________________________________
[12
januari 2012 - nr
272)
Het behoud
der soorten
Schoonebeek is
geen bioloog. Maar als hij dat wel was, dan zou hij daar niet erg
behoudend in zijn. Want net als mediafilosoof Bas Haring vindt hij
niet dat er per se van alles voor uitsterven behoed moet worden. De
wereld kan wel met een paar soorten minder toe. Vroeger had je
overal meikevers. En tegenwoordig zie je die vrijwel nergens meer.
Is het iemand opgevallen? Nou dan! Hoe erg zou het zijn als je
zomaar ineens nooit meer een langpootmug zou tegenkomen? Als een
mens daarover treurt, redeneert Schoonebeek, dan kan hij wel aan de
gang blijven. Iedere dag een tranendal vanwege het gemis van de dodo
of de dinosauriërs.
Natuurlijk
geldt Schoonebeeks ruimhartigheid niet alle soorten. Het varken moet
bijvoorbeeld blijven, al was het alleen maar vanwege de
heerlijke Frans-Vlaamse bloedworst, de boudin noir. Was het beest
uitsluitend grondstof voor de Nederlandse bloedworst, dan mocht de
hele soort vandaag nog ophoepelen.
Andere soorten
die Schoonebeek graag wil behouden zijn het rund, het lammetje en de
haring, met name die met uitjes. Ook paling mag blijven, maar wel
uitsluitend in het groen. En mosselen in een bolleke De Koninck.
Maar verder hecht Schoonebeek niet zo aan de biodiversiteit. Dat mag
allemaal wel weg. Ook mensen. Met uitzondering van sommige vrouwen.
Over
plantensoorten heeft hij nog niet zo nagedacht, maar hop en gerst
moeten in ieder geval blijven. Net als druiven, met name die in de
Bourgogne. En kersen voor in de port.
En hoewel hij
ernstig vreest hat hij er hier of daar nog wel een paar vergeet, wil
hij het hier voorlopig graag bij houden.
Nee wacht! Ook
de betere koffieboon moet vanzelfsprekend behouden blijven!
|