INHOUD DE PAAP VAN GRAMSCHAP
HOME CUBRA

Kalmthout, Kees van
Kanter, Boekhandel Gebroeders De

Karitas
Kempen, Jef van

Kerkhofs, Walter
Kerstens, Rob
Kessels, Elsa

Kessels, Marietje
Kessels, Mathieu en Paul

Ketelaars, Jeroen
Keurraad voor Roomsche Jeugdlectuur
Kieckens, Charles

Klavier, Cas
Knuvelder, dr. Gerard

Kobes, Gerrit
Kocken, Willem

Kok, Antony
Kok, dr. Abraham Seijne
Kolen, Kees
Komplement, Literair tijdschrift
Kort, C. de / graficus

Kranten, Tilburgse
Kronenburg C.SS.R., J.A.F.
Kroniekje van Tilburg
Kuiper, Henk


© Ronald Peeters 1992-2015 & Ed Schilders 2015 & Stichting Cultureel Brabant 2015


 

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K
L
M
N

O

P
R
S
T

U

V

W

 

Ronald Peeters

Kees van Kalmthout - Henk Kuiper


Kalmthout, Kees van

Regionaal Archief Tilburg. Foto's Jan Lampe

 

Kees van Kalmthout werd op 28 april 1948 te 's-Gravenhage geboren. Hij studeerde aan de Pedagogische Akademie te Tilburg, enige jaren kulturele antropologie aan de Universiteit te Nijmegen, en was student aan de Akademie voor Beeldende Vorming te Tilburg. Vanaf 1970 woonde hij in Tilburg, waar hij docent Nederlands en Kreatief spel was.

Kees van Kalmthout debuteerde in 1968 als poëtisch avant-gardist met de gedichtenbundel In de handpalm (Eindhoven, Opwenteling). Hij kreeg nationale bekendheid met zijn dichters-happenings, vooral in 's-Hertogenbosch, samen met o.a. de avant-gardisten Peter van Lieshout en Hans Vlek. Daarna volgden de bundels Het land achter de spiegel (Eindhoven, Opwenteling, 1969), Quant à moi en de andere kant der dingen, een eigen uitgave van zijn Universal Work Community uitgeverijtje (1971), Vise versa (Tilburg, UWC, 1972), met tekeningen van Jan Lemmens, Voor de verandering (Tilburg, UWC, 1974) en Achter de nadag (Tilburg, Boekhandel Gianotten, 1981). In Konsolide (Tilburg, Universal Work Community, in samenwerking met Boekhandel Gianotten en Stichting Musische Vorming, 1982) werd door hem een selectie uit zijn zes eerder verschenen bundels uit de periode 1967-1982 opgenomen. Een selectie uit deze bundel werd in 1983 ook in de Verenigde Staten uitgegeven door de Moving Parts Press in Santa Cruz. Daar publiceerde hij in enkele literaire tijdschriften zoals Visions, Owlflight en de in New York verschijnende Negative Capability en Quater Moon.

Kees van Kalmthout voelde zich als dichter het meest verwant met Gerrit Achterberg: Bij het schrijven heb ik soms het gevoel dat Achterberg over mijn schouder staat mee te lezen. 
Uit de bundel Achter de nadag (1981):
 

Hij die het spoor verloren is
van 't lied dat hij najaagt, bezit
geen onderdak voor zijn gemis
waarmee hij onderweg is;

