar een paar keer in je leven eentje van tegenkomt. Een cadeautje. Nét te apart om het zelf verzonnen te krijgen.

Schoonebeek was de rest van de avond in zijn verbeelding die gemotoriseerde oude van dagen. Zijn wraak op de immer afwezige wederhelft smaakte zoet.