INHOUD JONKERGOUW
HOME

BRABANTS

AUTEURS
TEKSTEN
INTERVIEWS
SPECIAAL

CuBra

 

 

Willem Jonkergouw - Tante Jo

 

_________________________

 

 

Mijn tante Jo, kwam uit een gezin met acht kinderen.

 

Was je haar ooit tegen gekomen, je had  het haar niet gegeven. Ze werd wel zevenentachtig jaar en werd daarmee ouder dan al haar broers en zussen.

 

Altijd een dame, wanneer je haar zag.Ze verzorgde zichzelf uitermate.

Prachtig opgestoken grijs haar, net voldoende rouge en altijd jurken of

blouses, met een smetteloos witte kraag.

 

Een héérlijk mens om te ontmoeten,vol van levenswijsheid.

Lief, eerlijk, betrouwbaar. Alles wat een goed mens tot een goed mens kan maken, bezat tante Jo. Ze had in haar leven al veel meegemaakt,teveel eigenlijk maar daar praatte ze liever niet meer over. “Voorbij is voorbij“ zei ze wanneer je er naar vroeg.

 

Ze sprak dus wel uit ervaring, levenservaring. Je kon van haar op aan.

Over de natuur kon ze je veel vertellen. Ze woonde lang buiten het dorp en is tussen en met de natuur opgegroeid. Vragen over het weer wist ze met veel wijsheid te beantwoorden.

Je zei tegen haar ook nooit: “ik denk niet dat het gaat regenen”.

 “Nee”, zei ze  dan: let op mijn woorden: “het gaat wel regenen”.

 

En dan ging het ook regenen. “We krijgen een mooie zomer”, zei ze eens.

En verdómd, die krégen we ook. Zo was mijn tante Jo.

Een heerlijk en voor alles betrouwbaar, mens.

 

Jammer, dat ze tot aan de  laatste minuut van haar leven last moest hebben van een doorlopende menopauze.

De daarbij de behorende”opvliegers” waren voor haar een ramp!

Daar kon ze totaal niet mee overweg.

Ze kwamen altijd zo onverwacht. En ze hield juist zo van zekerheden.

 

Ze kon zich daar dan ook behoorlijk druk over maken. Maar ze had er haar manier voor gevonden.”Steek je kop uit het raam, laat het even waaien,en doe het raam weer dicht!”

Aan die beruchte menopauze van haar is dus echt nooit echt een einde gekomen.

 

Op een keer zei ze, terwijl ze het weer zo warm kreeg, “als ik na dit leven als een beest terug moet keren, dan weet ik wel”. Als ik het voor het zeggen heb, kom ik terug als een ijsbeer, dan ga ik genieten van een lekker gekoeld leven.“

 

Het is nu alweer ruim een jaar geleden dat tante Jo overleed.

 

Vandaag kijk ik op tv weer eens naar Nova.

 

“Het Poolijs smelt langzaam maar zeker” het zet door.

 

Wij zagen het aankomen…

 

Tante Jo…?