HOME CUBRA

INHOUD AUTEURS

Brabant Cultureel • Brabant Literair

Tijdschrift voor kunst, cultuur en literatuur

63ste Jaargang - juni 2014

 
HOME BC / BL Contact / Reageren Archief Brabant Cultureel Archief Brabant Literair
 
 

Kunst tussen de bomen: De IJskoningin, een ontwerp van Yvonne van Oers tijdens de slotavond.

 

www.lokaalverhaal.com

afzwevig.blogspot.nl

 

©Brabant Cultureel – juni 2014

 

 

Breder dan lokaal, langer dan verhaal

 

De organisatie ’t Lokaal Verhaal is een nieuwe loot aan de stam van culturele organisaties in Bergen op Zoom. Weg van platgetreden paden en open voor sprankelende dingen en met als doel om cultuur onder de mensen te brengen. Stadsgenoot Albert Hagenaars voelt initiatiefnemer Jan van der Mooren aan de tand.

 

door Albert Hagenaars

 

Ter introductie: Bergen op Zoom is een vat van tegenstellingen. Voelbaar gelegen op het kruispunt tussen enerzijds Holland en Vlaanderen en anderzijds Zeeland en Brabant, een webplek die nog versterkt is sinds de aanleg van het drukke Schelde-Rijnkanaal en de snelwegen A58 en A4, kent de stad toch een sterke gerichtheid naar binnen. Bijna een kwart van de bevolking heeft bloed van verre en niettemin heerst er een niet altijd gezond chauvinisme. Ook opmerkelijk: gelegen in een krimpzone waar bijvoorbeeld Vlissingen en Roosendaal al jarenlang inwoners verliezen, groeit Noordbrabants meest westelijke stad gestaag door.

Bergen profileerde zich in de loop der eeuwen achtereenvolgens als handelscentrum, garnizoensstad en industriegemeente en doet nu verwoed pogingen toeristisch en creatief een deuntje mee te spelen. Ze is er echter nog niet overtuigend in geslaagd een culturele visie uit te dragen, deels het gevolg van onvoldoende (toegekende) middelen.

Zo is de omvang nu eenmaal te klein voor de ambities, al worden er dankzij de inzet van opvallend veel vrijwilligers soms grote successen geboekt, vooral op het themagebied ‘stad van stoet en spel’. Zo is er in Bergen op Zoom nog steeds geen hoger onderwijs dan MBO, waardoor veel talent vroegtijdig vertrekt. En ook het gemiddelde inkomen is bepaald niet riant te noemen.

De stad is er anderzijds vaak in geslaagd mensen met een bovengemiddelde verbeelding een verblijfplaats te bieden. Voor de vuist weg noem ik: Jacob Obrecht, Erasmus, Lodewijk van Deijssel, A.M. de Jong, George Van Raemdonck, Oscar van Hemel, Willem van Dort sr., Adriaan Ditvoorst, Hans Kresse en Jan Wessendorp.

 

 

Jan van der Mooren. foto Albert Hagenaars

 

 

Binnenvaart

Ondanks de huidige crisis zijn er de laatste jaren juist culturele evenementen bijgekomen zoals het festival Plaatpop. Een verse organisatie is ’t Lokaal Verhaal, een actieve en ambitieuze stichting die het eerste seizoen afsloot met een avondvullend programma in het nabije bos Lievensberg. Een goed moment om aan initiatiefnemer Jan van der Mooren (Werkendam 1961) een aantal vragen voor te leggen:

 

Wat waren de redenen om met LV te beginnen?

Mijn karakter en cerebrale aanleg, ervaringen in de binnenvaart en studies theologie en filosofie hebben me doen ontdekken dat het onverwachte inspireert en motiveert. Platgetreden paden, beproefde methodes vervelen me. Ik houd van sprankelende dingen. Paul Brouwer, werkzaam in het muziekonderwijs, deed al snel mee. Hem ging het vooral om een podium voor z’n vele leerlingen.

 

Wat willen jullie bereiken?

We hebben nogal wat doelen. Enkele zijn: 1) het vergroten van de diversiteit van culturele activiteiten in de regio, 2) het vooropstellen van interactiviteit tussen alle activiteiten, 3) het zoeken van een vruchtbare samenwerking met maatschappelijke en commerciële partners, en 4) het vinden van nieuwe werkvormen om filosofie toegankelijk te maken voor een breder en jonger publiek, zonder de essentie van deze discipline uit het oog te verliezen.

 

Betekent de naam dat de activiteiten toch altijd weer op BoZ gericht zullen zijn?

Nee, zeker niet. Lokaal betekent voor ons: een plek, een café of een bos. Op die plek vertellen mensen in allerlei uitingsvormen hun verhaal. Lokale mensen en regionale mensen of mensen van elders aan lokale mensen. Het is een plaats waar mensen letterlijk en figuurlijk op verhaal kunnen komen. Maar ons terrein is zeker niet beperkt tot de eigen stad; we mikken geografisch op de gemeentes Bergen op Zoom, Moerdijk, Roosendaal, Steenbergen, Tholen en Woensdrecht. Dit seizoen zijn we begonnen vanuit Bergen op Zoom. Wie weet kan het bedrijf Regionaal Verhaal gaan heten.

