GEDICHTEN SONJA PRINS

HOME
AUTEURS
POEZIE

Sonja Prins

CuBra

 

 

 

 

Herdenking

 

1

Als je werkt heb je recht op mijn bed

ik zie jouw verminkte handen

voor jou is de balsem muziek

broeder in de verscheurdheid

 

kijk hoe wikkelt de vorm als een vlak

grote einder die lacht

golvende lucht tot een kring

kleur van rijpende harten

 

Zo uit het niets en het zwart

almanak boerenalmanak

geef mij de mens en zijn werk

de rook slaat geel op de velden

 

Het moede karkas loopt leeg

tube van verf voor de schilder

doek als een deken van zon

een winnaar de hemel

 

2

 

Kom groen kom grond kom rode wortels

troostrijke grond troostrijke zon

ik wil met jou

ik ben alleen

 

buiten een boer die spreidt mest

walmend omhoog de lente schatert

als stukjes glas

tussen steen

 

hou ik van jou mijn handen

twee handen een sneltrein bedroefd

turkoois is het water

mijn adem voor later

 

 

 

(Tussen 1948 en 1952 uit de bundel ‘Terugkeer’)