CUBRA

INHOUD PIERRE VAN BEEK
HOME 
BRABANTS
KUNST
FOTOGRAFIE
TEKSTEN
AUTEURS
AUDIO
SPECIAAL

PRINT

Pierre van Beek - Pietje Wijsneus - columns

 redactie: Ben van de Pol

 

Pietje Wijsneus - Memoires van een vroeg-rijpen baby (8)

Nieuwe Tilburgse Courant - donderdag 31 december 1946

 

Dat de emoties, die mijn verschijnen op de aardbol teweeg gebracht hadden, na de eerste dagen langzaam zouden ineenzakken als een leeglopend kermisopblazertje (het geluid buiten beschouwing gelaten), mocht verwacht worden. Zo gebeurde het dan ook, dat de golven der sensatie tot rust kwamen en werden ingebed in de intieme geslotenheid van ons huis, waar de witte schort, alias de verpleegster, de enige ongewone verschijning bleef gedurende de eerste veertien dagen.

Grote gedeelten van de dag verdeed ik, knus onder de dekens weggestopt, met slapen. Als mijlpalen stonden tussen dit slapen in, de precies uitgerekende uren der voeding met de daaraan onafscheidelijk verbonden "ups en downs", waarvan huilconcerten, beginnende reeds een uur voor het tijdstip van eten, als het belangrijkste genoemd dienen te worden. Geen wonder dan ook, dat pa zijn aanvankelijk zo resoluut geluchte pedagogische wijsheid van: "Dat kind moet orde leren!" liet verdringen door een geheel andere maar daarom niet minder resolute conclusie: "Dat kind lijdt honger!" In deze overtuiging meende hij zich gestaafd te zien door het feit, dat ik maar niet zwaarder wilde worden. Tot grote droefenis van mama had ik de eerste dagen al twee ons van mijn geboortegewicht ingebrokt en of nu de schort verzekerde dat dit baby-usance was, mams had geen rust alvorens die twee ons dubbel waren ingehaald. Eerlijk gezegd kan een mens van water en melk toch eigenlijk ook niet groeien. En meer kreeg ik niet!

U zult het reeds merken, dat ik tot de categorie van fleskinderen behoorde. Er had zich een heel drama afgespeeld, alvorens ik hiertoe gedegradeerd werd en mams had daarbij menig heet traantje op mijn fondant-rose koontjes laten lekken - mams had als goede moeder nu eenmaal een hekel aan de fles - doch de uiterste noodzaak dwong en, na vele tormenten, had zij zich gewonnen moeten geven. Omdat het water en de melk mij niet in staat stelden tot de prestaties, die men verwachtte, werd besloten tot het kant-en-klaar recept, dat in winkels met een schone naam wordt afgeleverd. En ziet, het wonder geschiedde: ik overschreed weer de grens van mijn geboortegewicht om daarna - met twee ons per week - op het volgende pond af te sprinten...

Indien slapen en eten ook al een aanzienlijk deel van mijn bestaan in beslag namen, er bleef toch nog genoeg tijd over voor het uithalen van diverse experimenten. Zo herinner ik het mij nog als de dag van gisteren, dat ik grote beroering verwekte door op mijn zesde levensdag, toen ik op mijn buikje op de commode lag, mijn hoofd en borst op te lichten. Dit gold als een ongehoorde prestatie, die volgens de boeken der geleerden eigenlijk pas op de leeftijd van twee maanden had mogen geleverd worden. Van die dag af genoot ik plotseling de reputatie "een sterk kind" te zijn. Oma beweerde dit al vanaf de eerste dag gezien te hebben en bij deze gelegenheid begon ze zó de loftrompet te steken over mijn buitenissige eigenschappen en toekomstperspectieven, dat ik - nadat men mij weer in mijn wiegje gelegd had - niets beters wist te doen dan diep onder de dekens weggekropen van schaamte te gaan liggen blozen. Ik voelde me totaal incapabel aan al de verwachtingen te voldoen, zodat het ineens vaststond, dat ik nog een voorwerp van veel desillusie moest worden. Met deze sombere dreigingen boven het hoofd heeft mijn Engelbewaarder me die dag zien indommelen...

 

PIETJE WIJSNEUS