Een dichterlijke hommage van de leden van de Rotary
's Hertogenbosch, bij gelegenheid van de tachtigste verjaardag van de nestor van de afdeling op 30 augustus 2003


De Rotary ’s-Hertogenbosch eendrachtig

 

feliciteert Jan Bruens dichtbundelachtig

 

want wis en waarachtig

 

de club is nog niet zo vergeetachtig

 

nu een van hen de leeftijd bereikt van tachtig

 

Jan zelf voelt zich nog fit en krachtig

 

is dat gevoel alleen al niet prachtig?

 

en alhoewel in Rosmalen woonachtig

 

viert hij zijn feest in Vught allemachtig

 

Jan wij lazen de uitnodiging toch wel aandachtig?

 

op 30 augustus wordt hij pas goed zenuwachtig

 

al klinkt dat op zijn leeftijd wat kinderachtig

 

maar de Rotary vindt het in ieder geval machtig

 

om van de partij te mogen zijn (da’s niet leugenachtig)

 

zij zingt daarbij uit volle borst, heel krachtig

 

"lang zal Jan leven, op naar de éénentachtig".

 

Van harte gefeliciteerd,

Gerald & Tonni t’Sas


ODE AAN ONZE TACHTIGJARIGE VRIEND JAN BRUENS

Geboren in de gay twenties van de vorige eeuw ben jij, Jan in onze beleving altijd jong gebleven. Je hebt volgens ons de eeuwige jeugd, zoals Adriaan Morriën, toen die zelf tachtig was, dichtte:

 

EEUWIGE JEUGD

Ik zal nooit oud worden, nooit ouder dan ik was

Toen ik een kind was, want mijn jeugd is onvernietigbaar.

Mijn angst is nieuw ‘k alleen in ’t donker lag,

Maar ook mijn blijdschap wordt herboren, iedere dag.

 

Ik laat een zachte chaos als de wind

En een verwantschap met het licht.

Bomen en bloemen zijn veranderd als ik ga.

Ik word een geur, veel vrolijker dan bij mijn leven,

Een olie op de schouders van de wereld uitgewreven.

 

Voor ons en voor velen ben jij bij uitstek de man die allerlei gedachten en gevoelens in gedichten van anderen tot uitdrukking weet te brengen; in gezelschappen, op podia, in Diezeboten, op straatstenen en Bossche gevels.

Wij op onze beurt hebben er een paar uitgekozen, waarvan wij vinden dat ze op jou slaan en die beter dan wij zelf kunnen verwoorden, een ode willen zijn bij jouw prachtige tachtigste verjaardag. Wij beperken ons tot het volgende drietal, ontleend aan Hiëronymus van Alphen en P.A. de Génestet.

 

HET VROLIJK LEEREN

Mijn werken is leeren, mijn leeren is werken,

En waarom zou mij dan het leeren verveelen?

Het lezen en schrijven verschaft mij vermaak.

Vrije tijd en reizen verruil ik voor boeken;

Ik wil in gedigten mijn tijdverdrijf zoeken;

’t Is wijsheid, ’t zijn deugden, naar welken ik haak.

 

DENKEN

Wie ’t met zijn denken hier beneden

Nog wel het verste brengen kan?…

Mij dunkt somtijds, en dat om reden!

Een vlijtig en weldenkend man.

 

SOORTEN

Sprekers, hoorders, denkers, daders

Vindt ge in soorten, rijp en groen.

Zeldzaam vindt ge wel vereenigd

Spreken, hooren, denken, doen.

 

Jan, wij hopen van harte nog lange tijd van jouw inspirerende aanwezigheid te mogen genieten

THEO & HELEEN WOUTERS


Als kleine bijdrage maakte ik het volgende limerickje:

 

 

Een Rotary lid uit Den Bosch

Is elke woensdag de klos.

Net voor half acht,

’t moment waarop ieder wacht,

komt Jan met ’n theelepeltje los.

 

Met groet,

Gerard van Oosten.


