DOSSIERS WTT
INHOUD W T T
CUBRA HOME

Het Woordenboek van de Tilburgse Taal wordt mede mogelijk gemaakt door

Bijlage

Dossier bestuiten - bestèùte

► Bestèùte

Bestuiten, bestèùte

met betrekking tot het gebruik om een pas geslacht varken te bewonderen en de geslaagde slacht samen te vieren

 

Het ritueel staat onder veel namen bekend.

Het heeft vooral betrekking op de thuisslacht.

In het WBD wordt het behandeld in de rubriek Feestdagen.

 

In grote lijnen kende het ritueel de volgende gang van zaken.

- In de directe woonomgeving wordt een varken geslacht.

- Als de eerste fase van de slacht voltooid is – het varken hangt ‘schoon’ maar nog niet ‘gekapt’ op de ‘leer’ – komen buren, vrienden, en familieleden naar het resultaat kijken.

- Bij die gelegenheid prijzen zij het resultaat, ze ‘bestuiten’ het varken, maar ook de eigenaar.

- Om de goede afloop te vieren, werd daarbij een borrel verstrekt, of ook wel iets te eten.

- Deze tractatie – door de eigenaars van het varken – kan ook afzonderlijk plaatsvinden; na het bestuiten.

 

Maerten van Cleve - ca. 1555 - Feestelijkheid naar aanleiding van de varkensslacht

 

In Handboek van de slager (Baretta, 1955) wordt gememoreerd hoe dit bestuiten de vorm van een soort van loterij heeft gehad:

- Ook daar [tijdens het bestuiten] de romantiek: hoe zwaar zal dit varken zijn, hoeveel vet (reuzel) en hoe dik het spek? Vandaar ook dat tijdens de slachting de buren kwamen kijken, op een briefje het gewicht noteerden en een prijs werd beschikbaar gesteld voor diegene, die het juiste gewicht had geraden of er het dichtst bij was. Dat hierbij ook dikwijls een dronk werd uitgebracht op de winnaar van de prijs en de eigenaar van het varken is vanzelfsprekend.

 

Het WBD beschreef het ritueel als volgt in de paragraaf ‘KOMEN KIJKEN NAAR DE SLACHT’:

Het gebruik waarbij familie, buren en/of kennissen naar de slacht komen kijken en getrakteerd worden. Beneden de rijksgrens blijkt dit gebruik nagenoeg onbekend te zijn, erboven kwam het vooral in Oost-Noord-Brabant voor. In Leende kregen de familieleden en buren een borrel, en de mannen een sigaar. Een borrel was ook vast onderdeel van dit gebruik op verschillende andere plaatsen in Oost-Noord-Brabant, en ook in Den Hout, Drunen en Dussen. In Soerendonk kwamen vooral de vrouwen uit de buurt op bezoek: er werd koffie met brood of peperkoek geserveerd. (...) in Mill werd er op kaantjes (stukjes uitgebraden vet) getrakteerd. Naar dit gebruik verwijzen ook de trefwoorden waarin kaaien vernoemd worden. Bij de boeren uit Valkenswaard werd er spek gebakken. In Roosendaal ging men 'op de braai': men braadde er stukjes vlees voor familie, buren en kennissen. De carbonadevisite in Vortum-Mullem hield in dat er carbonade, worst en koffie met brood aan de gasten opgediend werd. De laatste twee trefwoorden betekenen eigenlijk: mensen uitnodigen om te komen kijken naar de slacht.

 

De uitdrukkingen die het WBD voor dit ritueel noemt, hebben betrekking op het kijken, en op de traktatie. (Zie het WBD III-3:2 voor specifieke plaatsnamen.)

Kijken

het varken prijzen

prijzen (ook prissen)

het vet prijzen

vet prijzen

prijsvetten

stuiten

bestuiten

het varken schatten

varken schatten

het varken kijken

het varken gaan kijken

op de varkens zitten

op het varken komen

naar de slacht kijken

kuus kijken

De traktatie

slachtfeest

varkenskermis

op de kaaien komen,

op de kaaitjes (op de kaaiekes)

kaaienfeest

op de slacht komen.

op de kortigheid komen

op de steek komen

op de zult gaan

om de braai gaan

om een borrel

carbonade visite

op de balkenbrij nodigen

 

Bij de traktatie ligt de nadruk dus op de lekkernijen die reeds korte tijd  na de slacht beschikbaar waren: kaaikes, de steek, en zult.