Toen ik op een binnenvaartschip werkte, voer ik vaak door Rotterdam. Op de rechteroever lag het centrum, op de linkeroever Zuid. Vanaf de Van Brienenoordbrug stuurde ik mijn 110 meter lange chemicaliëntanker door de bochten van de Nieuwe Maas richting de petroleumhavens van Pernis of de Botlek. De skyline van Rotterdam, de lichten, de bruggen, de neonreclames en vooral ook de bedrijvigheid hadden iedere keer opnieuw een fascinerende uitwerking op mij. Op de kades bewogen kranen, reikten wolkenkrabbers en silo’s naar de hemel, op het water voeren zeeschepen, bevoorradingsvaartuigen, slepers, douane- en havendienstboten. Schijnbaar kriskras en met hoge snelheid kruisten de schepen elkaars koers. Ergens tussen al die activiteiten, die noeste arbeid en productiviteit bevindt zich een kunstacademie. Op het schoolgebouw verkondigen neonletters: Alles van waarde is weerloos. Zo ook zie ik ’t Lokaal Verhaal.

 

Hebben jullie meer redenen dan het al bestaande netwerk om in Bergen op Zoom te beginnen?

Zeker: de missing link van de A4 tussen de havensteden Rotterdam en Antwerpen gaat in maart 2015 open. Met bereikbaarheid als een van de vestigingsvoorwaarden voor ondernemingen is Bergen op Zoom kanshebber voor een bloeiende economische toekomst. Er zijn volop ontwikkelingen die zich richten op onder andere de biobased industrie, zie de snel groeiende Green Chemistry Campus. Ook cultureel is Bergen op Zoom een bruisende gemeenschap: Proefmei, Brabantse Wal Dag, Boztoberfeesten, Vastenavend, Jazzweekend, Kunsten in de Monumenten en ga zo maar door. De binnenstad is een van de fraaiste van de provincie. Er zijn een goed functionerend theater en een poppodium, Gebouw T, dat de vergelijking met Mezz in Breda gemakkelijk kan doorstaan. En er zijn talrijke zalen en kroegen waar exposities, singer-songwritermiddagen en theaterbattles worden georganiseerd.

 

 

Optreden van Sophie van Sluijs en Paul Brouwer in de Hofzaal van het Markiezenhof.

 

Op jullie website staan als kenmerken vermeld: 1) Uniek, 2) Interactie, 3) Meedoen en 4) Inspiratie. Dat klinkt redelijk voorspelbaar. In hoeverre zijn bijvoorbeeld jullie activiteiten werkelijk uniek te noemen?

Het unieke bestaat uit diverse componenten: het onverwachte, het weinig gepraktiseerde, de behoefte aan authenticiteit, en zoals al gezegd de gerichtheid op filosofie en interactie dus. Ons concept is erg breed. Je kan zeggen, dat het geen entertainment is maar ‘enterinvolvement’. Ook weer een reden om naar voldoende inkomsten en een eigen plek te streven, want hoe groter op dit punt de vrijheid, hoe beter deze idealen kunnen worden gegarandeerd.

Om een idee te geven van de variatie en onderlinge wisselwerking: tijdens de slotavond in het bos traden op: het trio Babi Liempa, bestaande uit Babette Verdult, Anna Liem en Edward-Jan Liem, die een repertoire brachten van jazz, bossanova, blues, popmuziek, klassiek, Nederlandstalige kleinkunstliedjes en Franse chansons. Er was een lichtspel met bijdragen van Amie van Eekelen, Monique van den Hout, Yvonne van Oers en de Engelse kunstenares Janine Chedd. Conferencier Kevin van Kalkeren bracht cabaret bij het kampvuur. Loeloedji en Anna Liem vergastten het publiek op gitaar, zang en poëzie. Leerlingen van het CKB (Centrum voor de Kunsten Bergen op Zoom) verzorgden ‘Trio nr. 5’ voor 3 klarinetten van Jacques Bouffil. De jonge Nina Verharen, slechts vijftien jaar oud, maar nu al toegelaten tot het conservatorium te Antwerpen, zong en begeleidde zichzelf op gitaar. Er waren een open podium buiten en een tentoonstelling binnen. Kunstenaars en bezoekers maakten samen een zogenaamd Regen- en donderspektakel en ten slotte was er nog een Weerwolvenspel, thrillerachtig ingeleid door Debby Noordijk en begeleid door spannende muziek.

 

Hoe vaak wordt er serieus geëvalueerd?

Voortdurend. Met praten, praten, praten. Vooral Paul was mijn sparringpartner. Verder praat ik constant met medeorganisatoren van evenementen. Ook opmerkingen van bezoekers worden nooit terzijde gelegd. Leidraad is voor mij altijd positief denken. Ik heb een antenne voor destructieve en constructieve feedback.

