Fráncy
van Iersel
Stiltecoupé
Een meisje met rood gestifte lippen
een krant, een laptop, een iPad
een kuchje
de geur van natte kleding.
De bij
Zoem...zoem...zoem
hier is de bij
blij met de bij
dansend van bloem
naar bloem
zoem...zoem...zoem
géén steek in mijn zij
hier is de bij
blij met de bij.
Goede morgen haan,
Ligt het aan u veren?
Streken heeft U
aanvallend gelijk een Waakhond
zodra ik het erf betreed.
Zijn het u broedse vrouwen
dat u mij aanvalt?
Menig kras op mijn been is het resultaat.
Pas op haan met u wilde streken
het kost u de kop.
Ik eet een heerlijk soepje
Dankzij u haan!
Het bos
Donker in het bos
geen maan, geen sterren
bladeren bewegen geruisloos.
Voetstappen lopen met mij mee
smiespelende stemmetjes
ze zijn met velen!
Mormeltjes schaduwen mij
kleven zich vast, ze zijn met velen!
Het is donker in het bos.
Ontmoeting
Ik
ik ben
ik ben de dochter van…
Hij
hij is
hij is de zoon van…
Woord
is een woord
is een woord van…
Schaduw
is een schaduw
is een schaduw van…
Hand
is een hand
is een hand van…
Jij
Dansen, dansen aan de zee
samen met jou mee?
Vanavond bestel ik
Champagne met kaviaar.
Daarna gaan we dansen
dansen aan de zee
samen met jou mee.
Mist
Bomen….het bos
grillige vormen
ze sluiten je in
met hun takken,
laten je niet meer los
takken kraken
door de wind
je loopt je pad af
bladeren ritselen
je trui wordt vochtig.
Het koolmeesje (Parus Major, 1758)
Zittend in mijn lentezonnetje
vliegt er met een grote boog, brutaal
een koolmeesje
de bijkeuken in.
Dansend op de kokosmat
plukt het meesje
de haren uit de mat,
materiaal voor een zacht nestje.
Voorzichtig pak ik de camera
om deze verantwoordelijke taak vast te leggen.
Hoe voorzichtig ook,
het meesje vliegt met een grote boog
de bijkeuken uit.
Dansend in de lucht en piepend:
péh-puuch...
Klinkt als lekker puh,
om even later vrolijk weer
te landen op de kokosmat.
Voorjaar in Gent
Rode wijn en chocoladetaart
pastis en brie
twee vrouwen
gegiechel in bed
een vlucht duiven en
een spelende poes
boek, zon, foto,
een kastanje in de knop.
Zoenen
Zullen we
zei hij al springend
op het grote bed,
zullen we gaan liggen
hier op het grote bed?
Zullen we
zei hij al springend
op het grote bed,
zullen we gaan zoenen
hier op het grote bed?
Molletje Mol op avontuur/zwemmen
Molletje Mol wiebelde met zijn zwart fluwelen kontje door het gras. Zijn kleine
staartje wijst vrolijk omhoog. Voor molletje Mol is het gras hoog, want een
molletje is maar klein van stuk.
Dus al wiebelend ploetert molletje Mol door het gras.
Molletje Mol kan niet goed zien, maar met zijn oortjes kan molletje Mol goed
horen en met zijn gevoelige spitse roze snuit neusje kan hij alles goed voelen.
Plotsklaps, wat was dat? Het neusje van molletje Mol ging heftig op en neer.
Geen kikker of regenworm maar wat is het dan? Er dreigt gevaar! Een ooievaar,
maar deze heeft maar twee poten en dit enge beest heeft er vier. Een vos?
Een hondenneus komt steeds dichterbij het neusje van molletje Mol. Molletje
Mol komt meteen in actie en begint met zijn graafhandjes een holletje te graven.
Het wiebelende kontje van molletje Mol steekt nog even boven de grond en
daarna verdwijnt molletje Mol onder de grond.
Het avontuur voorbij!
Het naakte bestaan
Met een indianentooi,
ben je dan een indiaan?
Met een uniform,
ben je dan een soldaat?
een zuster?
Je kleed je aan,
je kleed je uit.
Naakt, niets meer te verbergen.