INHOUD DOSSIERS
INHOUD W T T
CUBRA HOME

PRINT DEZE PAGINA

 

Het Woordenboek van de Tilburgse Taal wordt mede mogelijk gemaakt door

Bijlage

Liedtekst: We zijn boerinnen, een bijzonder feestlied

Ed Schilders - 2 april 2012

 

Handschrift van een vrolijk feestliedje uit de verzameling van mevrouw Mientje Meijers (1900-1982) uit de Hasseltstraat in Tilburg.

Met aantekeningen en een naschrift van Ed Schilders

 

Het handschrift

De transcriptie van het handschrift

De onderstrepingen in de tekst zijn overgenomen uit het handschrift. Ze zijn daarin zeer waarschijnlijk aangebracht om de zangers erop te attenderen dat de klank dialectisch moet worden uitgesproken.

 

We zijn boerinnen van den auwen stempel

En we leven dood bedaord

Bij ons in Berkel zoo gehieten

Zen de minschen goed van aard

Mar hier in Tilburg is ’t heel aanders

Hier is ’t niks dan een zotte kliek

Want om de mode van de dames

Lachen wij ons eigen ziek.

REFREIN

We zijn boerinnen met steve [stèève – stijve, stevige] pinnen [PIN = muts van boerinnen, ook ‘pinnenmuts, en in Tilburg ‘keuvel’ ]

Weven [wèève – vrouwen] uit de auwen tijd

We zijn nor Tilburg toegekomen

Zonder keer [kèèr – kar] en zonder tram

En hoe we hieten meu de [meude – mag u] weten

Zij hiet Mie en ik hiet Han

We hebben eerst de koe gemolken

De mulk in de kan gedoon

We hebben ons egen afgewasschen

En ons blokken [*] ongedoon [blòkke = hardhouten klompen of sandaalvormig schoeisel]

REFREIN

Op den Bosscheweg zoo we[wè – ongeveer] bè Loven

Krégen wij al hooge nood

En krek gelek we in Berkel deden

We kropen in ’n ne diepe sloot

Mar de moes we duur bezuren

Dè wert voor ons een dure les

Want zon vent van de politie

Gaaf ons baaien een pruces

REFREIN

We zijn mé ons natte baaien broeken

Sómen mar wir durgegaon

Want ge kunt toch wel begrepen [begrèèpe – begrijpen]

We hanne van schrik er in gedaan

We klotste somen mar wer [wir – weer] verder

Mee ons aaier nor de boterhal

Mar ik zal jullie wel verzekeren

Dè dè niemer gebeuren zal

REFREIN

Op de mert daar hebben we moeten lachen

Door zagen wij een Juffrouw staan

Dikken binen [bêene – benen] korte rokken

Ge kekt ze host tegen der billen on

De noemen ze hier de liste mode

Manvolk vent dè schoon en schik

Mar als wij zoo in Berkel liepen

Staken ze ons stellig on de riek

REFREIN

Toen hebben wij bij Janus Schuurmans [*]

Achter de kerk nog is [eens] goed gepist

En dan recht nor hier gekomen

Op de mert zin ze, was ’t hier fist

Ze zin, deeze [dè ze, dèsse – dat ze] gingen fisten

...

...

...

 

NASCHRIFT

Omdat elk couplet acht regels heeft, lijkt het laatste couplet drie regels te missen.

In de voorgaande coupletten rijmen de even regels op elkaar, de oneven regels hoeven niet te rijmen.

Rolf Janssen heeft een ‘afgeslankte versie’ van deze tekst opgenomen in zijn boek ‘We hebben gezongen en niks gehad’ (1984) onder de titel ‘Boerinnen van den awe stempel’. Janssen schrijft dat het lied op bruiloften en partijen gezongen werd. De versie die hij optekende bij het echtpaar De Rooy-Wellens in Goirle, is inderdaad een bruiloftsvariant. Deze variant is beslist minder leuk dan die hierboven doordat alle verwijzingen naar de topografie (Bosscheweg, Loven, de Boterhal, de kerk, het café van Janus Schuurmans) verdwenen zijn. De twee boerinnen krijgen nog wel een ‘purces’ maar alle verwijzingen naar de hoge nood en het piesen zijn vervolgens niet meer te vinden in de Goirlese versie. Jammer, want de tekst die mevrouw Meijers opschreef is een rasechte loot aan de boom van de poep-en-piesliedjes waarmee onze voorouders op familiefeesten zoveel succes en plezier hadden.

Hier is mijn poging om het laatste couplet volledig te maken:

 

Toen hèbbe wij bij Jaones Schuurmans

Aachter de kèrk nòg ’s goed gepist

Èn dan rèècht nòr hier gekoome

Op de mèrt zin ze, was ’t hier fist

Ze zin, dèsse gingen fiste

Èn ze zeeje: Gaode gullie mee ons mee?

Naa zèmme hier, mar asge’t nie èèrg vèènt

Dan gaon wij naa irst nòr de plee.

 

NOTEN

Het café van Janus schuurmans (foto: Regionaal Archief - Beeld on line - detail)

 

De muzieknotatie van Rolf Janssen