Herdenking
1
Als
je werkt heb je recht op mijn bed
ik
zie jouw verminkte handen
voor
jou is de balsem muziek
broeder
in de verscheurdheid
kijk
hoe wikkelt de vorm als een vlak
grote
einder die lacht
golvende
lucht tot een kring
kleur
van rijpende harten
Zo
uit het niets en het zwart
almanak
boerenalmanak
geef
mij de mens en zijn werk
de
rook slaat geel op de velden
Het
moede karkas loopt leeg
tube
van verf voor de schilder
doek
als een deken van zon
een
winnaar de hemel
2
Kom
groen kom grond kom rode wortels
troostrijke
grond troostrijke zon
ik
wil met jou
ik
ben alleen
buiten
een boer die spreidt mest
walmend
omhoog de lente schatert
als
stukjes glas
tussen
steen
hou
ik van jou mijn handen
twee
handen een sneltrein bedroefd
turkoois
is het water
mijn
adem voor later
(Tussen
1948 en 1952 uit de bundel ‘Terugkeer’)
|