Reacties van vrijwilligers tijdens de evenementen worden eveneens steeds meegenomen naar een volgende happening. Dan gaat het vooral om organisatorische zaken: ticketverkoop, publiciteit, promotie en dergelijke. Je moet ervoor zorgen dat je alleen vergadert als dat direct praktisch iets oplevert.

 

Wat zijn de toelatingscriteria voor de uitvoerende artiesten buiten het open podium?

Originaliteit en authenticiteit. Soms kan tijdens een optreden, expositie of andersoortige bijdrage blijken dat het niet werkt. Dat mag, dat kan. Het hoort bij het concept. Het is een bewust risico.

 

Met welke organisaties wordt er zoal samengewerkt?

Dat zijn er al veel, onder meer het Centrum voor Lokaal Bestuur (CLB), Theater De Maagd, het Markiezenhof, de Gemeente Bergen op Zoom, Kunsten in de Monumenten, Brabantse Wal Dag, Bergen op Zicht, Popplatform West-Point, Sagènn voor inburgering en re-integratie, Stichting Rock over Halsteren, de Stichting Vastenavend, de werkgroep Schrijven en Schrappen, Art & Frame, Martistiek Videoproducties en Vrijwilligers Informatiepunt.

 

Hoe denken jullie over de verhouding tussen amateurs en professionals?

Professionaliteit zou de spontaniteit, originaliteit en authenticiteit moeten ondersteunen en versterken.

 

 

Werk van Janine Chedd in het bos tijdens de slotavond. foto Janine Chedd

 

Krijgt LV subsidie? Zo ja, in welke vorm?

We hebben subsidie en sponsoring gekregen om onze pilot van achttien ‘happenings’ tijdens de maanden januari tot en met mei 2014 te realiseren van onder andere de gemeente Bergen op Zoom, Rabobank Het Markiezaat en het Prins Bernhard Cultuurfonds. Tevens hebben we locaties voor een gesponsorde prijs ter beschikking gesteld gekregen van onder meer Theater De Maagd, het CKB, Het Markiezenhof en Scoutinggroep Delmo met haar clubhuis Maupertuus.

 

Worden er ideeën van andere organisaties in Noord-Brabant of elders gebruikt?

Ik raak geïnspireerd door initiatieven als die van Splendor (Amsterdam), Den Hopsack (Antwerpen) en tv-programma’s zoals Boeken (VPRO), Vrije Geluiden (VPRO), De Tiende van Tijl (Avro) en ontleen daar soms wel iets aan.

 

Welke activiteiten zijn artistiek het meest geslaagd?

De poëziemiddagen. Hier kwam de kruisbestuiving het meest tot zijn recht: we hebben tijdens deze middagen combinaties gehad van open podium, poëzie, modeshow, freestyle dance, fotokunst, kortfilm, schilderkunst, muziek, voordracht, humor, culinaire kunst, verhalen, interview, zelfs ethiek door leerlingen van middelbare school Roncalli.

 

Welke activiteit was qua bezoekersaantal het meest succesvol?

De prognose voor de pilot was gemiddeld 25 per activiteit. Het werden er meer. De muziekavonden trokken steeds meer dan vijftig bezoekers, de poëziemiddagen kenden een piek van 51. De filocafé-avonden mochten op enkele tientallen bezoekers rekenen. Wat opvalt, is dat er vooral bij filocafé en drama steeds overwegend nieuwe gezichten waren. Op de afsluitende kampvuuravond waren er 75 aanwezigen.

We hebben een vaste groep van achttien vrijwilligers. Voor een nieuwe organisatie met een dergelijk concept vinden we dat we het goed gedaan hebben als het om aantallen gaat. Duidelijk is wel dat er moet worden gestreefd naar nog meer bezoekers. Ik heb inhoudelijk geen negatieve commentaren gehoord, hooguit opbouwende opmerkingen over hoe en op welke punten dingen beter zouden kunnen of over mogelijke aanvullingen.

Mensen verlaten onze activiteiten met fijne gevoelens, een mooie ervaring rijker. Om aan het concept vast te kunnen houden, moeten we ons dan ook niet om financiële redenen genoopt voelen water bij de wijn te doen. Een eigen plek en financiële onderbouwing door een eigen vaste partner (een op te richten bedrijf) is een noodzaak, momenteel het belangrijkste punt.

Tot 1 september heb ik een koopoptie op voormalig café De Handwijzer aan de Steenbergseweg in Lepelstraat. Ik wil daar onder meer een eethuis-café met minicamping en toeristische uitvalsbasis beginnen. Daar kunnen, maar hoeven niet per se activiteiten van LV plaats te vinden.

 

Welke disciplines en/of thema’s zijn nog niet aan bod gekomen maar staan op de rol?

Storytelling, content advertisement, exotische keuken, wereldmuziek, klassieke en modern klassieke dans, zeg maar alles wat mensen aan ideeën aandragen waar we zelf niet aan gedacht hebben en wat past bij ons imago en onze doelstellingen.

 

Hoe zou het streven van LV in één slogan moeten luiden?

’t Lokaal Verhaal: de plek waar cultuur gebeurt tussen mensen. De klemtoon kan wisselend gelegd worden op alle zelfstandig naamwoorden en op het werkwoord in de zin!