Elke week wat regels

 

steeds weer een gedicht

 

literatoire tegels

 

worden telkens zo gelicht

 

 

Vasalis, Driek van Wissen

 

of ook wel Felix Timmermans

 

geen week kan ik ze missen:

 

Jan Bruens geeft Rotary glans

 

 

*

 

Twaalf gevelgedichten in de stad

 

zijn meê aan Jan te danken,

 

zijn liefde voor Den Bosch

 

vult hele boekenplanken

 

 

Jan’s taalgevoel is feilloos,

 

daar valt niks te betreuren,

 

maar slordigheid dat maakt hem boos

 

vooral dus: "het – gebeuren….."

 

Jan-Peter Rijken


Jan’s onafscheidelijke sigaret,

 

Eertijds was dat Miss Blanche,

 

Niet enkel ongezond, maar het pakket

 

Als opschrijfblok: Revanche!

 

 

Hij was in heel ons Nederland

 

(ja, zie het maar wat "brejer")

 

de laatste Miss Blanche-klant

 

en nou rookt hij dus Player

 

 

Jan-Peter Rijken


De Paplepel

 

Vroeger hadden vooral oude heren, die het al gemaakt hadden en een enkeling die het nog moest maken wekelijks een bijeenkomst in een etablissement, voor ’s-Hertogenbosch was dat uiteraard Chalet Royal, en bespraken daar dan een of ander onderwerp, in de vorm van een voordracht met altijd een te korte tijd voor het stellen van vragen. Dat laatste was vooral om het de spreker niet al te lastig te maken want dan zou de ballon eens door geprikt kunnen worden.

Jan Bruens, nu een éminence grise, was toen ik lid werd in 1989 dat uiteraard niet. Wel was hij al met pensioen. Iets waar ik zelf in de verste verte niet aan dacht, net binnengekomen om een jong-gepensioneerde, Ton van den Elzen, op te volgen.

De Rotary was toen nog een mannenbolwerk. Jan Bruens, een gewaardeerd spreker, beperkte zijn opvoedkundige talenten tot het geven van adviezen hoe een spreekbeurt ingevuld en uitgevoerd moest worden.

Adviezen hoe je moest staan, of je wel of niet gebruik moest maken van ondersteunende hulpmiddelen en hoe die te gebruiken. Bij mijn weten, maar ik haal geen attendance die ook maar in de buurt komt van Jan Bruens, heeft hij dat

onderwerp twee keer herhaald. Zeer leerzaam.

Wat hem er toe bewogen heeft om een aantal jaren geleden het verzoek tot het bestuur te richten om de wekelijkse bijeenkomsten af te mogen sluiten met een gedicht, een aforisme of een andere literaire ingeving, zo kort dat het een thee-lepeltje is gaan heten, dat door nagenoeg ieder ten zeerste op prijs gesteld wordt, weet ik niet.

Het markeert in ieder geval wel zeer nadrukkelijk het einde van de bijeenkomst.

Tot vreugde van de spreker en de voorzitter; voor hen zit het erop. De rest met ongestelde vragen achterlatend.

Maar waarom dat theelepeltje? Was het omdat de club een gemengde club geworden was en een beetje cultuur nooit weg is. Was het omdat Jan Bruens steeds meer een éminence grise werd en hij dat gekke gedoe: dat ieder drie à vier jaar weer terugkerende debat over vergrijzing en past-rotary-clubs voor wilde blijven? Was het omdat hij zo’n grote liefde voor de dichtkunst koestert dat hij de vervlakking die in het Nederlands taalgebruik almaar schrikbarender vormen aanneemt een halt toe wil roepen.

Ik zou zeggen: waarom dan ook, maar blijf het doen Jan. Gooi cultuur met een paplepel over ons heen en trek je niets aan van dat gezeur dat er een leven na deze Rotaryclub is.

Van harte met je tachtigste verjaardag.

 

Joop Janssen

G E F E L I C I T E E R D


Beste Jan,

 

Van harte gefeliciteerd met je 80e verjaardag. Een mijlpaal die je ongetwijfeld hebt bereikt dankzij een goede DNA-structuur en alles wat verder met erfelijkheid te maken heeft, maar wellicht nog meer met een oppassend leven en de goede zorgen van Anneke.

Emma en ik hopen dat jullie het nog geruime tijd volhouden in dit ondermaanse bestaan, uiteraard genietend van het goede, en de minder mooie dingen vergetend.