In N.-Brabant (o.a. in Zeelst) noemt men de belangstelling van de buren bij het slachten „peutjen aauwe" (pootje houden); er wordt een kloemp (borrel) gedronken en bij het heengaan klinkt: „kom, haauwt oe" of „en èt m mè gezondhèt." (J. H. Kruizinga – Levende Folklore in Nederland en Vlaanderen; 1953)

 Voor Limburg benadrukte Herman Crompvoets de borrel:

- Voordat het varken geslacht werd, kwamen de buren het prijzen in de hoop op een borrel te worden getracteerd. (Herman Crompvoets, Huisslachtbenamingen in Nederlands Limburg (Mededelingen van de Vereniging voor Limburgse Dialect- en Naamkunde, Nr. 44). Hasselt 1988

 

Jan Jozef I Horemans - 17de eeuw - Geslacht varken in schoenmakerswerkplaats - De vrouw schenkt een drankje in voor de bezoekers

 

Dit lijkt goed te verenigen met de door Baretta (hierboven) gesignaleerde wedstrijd. De uitslag werd bekendgemaakt nadat de slachter zijn werk had gedaan.

 

Crompvoets noemt dit gebruik dan ook onder het trefwoord ‘Op de borrel gaan’.

 

In het Tilburgs bestond de uitnodiging ‘Naar het varken komen kijken’. Dat moest vooral niet letterlijk genomen worden, maar als een uitnodiging om een borrel te komen drinken.-

 

Een bewijsplaats daarvan  vinden we al in de oudste gedrukte verhalende tekst in het dialect van Tilburg, een stukje dialoog tussen twee jeugdvrienden:

- Kom Zondag, as de liste mis ùit is, is nor ons verreke kèke, zuldet doen ?

— 'k Zal stellig kome Nies, ge kunt er vaast op aon !

— Dan zumme vur zistien centen haolen, en saome lekker praote. Toe 'en Zondag ! haauwdoe woord, hurre!

Met ‘zistien centen haole’ bedoelt Nies de inkoop van een maatje jenever.

Frans Verbunt heeft een variant opgetekend uit de tijd dat de verkoop van jenever in Tilburg aan banden werd gelegd: nòr et vèèreke gòn kèèke - na sluitingstijd in de keuken van het café een borreltje drinken.

 

¶ Ook de slager werd traditioneel op een borrel getrakteerd na gedane arbeid:

...waarbij de voorpoten flink geschud worden. Is dit gebeurd, dan volgt meestal voor de slager een tractatie: een borrel en een sigaar.  (J. H. Kruizinga – Levende Folklore in Nederland en Vlaanderen; 1953)

 

BENAMINGEN EN GEBRUIKEN

pensenkermis, feestmaal dat men houdt wanneer het varken geslacht is. Men noemt de worsten licht pensen, omdat men tot het maken derzelve de darmen en ook al andere ingewanden verbruikt. ( III, 189). (Schuermans, Algemeen Vlaamsch Idioticon, 1865-1870)

Synoniemen

TRIJPKERMIS, TRIEPKERMIS, in Vl. 't zelfde als in Brab.: pensenkermis, feest dat de vlaamsche boeren aan vrienden en magen geven, als ze 't verken geslacht hebben. (Schuermans, Algemeen Vlaamsch Idioticon, 1865-1870)

VERKENSKERMIS, v., de kermis die gehouden wordt als er een verken geslacht is (Brab. en Oostvl.); in Brab. zegt men ook : pensenkermis. (Schuermans, Algemeen Vlaamsch Idioticon, 1865-1870)

ZWIJNEFOOIE of ZWIJNEKARMEIE, ZWIJNTJESKERM1S, ’t zelfde in Vl. als in Brab. : pensenkermis, verkenskermis, d. i. smulpartij ter gelegenheid der slachting van het zwijn of

verken. (Schuermans, Algemeen Vlaamsch Idioticon, Bijvoegsel 1883)

 

varkensslacht – slachtvisite – wedden op gewicht – vetpriezen – vetprijzen – spekvisites - zwienevisites

Heeft een landbouwer een koe geslacht, zoo worden vaak des avonds, als het dier schoon aan den haak, of, zooals men in de provincie Groningen meestal hoort, aan den balk hangt, eenige vrienden en buren te vetpriezen verzocht, d.i. ter slachtvisite genoodigd. Het geslachte beest (slachter- of slachtelbaist) wordt dan bekeken en zijn gewicht getaxeerd, waarbij gewoonlijk weddingschappen worden aangegaan, of, zooals men het noemt, wordt ingeschreven. Ieder schrijft te dien einde het aantal ponden, waarop men het dier taxeert, op briefjes, die gesloten en den volgenden dag, als het gewogen is, geopend worden. Degene, die het werkelijk gewicht het meest nabij komt, wint den gezamenlijken inleg. In het Oldambt worden de verloren sommen in een algemeenen pot gestort en daarvoor na afloop der slachtvisites, die in den regel bij verschillende buren en goede vrienden rondgaan, een pretje gehouden, hoofdzakelijk bestaande in het drinken van chocolade en van jenever en brandewijn. In het noordwesten der provincie, althans in de Marne, kocht men voor de verloren sommen, in vroegere jaren gewoonlijk ollewieven, terwijl ieder zijn eigen jenever of brandewijn betaalde. Tegenwoordig zijn althans in die streken de slacht visites meer in onbruik geraakt.

