> home
>
speciaal
>
auteurs
>
teksten
>
Brabants
> audio
|
___________________________
inhoud Arjo van
Hattem <
___________________________
|
Arjo
van
Hattem
kort
verhaal
Herinnerd
Helemaal in dromenland verzonken is de nacht heerser over mijn
denken en de met mijn ogen dicht uitgevoerde daden. Elke keer
wordt ik weer op het verkeerde been gezet in de verwarrende
reis, die begint met het slapen gaan. Belevenissen, die veel
vragen oproepen en niet als nachtelijk, ervaren worden. Echte
gebeurtenissen met een doorsnee verloop, die me toch telkens
weer op de prachtigste locaties brengen. Veelal plaatsen, die ik
ook in die nachtelijke planning niet opgenomen heb. Dan is mijn
geest, niet de praktijk de baas : het zal te maken hebben met
wonderbaarlijke wensen en meestal ook frustraties, die in ieder
geval het startpunt en verloop van de dan beleefde avonturen
zijn. Te vaak stap ik met veel bagage in een trein, die een
andere bestemming blijkt te hebben dan de bedoeling is maar ook
is het dan een locatie tussen de bergen met prachtige
vergezichten, waar het gevoel goed is, de ochtendmist trekt net
op en de zon kleurt elk druppeltje van die mist terwijl ik op
een bankje van het stationnetje zit te wachten op de goede
aansluiting. De volgende stop is een terras waar die beroemdheid
met een grote cocktail voor haar neus mij gaat overtuigen, dat
ik toch echt niet verder moet gaan. Ik leg de afspraak, waarvoor
ik misschien nog net op tijd aanwezig kan zijn op de weegschaal.
Het heel erg interessante gesprek wat ik met mijn tafeldame aan
het voeren ben wordt steeds amusanter, ik kan mijn fantastische
theoriën bij haar kwijt, er wordt naar me geluisterd. Bovendien
heb ik ook een heel erg droge strot, een fris drankje zal er
best in gaan. Maar het blijft bij dat drankje, de afspraak is te
belangrijk, de film moet blijven lopen, alles moet zijn
voortgang hebben en in evenwicht zijn. Het is nu éénmaal zo dat
ik moet zorgen dat alles op rolletjes blijft lopen en met een
gerust hart de wereld tegemoet kan zien. Het gezicht van mijn
gesprekspartner wordt steeds donkerder maar als mijn glas leeg
is blijft het bij een knipoog en ik ga. Langs de drukke
boulevard loop ik naar het station maar opeens realiseer ik me
dat ik terug moet naar dat terras, mijn smartphone ; mijn
geheugen ligt nog daar. Snel, snel het moet er nog zijn, het was
5 minuten geleden, zij zal er toch nog wel zitten. Ik heb me
niet eens voorgesteld, hoe heet ze, de paniek begint aardig toe
te slaan, alles begint me door het hoofd te jagen, het ene na
het andere terrasje ren ik voorbij ; wat was de naam van die
zaak ? Tegelijkertijd is daar de spanning, omdat ik mijn
plichten aan het verzaken ben, de film moet doorgaan maar op dit
moment heeft dat onmisbare geheugen prioriteit. Dat terrasje, ik
ben er al voorbij een ober is ons tafeltje aan het opruimen, ik
schiet op hem af. Zonder een woord te zeggen wijst hij naar
binnen ; daar is de receptie van een, waar ik nu achter kom,
hotelletje. Met een stralende glimlach (natuurlijk, dat is haar
werk) overhandigt de aanwezige juffrouw mijn mobiel, het display
licht op : 3 is het enigste wat er op te lezen is. Nog steeds
met die prachtige glimlach waardoor een hele rij witte tanden te
voorschijn komt knikt de receptioniste richting de steile en
smalle trap... ze legt de sleutel van kamer 3 voor me klaar.
Snel storm ik de trap op en ontsluit de deur van de voor mij
bestemde kamer, die is eenvoudig maar netjes en goed
schoongemaakt, straks moet ik er toch aan denken, dat mooie
gebit een compliment te maken. Hè flauwerik, natuurlijk niet dat
gebit maar de vrouw die er bij hoort, zij die mij op de
aanwezigheid van deze kamer heeft geattendeerd. Op het netjes
opgemaakte bed ligt een geheugen kaart ... oh nee hè. Voordat ik
mijn conclusies gemaakt heb hoor ik beneden het geluid van een
parkerende auto, het is opdringerig, ik weet zeker, dat het voor
mij bestemd is. Door het raam naar beneden kijkend zie ik een
auto op het terras staan, natuurlijk hoort die daar niet, nog
een auto komt richting terras en ook een paar motorrijders
hebben de blik strak gericht op die plaats waar ik niet lang
geleden mijn geamuseerde gesprek had. Ook als ik aan de overkant
van mijn kamer naar beneden kijk is te zien, dat gemotoriseerd
verkeer oprukt en gaat staan op niet geautoriseerde plaatsen.
Terug naar mijn smartphone, het is tijd om alarm te slaan,
waarom doet dat ding het niet ? Hoe moet ik hier aan
ontsnappen, ze sluiten me in; door de vaste telefoonlijn naar de
lieve juffrouw aan de receptie krijg ik de benodigde woorden
niet meer uitgesproken. Een zware lange tocht met steeds
moeizamere, slepende, lange stappen begint. Dan sta ik beneden
bij de brievenbus, die opent zich, mijn ogen openen zich : daar
valt de gedrukte realiteit op de grond voor mijn voeten.
arjo, 15 juni 2021
|
|
|