 

Een gedicht opdragen aan jou is mij niet gegeven, een poging daartoe ontaardt in sinterklaasrijmelarij, en daar zit je ook niet op te wachten. Ik al helemaal niet; denkend aan de kritische instelling die je hebt zou ik niet graag je kritiek over mij heen krijgen. Denkend aan je mildheid en je vergevingsgezindheid zou het misschien nog wel meevallen. Wellicht is het je levenservaring die je wat milder maakt.

 

Dertig jaar lid van de club is niet gering. Je staat ver boven een discussie over actief en niet-actief. Als je naar de leeftijd kijkt is het onvoorstelbaar wat je nog allemaal op de schop neemt. Ouder worden is op die manier inspirerend, bedankt.

 

Nog veel goede jaren samen met Anneke toegewenst.

 

 

Jannis en Emma


Wis en waarachtig

 

Jan wordt tachtig

 

dat is hem nog niet aan te zien

 

want altijd nog

 

loopt hij koen en krachtig

 

door de straten van Den Bosch

 

en laat daar

 

na zorgvuldig denken

 

verrukkelijke verzen los

 

tot vreugde van de velen

 

die zijn warme voorkeur delen

 

van de verzen voor het volk.

 

Hij is dan ook hun warme tolk.

 

Hij is dat ook voor zijn genoten

 

van de edele Rotary

 

die hij met zijn lepels poëzie

 

elke week de harten streelt

 

en daardoor een gedichtenwoud teelt

 

waar ieder lid met vreugde in speelt.

 

 

Ben van Zwieten

(ik hoop nog lang van je theelepels te genieten)


Lang en rijzig van gestalte

 

berichten van een hoog literair gehalte

 

trekkend aan een sigaret

 

met oogjes twinkelend van pret

 

is dit Jan Bruens in de notendop

 

eruditie staat voorop.

 

Jan-Hein en Willemijn Verlinden


Jan de dienstwillige rondmailer

 

is voor ons bepaald geen verveler

 

werkt tot diep in de nacht

 

op het weekbericht wordt gewacht

 

steeds een opgewekt "bon mot"

 

in de Rotary doe je dat zò.

 

Erik Mol


Anton Korteweg:

 

Feest

 

Ik moest de Hema in. Voor vruchtentaart.

 

Goed en goedkoop. Want junior verjaart.

 

Als je nou kijkt wat daar los loopt aan vrouw

 

Dan wil je wel naar huis. Naar die van jou.

 

E. van Munster


Jan,

 

een bijzondere man,

 

wordt 80 binnenkort

 

maar wat is 80

 

is dat oud?

 

Hij heeft veel gezien,

 

nog veel meer gedaan

 

verknocht aan Den Bosch

 

met hart en ziel

 

verknocht aan gedichten

 

het zoeken en voordragen

 

en verknocht aan Jazz

 

met heel zijn ziel en lijf

 

als je met 80 nog die passie hebt

 

ben je niet oud

 

dan kun je zeggen ik heb geleefd

 

maar dan kun je ook zeggen

 

ik leef.

 

 

Karin Rademaker

bewaarster van de huiskamer van Den Bosch


Van Toen en Niemandsland

 

Nu ben ik even onderhuids gegaan.

Spiegels neergezet in hersenachterland,

Ontoelaatbaar is de buitenwereld, want

Een hand heeft ook mijn ogen dichtgedaan.

 

Reis terug naar de verloren tijd,

Opgezocht al het beleefde leven.

Kennismaken met oud en dat met nieuw verweven,

En bij het weten van de herinnering het denken neergevleid.

 

Onbeweeglijkheid is kort en kent geen duur,

De stille jacht naar wat destijds was,

Is een splinter van een dag of uur.

 

Zo spring ik van de ene naar de andere kant.

De vrees die rest, is wat ik pas

Bedacht en steken blijf in niemandsland.

 

Voor lieve Jan,

door Urias Nooteboom, mijn leermeester en goede vriend zaliger,

van Mechtild


Voor Jan, schieten woorden tekort, lange volzinnen volstaan niet.

