INHOUD HET IS ALTIJD VANDAAG
INHOUD WILLEM IVEN
HOME
SPECIAAL
AUTEURS
TEKSTEN
BRABANTS
KUNST
FOTOGRAFIE
AUDIO

Print Pagina

 

 

 

 

Negentig en twee halven

De serzjant-instrukteur was de

rekruutsuldaten les aant geven. Hij had het

over (Hij behandelde …) het artikel water.

Onder andere had hij daarover gezegd, dat

Water, jongens, nu evekes opletten, ja !? Water dat kookt bij,  euh  bij ’s kijken, ja bij negentig graden. En hij deed heel deskundiglijk kijken.

Maar de bekant-suldaten zeiden dat dat o nee niet waar was, dat dat niet kon  kloppen, dat moest ie toch nog maar eens nazien in zijn boekske.

Hij werd er stil af, de serzjant, en ie begon verlegenig zijnen bril te  poetsen um na te kannen denken.

Och verrekt ja, zei hij na enig napeinzen (althans ,met  gebogenn hoofd zittten) gullie hebt gelijk.  Dat komt: ik was in de war gekomen met den rechten hoek.

 

En de mister was dien mergen begonnen zijn klas jongens en  durskes uit te leggen wat de helft is. Als ze de breuken moeten gaan leren, dan begint dat altijd met heel en half.

De helft, had ie gezegd, dat is krek ‘t half van iets heels, van iet allings. van iets. En de twee helften van een ding zijn altijd even  groot. Krek.

Tot aan het speulketier was ie daar  doende mee geweest, met dat uit te leggen. In de pauze,in het kamerke waar de misters en de  juffrouws altijd samen … euh een  tas koffie  deen vatten, begon ie metéén  er over:  

Poddorie, zei hij, ’k ben vandemergen  begonnen met de breuken begonnen en met verklaren en uitleggen van wat een heel en wat een half en de  helft is, want dat moet dan het eerst.

Ik heb  mijn klas  verteld van het alling en van de twee helften die daar uit gehaald kannen worden, en niet meer. Ik ben ook een zijpad opgegaan en heb gezegd dat elkerliek aan ielk been onder  bij de voet twee  naar bezijden stekende schenkskes heeft zitten. En dat dè arig is en  ons goed in de war ken brengen – immers iets dat ge dobbel hebt dat heet enkel. Mar à la …  dus ()!) de twee halven van iets zijn krek even groot of,klein, even zwaar, t’zelfde, krek ‘tzelfde …

Mar het  gong dedjuu niks goed: volgens mijn snapt de grootste helft het nóg niet.