INHOUD JONKERGOUW
HOME

BRABANTS

AUTEURS
TEKSTEN
INTERVIEWS
SPECIAAL

Print deze Pagina

WAS IE DAT?

Vroeger zong ik als eerste tenor dat het een lieve lust was, en zong ik wel bij zeven koren.

Daar was ik immers al vroeg mee begonnen. Bij huwelijksmissen werd ik dan ook geregeld gevraagd om het einde van de plechtigheid te voorzien van een strak en goed gezongen: "Ave Maria" van Schubert of Gounod. Op een keer kreeg ik het verzoek, om voor een van mijn vrienden die in het huwelijksbootje stapte niet alleen het "Ave Maria" te zingen, maar ook tijdens de communie het "Laudate Dominum", van W.A Mozart. Ik studeerde dat in met iemand van het koor, en toog naar de desbetreffende kerk toen het zover was.

Daar gekomen legde ik de partituur voor aan de organist, die minstens vijfentachtig jaar oud bleek te zijn. En dóóf! Hij speelde al zijn hele leven op dat éne orgel en bleek ermee vergroeid. Hij knikte instemmend op de vraag of hij mij kon begeleiden. "Ik heb het alleen nog nooit gespeuld", zei hij. "Maar ik kom er wel uit!" Toen het dan eenmaal zover was, zong ik. Hij volgde… soms een noot te vroeg of te laat, mijn optreden. Ik was blij dat het moeilijke stuk eruit was! Hij knikte na afloop alleen even. Pas na de mis vroeg hij me "Dat Laudate Dominum, Wás ie dat?"