 

Ik blijf daarin ook tekort schieten.

 

Meer dan:

 

"Dat een theelepeltje zo groots kan zijn"!

 

weet ik niet.

 

 

Peter van Beijnum


Ge wit toch wel dun dieje, diejen Bruens,

 

Hij wordt al wel wè ouwer,

 

Mor hit nog steeds wè gruuns.

 

 

Hans Jansen


Jan,

Dank voor àlle theelepeltjes.

Je zette ons aan het eind van de bijeenkomst vaak op het goede been.

Soms totaal op het verkeerde, maar immer interessant over zaken die ons raken.

 

Jan,

het leven is niet

wat wij denken te zien

in ons vizier

het leven is wat

we voelen in ons hart

de kracht

van de zon in ons lijf

niet te beschrijven

dat is het leven wél.

 

Netty Werkman


Voor Jan

 

Woorden

te spreken door Jan,

daar geniet ik elke week van.

 

Verzen

voorgedragen door Jan,

daar geniet ik elke week van.

 

De puntjes op de i,

aangedragen door Jan,

daar geniet ik elke week van.

 

Veronica Dénis


Beste en héél jarige Jan,

 

Jan treft ons met zijn vaak "vogelachtige" gedichten tot inspiratie en inzicht in onze relativiteit van het "kosmisch" zijn.

 

Ik wens je de mooiste verjaardag van je leven.

 

Met hartelijke groet,

 

Joep van Esser


Jan Bruens 80 jaar.

 

Jan gaat zijn tachtig jaren vieren

hij staat er uitgebreid bij stil

hij zal de teugels laten vieren

maar … wordt ook wel even stil.

 

Jan blijft rokend ademhalen

en nog jaren wijs verhalen.

 

 

Herman en Marlies Lerou


Versje voor Jan Bruens bij z’n tachtigste verjaardag

 

Oud of jong

 

Oud of jong is geen goede vraag

’t is geen cijfer hoog of laag.

 

Met oud of jong is geen leeftijd vastgelegd

’t is een geestestoestand zogezegd.

 

"Jongen" zien het leven als een oneindig heden

"ouden" daarentegen als een kort verleden.

 

Verleden en heden komen samen in het nu

en welnu dat verschuift continu.

 

Dus oud of jong is niet in een getal te vatten,

zelfs niet bij benadering te schatten.

 

Dat men oud is, is niet de tragedie van de ouderdom,

doch dat men jong is….en da’s stom!

 

En waarachtig:

vier maal twintig is ook tachtig

 

en het machtigste

één geheel vormt tachtig tachtigste!

 

Tachtig is dus slechts het instrument

dat ons nog steeds met menig goed versje verwent.

 

Jan ten Bokkel Huinink

Vught, 13-7-2003


Tachtig jaar Bruens, dat rijmt niet.

(onderstaande tekst zou gezongen kunnen worden op de melodie van de poëtisch hoogstaande tekst:"Het meisje van de zangvereniging")

 

In zo’n Rotary verandert er niet veel,

Door de jaren heen blijft het heel traditioneel.

Ach er was plots een gewin

Want er kwamen vrouwen in,

Maar daar heb je ’t dan ook wel weer mee gehad.

 

Club Den Bosch heeft echter een genie.

Hoe hij ’t steeds weer voor elkaar krijgt snap ik nie.

Want Jan Bruens houdt ied’re week

In deez’ club een korte preek,

Dompelt ons dan even in ’t poëtisch bad.

 

Door zijn theelepel gedicht

Voelen wij ons opgelicht,

Komen wij in hog’re sfeer.

Elke week doet hij dat weer.

Refrein:

En ik hoor ied’re keer met vreugde zijn gedicht aan.

Lees dat later nog eens na in ’t weekbericht.

Ja, Jan prikkelt onze zinnen,

Maakt ons even warm van binnen.

De traditie eist dat hij zo door moet gaan.

 

In zijn taalgebruik houdt Jan van zuiverheid:

’t woord gebeuren als "gebeuren" wil hij kwijt.

Moet je brengen een verhaal,

Ja we weten ’t allemaal

Dan vindt Jan twintig minuten maximaal.

