INHOUD JAN DE JONG
HOME
SPECIAAL
AUTEURS
TEKSTEN
BRABANTS
AUDIO

CuBra

 

Sapjes

Soms wordt het Schoonebeek zwaar te moede. Dan willen zijn benen niet meer, is zijn maag van streek, vreest hij voor zijn hart en lukt het heldere denken ook allemaal niet meer zo.

Op zulke momenten is hij nogal geneigd om zijn gezondheid eens onder de loep te nemen. Zijn steun en toeverlaat werd deze keer gevormd door de sapjes van ’s lands grootste grutter. Kiwi-sinaasappel, bijvoorbeeld. En omdat hij daarin niet kinderachtig wil zijn, slaat hij daar zo anderhalve liter van achterover. Waarna zijn maag natuurlijk weer bezwaar aantekent vanwege de plotsklaps zo overmatig toegediende vruchtenzuren. Van zijn knieën tot zijn kruin voelt hij het branden.

Dus gooit hij het over een andere boeg. Voor hem vanaf nu alleen nog maar van die kwaliteitsflesjes van Fruit-2-day. “Je dagelijkse portie fruit in één flesje.” Kijk, daar heb je wat nog eens aan. In ieder geval meer dan aan dat concurrerende merk, dat ermee adverteert dat ze de helft van je dagelijkse rantsoen aan groenten en fruit in zo’n flesje hebben zitten. Dat schiet dus niet op. Schoonebeek wil maar niet begrijpen waarom ze die dingen dan niet gewoon twee keer zo groot maken.

De nieuwe manie heeft wel een groot bijkomend nadeel: in zijn zwakste momenten moet Schoonebeek erkennen dat hij zo’n sapje eigenlijk best wel lekker vindt. En dan neemt hij er nog maar eentje. En nog eentje. En nog.

Om de haverklap staat hij daarom bij het meisje aan de kassa van de grutter aan de Piusstraat. Met een sixpack. En zonder zich te schamen.

Totdat er een keer een ander meisje zit. Blond en mager en met zo’n oogopslag van “het is wel mijn kassa hier”.

Schoonebeek legt zijn sixpack op de band.

“Nou, da’s anders wel duur fruit,” geeft het meisje hem meteen van katoen.

“Hoezo?” vraagt Schoonebeek ongerust. Hij vreest een op hol geslagen kassa. Dat dat ding ineens vijftigduizend euro aangeeft of zo. Hij vergist zich.

“Vijf vijfenveertig voor een beetje fruit,” moppert het meisje.

“Ja, maar er zitten er wel zes in hoor,” schiet Schoonebeek meteen in de verdediging.

“Dan nog,” snauwt het meisje.

Waar bemoei jij je mee, ligt op Schoonebeeks lippen. Maar iets in het gedrag van dit meisje verontrust hem. Zo klein als ze is, geeft ze niet de indruk dat je met haar gaat lopen.

Oppassen derhalve.

“Ach, voor een keertje,” probeert Schoonebeek voorzichtig.

Het meisje werpt hem een nietsontziende blik toe. Die Schoonebeek er woordloos op wijst dat hij niet alleen op deez’ aard is om dure sapjes te drinken. En dat er zelfs een hoop mensen zijn die nog nooit van zulke sapjes hebben gehoord; laat staan geproefd.

Ja, er is veel onrecht in de wereld.

Intussen staat Schoonebeek er dan toch een beetje besluiteloos bij. Moet hij zijn jongste aankoop nu annuleren? Maar het meisje heeft de sapjes al wel afgebliept. En hij heeft geen idee hoe zoiets zal vallen. Niet best, vreest hij.

Dus pakt hij zijn portemonnee en haalt er een briefje van twintig uit.

“Zo,” merkt ze op. “Geld zat hè?” En zelfs dat durft Schoonebeek niet te ontkennen.

Even later, in zijn sombere woonst nabij de Spoorlaan, staat hij minstens vijf minuten met zo’n flesje perzik-mango in zijn handen schuldbewust naar het etiket te staren. En hij neemt een kloek besluit: het sapje gaat terug de ijskast in, in afwachting van mondiaal betere tijden.

En in plaats daarvan neemt hij dan maar een ijskoude Duvel. De eerste in drie dagen.