INHOUD BUIKSLOOT
INHOUD MOORDLIED
INHOUD FEEST
HOME
AUTEURS
TEKSTEN
BRABANTS
AUDIO
SPECIAAL

Print pagina

De feesten en partijen van vroeger

 

Buiksloot

Ed Schilders

 


‘Vrienden luistert naar mijn lied / Wat er te Raamsdonk is geschied.’ Zo begint het beroemdste ‘moordlied’ uit de vorige eeuw. Vorige week schreef ik in deze rubriek al dat het ook een spotlied is. De moord heeft nooit echt plaatsgevonden, en de absurde tekst was bedoeld om te lachen: De derde moordenaar heette Klaas/ zijn kop was als een varkensblaas. Of we het record kunnen breken van de 200 coupletten die over dit lied bekend waren in de jaren ’30 van de vorige eeuw is nog niet duidelijk. H. Vervliet schreef me dat in het boek ‘Moorddadig Brabant’ van Klaas de Graaff 92 coupletten van ‘Raamsdonk’ zijn afgedrukt, dus dat schiet op. Ik hou u op de hoogte of het record van 200 gebroken wordt.

‘Raamsdonk is niet uniek’, schreef Peter van Assen. ‘Bij ons thuis werd meestal ‘De moord van Buiksloot’ gezongen, en dat liedje was minder schunnig dan Raamsdonk, maar ook heel leuk.’ Per post stuurde Mieke Vroomans een kopie van een liedblad van ‘Buiksloot’, en Chris Jansens wees ons erop dat er ook zulke persiflages op moordliederen zijn van Tienen en Nijlen in België.

Buiksloot lag vroeger aan de rand van Amsterdam, in de polder. Volgens de liedtekst woonde daar een oude vrijster ‘van vijftig jaren’, en die ‘had een vrijer aan de hand’. Samen hebben ze ‘in vrijen veel pleizier’. De dame heeft ook geld, en daarmee is haar huwelijk gedoemd te mislukken: Berouw en wroeging knaagden nu al aan hun huwelijksbed/ En waar de maagd plezier in had, had hij volstrekt geen pret. Kortom: de vrijer, die ‘bidder’ wordt genoemd, wil haar doden: En de bidder gaf, O! wat akelig besluit/ Voor ’n pond rattekruid z’n laatste duit/ z’n laatste duit. Maar de moord komt uit, en dan wordt de tekst plotseling absurd. De politie ‘ligt in ’t steegje op den loer/ Snee den bidder in twee stukken en toen was hij van den vloer. En alsof dat nog niet vreemd genoeg is: De politie nam de stukken van den bidder in beslag/ Nu staan ze in ’t Museum op petroleum dag en nacht. Een moordenaar op sterk water? Jazeker, in Buiksloot: En als je nu naar ’t Museum te Buiksloot wilt gaan/ Dan kun je twee halve bidders op petroleum zien staan.

De kopie die Mieke Vroomans me stuurde laat zien hoe een dergelijk bloederig moordlied geschikt werd gemaakt voor een bruiloft: er werd eenvoudigweg een couplet bijgemaakt. Dat couplet luidt dan: Het liedje dat ik zoo even zong komt hier van pas niet goed/ Doch ik voeg er nu een bij dat ik hoop dat het u voldoet. Waarna de zanger het allerbeste toewenst aan de jonggehuwden. Maar met een waarschuwing, want ook zij ‘hadden in ’t vrijen zo’n pleizier.