In Westerwolde, dat vele varkens oplevert, is men gewoon zoogenaamde spek- of zwienevisites te geven, d.i. wie een varken of ook wel een koe heeft geslacht, noodigt zijne buren en vrienden bij zich en onthaalt hen op spek of vleesch van het geslachte dier. (Onze Volkstaal; 1882-1890)

 

varkensslacht – feestelijk – pensenkermis

In enkele streken zou November ook wel Gastmaand kunnen heeten, daar nl. waar nog in zwang zijn de over 't algemeen wel uitgestorven slacht-rondjes, waar het stuk braadvleesch hoofdschotel is. Ja de slachtmaand was voor de plattelanders recht gezellige maand — jammer maar dat de tijd van gezelligheid zoowat voorbij is; de stoom heeft de menschen voorgoed van den haard gejaagd, en de weelde beneemt aan onze gezelschappen den gullen toon der gezelligheid. Dat is de schaduwzijde van onzen tijd. Zal 't weer beter worden . . . . wanneer? (F.W. Drijver, Mozaïektegels; 1892)

vetprieze - Na de slacht houdt men een gezellige avond, ook om wat 'terug te doen' voor de buren die geholpen hebben. Men noemt deze avond o.a. op de Veluwe vetprieze. Er wordt koffie met koek geschonken, een borreltje en het pas geslachte varken wordt gekeurd. Meestal in de vorm van eigen gemaakte worst en zult. Vroeger at men bij deze gelegenheid balkenbrij. (Dr. TJ.W.R. de Haan, Folklore der Lage Landen, 1972.)

feest - buren

In Zeeland hield men een slachtmaal, waarbij aardappelen gegeten werden met vet, rapen en gestoofde peren, en ook de oren en poten van het varken. Een oud kinderliedje herinnert hier nog aan:

Moeder, moeder, de beer is los,

hoor dat beest eens brullen,

snijd hem zijn neus en oren af,

dan hebben we wat te smullen!

(Dr. TJ.W.R. de Haan, Folklore der Lage Landen, 1972.)

 

feest - gewicht raden

De buren komen nu om te „vetpriezen" (Sleen), ze taxeren het gewicht... (J. H. Kruizinga – Levende Folklore in Nederland en Vlaanderen; 1953)

 

 feest - bestuiten

De buren komen nu (...) en prijzen de uitstekende kwaliteiten van ,,'t kuuske." (J. H. Kruizinga – Levende Folklore in Nederland en Vlaanderen; 1953)

 

pensenkermis

Het uitgulpende bloed wordt opgevangen, want daarvan wordt het „bülkesbrood" (Ov.) of de lekkernij voor de „pensenkermis" (VI.) gemaakt. (J. H. Kruizinga – Levende Folklore in Nederland en Vlaanderen; 1953)

 

pensenkermis

In Vlaanderen volgt na de slacht de z.g. pensenkermis. Voor hen die bij dit karwei hebben geholpen en hun familieleden staan dan allerlei lekkernijen uitgestald: witte en zwarte pensen, gele pannekoeken, en bruine suiker, vette koteletten en appelmoes, geboterde, boterhammen, straffe koffie en „een druppel" voor de mannen. (J. H. Kruizinga – Levende Folklore in Nederland en Vlaanderen; 1953)

 

Varken – bestuiten – vetprijzen - vetpriezen
Toen in het laatst van November hun eigen varken gekeeld werd, ging ze naar Jannetje tot ze er zeker van was, dat Gart-Jan en Lubbert het dier dood op de leer hadden hangen, maar ze was hevig trots toen de vetpriezers haar komplimenten maakten over de dikte van het spek en de grote hoeveelheid opgepende reuzel. (H.J. van Nijnatten-Doffegnies, Henne; 1941)
 

varkensslacht – eten aangeboden aan vrienden

Hutspot - proefje van de slacht, dat bevriende dorpsgenooten elkander wederkeerig aanbieden. (Woordenlijst van het Neder-Betuwsche dialect door J.C. Groothuis. In: Onze Volkstaal, 1882-1890)