 

Ook al is hij nu tachtig jaren oud

Het moderne leven laat hem echt niet koud:

Als piraat op internet

E-mailt hij ons, Opgelet!

Want hij maakt daarbij soms ook wel eens een fout.

 

Maar bij zijn hang naar poëzie

Past een theelepel echt nie.

’k Denk meer aan een thermoskan

Warme poëzie van Jan.

 

Refrein.

Theo en Thea Symons


Beste jarige Jan,

De bedoeling was je een origineel theelepeltje te geven,

maar dat lukte niet zonder plagiaat….

Want

Als we zo’n talent hadden

zouden we het weten

als we het zouden weten

zouden we het opschrijven

 

Als we het zouden opschrijven

dan hadden we nu een tekst

waarmee we jou zouden verrassen

zoals jij ons altijd weer verrast

met je passie voor:

 

Taal

Ongeacht van welke kliek

dien je ieder van repliek

uitgesproken met mimiek

je toon zo uniek

je zinnen van elastiek

de verpakking altijd sjiek

een knap staaltje journalistiek.

 

Gedichten

Gedichten –

gestolde gedachten

die uitvloeisel zijn

van denken –

brengen levensvuur

brengen gloed van ver

in onze Zoete stad van lieve Ger.

 

Jij hoort thuis in een rij Bossche helden

Bergé en Van der Eerden

redden de Binnendieze

Knillis maakte stadspolitiek

Bluysen bracht nieuwe religieusiteit in de Sint Jan

Bruens brengt poëzie in de stad.

 

Mogen wij jou feliciteren met een vruchtbaar en inspirerend leven van 80 volle jaren,

En je nog vele jaren erbij toewensen.

Dat zal wel.

Jan en Marina Verkuylen


Lieve Jan,

 

Wat ’n genot om vriend te zijn

 

van een club die Rotary heet.

 

De avond wordt gevuld met borrel, diner en interessante lezingen

 

vaak genoteerd en ons toegezonden door Jan.

 

Maar ’t mooist en fijnst van de avond

 

humoristisch, vol emotie, stof tot nadenken

 

is ’t theelepeltje poëzie

 

wat ik nooit meer wil missen!

 

 

Veel liefs van

Ria Meijer-de Weijer


Voor een tachtigjarige Jan

 

die alles met gedichten kan

 

is het niet moeilijk een limerick te bedenken

 

en hem deze als aandenken te schenken

 

want hij is een zeer dichterlijk man!

 

 

Bas


Beste Jan,

Wat moet je nu als je leest: "Om proza te schrijven, moet men beslist iets te zeggen hebben; om gedichten te schrijven is dat niet noodzakelijk".

En jij leest er ons nog wel elke week een voor.

Maar laat je er niet door van de wijs brengen, we waarderen dat wekelijkse theelepeltje of klepeltje zeer. Ik heb er ook nog een gevonden, waar we de handen ook wel voor op elkaar krijgen. En niet te vergeten: het past ook wel bij jou.

Het is van Gerrit Komrij en draagt de titel Zondagskind.

 

Anderen knippen met hun vingers, zie:

Er valt vanzelf een wonder uit hun hand.

Ik zwoeg gestaag, verfbrand mijn energie,

Maar wat ik opdelf is wat grint en zand.

 

Anderen eten graag, ik kauw met pijn,

Fazant! En ik verslik me in een luis.

De hele kosmos smaakt ze zoet, op mijn

Verhemelte proef ik slechts as en gruis.

 

Anderen hebben ritme, ik loop mank.

Ze ademen, mijn hals hangt in een strop.

Ze geuren, ik verspreid een helse stank

Toch kan ik mijn geluk bijna niet op.

 

Beste Jan,

Al ben je nu tachtig, ik hoop dat je nog lang doorgaat met die wekelijkse activiteit in onze club. Dank je wel.

 

Pia en Arie


Ik ben natuurlijk veel te laat,

maar beter laat dan nooit,

dus heb ik nu in allerhaast,

wat in elkaar geklooid....

 

Lieve Jan, ik hoop dat jij,

nog lang gedichten leest,

elke week een nieuw kwatrijn,

voor mij is dat een feest!

 

Ilona Hamelers