>  home

 

   >  speciaal

 

   >  auteurs

 

   >  teksten

 

   >  brabants

 

   >  audio

 

 












 

 

 

 

 

 

 

 

 

inhoud Jan de Jong  <    

    

inhoud Schoonebeek  <    

Jan de Jong

Schoonebeek

 

________________________________

 

Op de boerderij

 

Schoonebeek komt niet graag buiten de stad. Indachtig de opmerking van wijlen Hugo Claus, deelt hij de visie dat mensen in steden horen en dat het platteland de koeien toebehoort. Maar eenmaal per jaar ziet hij zich niettemin genoodzaakt de wildernis op te zoeken. Dan verjaart zijn broer en die bewoont met zijn derde vrouw een eenvoudige boerderij in het niemandsland tussen Made en Drimmelen. En hoewel die broer inmiddels goed geboerd heeft en het als econoom tot hoogleraar aan de Rotterdamse universiteit heeft geschopt, zweert hij bij het boerenleven, waaraan hij ten volle deelneemt. Hij heeft een moestuin, een boomgaard en een stukje grond waarop hij dieren houdt. Drie varkens dartelen daar in de modder, een handvol schapen graast een weiland af en de kippen, ach, de kippen lopen overal. Die scharrelen zogezegd wat af met als belangrijkste nadeel dat de broer en, vooral, zijn zoveel jongere eega zich doorgaans suf zoeken naar de eieren.

Omdat het nu toch in het nieuws is, wil Schoonebeek wel eens precies weten hoe deze plattelanders over seks met dieren denken. Hoe vaak doen ze het? En is het met een varken prettiger dan met een kip? Of juist andersom.

De jonge echtgenote giechelt. En de broer schudt zijn geleerde hoofd. Van hem moet Schoonebeek het dus niet hebben. Reden om zijn pijlen geheel op de vrouw te richten, die net te oud is om zijn broers kleindochter te kunnen zijn. Maar het scheelt weinig.

De vrouw, het kind, krijgt rode konen van het onderwerp en vindt haar zwager maar mal. Ze zou, zo zegt ze, werkelijk niet weten wat ze met zo’n beest aan zou moeten.

Of ze het dan terecht vindt dat eerst alleen Marianne Thieme en nu de ganse Nederlandsche regering de dierenliefde wil verbieden. Ze schuifelt nu wat ongemakkelijk heen en weer op haar keukenstoel. En meent nog maar eens koffie in te moeten schenken.

Waarop haar oudere echtgenoot vaderlijk de handschoen overneemt en zich als een man van de wereld laat ontvallen, dat bewoners van eenzame boerderijen inderdaad vaak aangewezen zijn op hun beesten. Al was het alleen maar omdat incest niet overal evenzeer op prijs wordt gesteld. Bovendien heeft niet iedere boer een geschikte dochter.

Schoonebeek neemt een slokje koffie. En kijkt zijn gastheer en gastvrouw nog eens aan. 36 jaar verschillen ze in leeftijd. Net als Pablo Picasso, Charles Chaplin en Paul de Wispelaere, zo heeft zijn broer zichzelf al eens in een fikse culturele traditie gemanoeuvreerd. Anderhalf geleden, ten tijde van het huwelijk, was zij 23 en hij 59. Daarvóór studeerde zij economie en nu beheert zij de huishoudportemonnee. Zij hadden met hun huwelijk keurig gewacht tot zij was afgestudeerd, om vreemde reacties op de faculteit voor te zijn.

Tja, denk Schoonebeek. Niet iedere boer zonder beschikbare dochter, kan zich vervolgens een ex-studente aanschaffen. Maar hij besluit dit nog even niet te zeggen. Misschien vanavond, als na de eerste Duvels de grenzen van het betamelijke wat vager worden. Vooralsnog heft hij zijn koffiekopje en proost in stilte op de dierenseks.