deuren slaan voor zijn schreden dicht
en de gelaten wenden zich

O dagelijkse verdoemenis

Gerrit Achterberg


Hij heeft ook teksten geschreven voor de Tilburgse New-wave formaties MAM (Tom America) en Remote. Opvallend is de uitgave van 'n Aangetekend stuk (Tilburg/Amsterdam), die hij in 1983 als geluidscassette het licht deed zien. Het zijn dichterlijke teksten die op muziek zijn gezet. De muziek is van Eric van den Boorn, MAM, Ton Lebbink en hemzelf. De teksten zijn bij de geluidscasette gevoegd. Zijn negende bundel Vrijwel Vrij kwam in 1986 (Tilburg, Unitworkcase / Boekhandel Gianotten) uit. 
Kees van Kalmthout publiceerde in o.a. Dagblad De Tijd (1967), Algemeen Handelsblad (1968), Parool (1969/1971), Kentering (1967/1971), Naar Morgen (1970), Nieuw Vlaams Tijdschrift (1974) en Stulp (1974). Hij werkte mee aan talloze radio- en televisieprogramma's, stond aan de wieg van het Literair Café in Tilburg (1981/1982) en was mede-oprichter en een aantal jaren mede-organisator van de Nacht van het Boek in Tilburg.
Zijn bundel Nummer 10, die hij omstreeks april 1992 wilde uitgeven, zal hij niet meer kunnen afmaken. Kees van Kalmthout overleed geheel onverwacht op slechts 43-jarige leeftijd op 16 november 1991 te Tilburg. In mei 1991 schreef hij het gedicht:
 

nachtwake

het mooiste gedicht
moet nog geschreven

ik bewijs niets
ik konstateer
ik bedoel niets

ik was er bij
- hoe dan ook -

NvhZ van 5-11-1971, 2-5-1981 en 17-6-1982; Tilburg Vrij Uit van 30-9-1981; Stadsnieuws van 27-5-1982; DTK van 30-9-1982 en 3-2-1983; Bibliografie door J.K. in Achter de nadag, Tilburg, 1981; HN 18-11-1991; NRC van 22-11-1991; Kort voor zijn plotselinge dood, kreeg ik op 6-11-1991 nog aanvullende gegevens van Kees van Kalmthout.
Ronald Peeters

juli 2001

Op 12 november 1993, twee jaar na zijn dood, werd door de 'Werkgroep Kees van Kalmthout' een luxe herdenkingscassette gepresenteerd onder de titel Kees van Kalmthout: zonder naam maar niet naamloos (Eindhoven Airport, Uitgeverij Kempen Group, 1993), met daarin ondermeer een CD, een selectie van zijn gedichten en herinneringen van vrienden en collega's. Zie: HN van 19-11-1992 en 5-11-199, DTK van 18-11-1993, Tilburg Vrij Uit van 10-11-1993, Cees van Raak, 'Kees van Kalmthout. Een rusteloos kunstenaarsleven', in: Tilburg Magazine, dec. 1996, p. 25-27. Op het graf van Kees van Kalmthout staat de tekst: 'Ik geloof dat ik schreef / om gelezen te worden. En / spiegelde me aan het woord / dat ongezien richting gaf'.

Ed Schilders

 
 


 

In memoriam Kees van Kalmthout door Cees Verraak (Cees van Raak). Eenzijdig bedrukt en gesigneerd drukvel (A4). Uitgever en oplage niet bekend.


Kanter, Boekhandel Gebroeders De


Regionaal Archief Tilburg. Links J.H. de Kanter (1815-1916), rechts N. de Kanter
 

In de eerste helft van de negentiende eeuw waren er in Tilburg slechts enkele boekhandels: A. van der Voort en zonen, de Wed. J. van Gemert, Willem Bergmans en de Gebroeders De Kanter. De boekhandelaren Gebroeders De Kanter op het Goirke zonden volgens een artikel in het tijdschrift De Katholiek, in 1844 een lijst rond ter inteekening op de Christelijke Bibliotheek, uit te geven onder bescherming en toevoorzigt van Z.D.H. Mgr. de Bisschop van Emmaus, ten voordeele der Katholieke Missie van Curaçao. Op het omslag van deeltje 5 van de Christelijke Bibliotheek staat dat zij met succes debiteeren het fraaije werkje: 'Silva, of het vermogen der deugd', door den schrijver van Lorenzo en van Dom Leo, met titelplaat in steendruk - f 0,60. Als uitgever wordt vermeld: Katholijke boekhandel van Gebroeders de Kanter 1845. 

In 1847 gaven zij het Tijdschrift voor Opvoeding en Onderwijs in de geest der Katholieke Kerk uit, vermoedelijk het oudste katholieke tijdschrift voor onderwijzers in Nederland. Drie jaar later werd het tijdschrift wegens gebrek aan voldoende financiële middelen, overgenomen door P.F. Braam te Rotterdam. In het Gemeentearchief van Tilburg bevinden zich nog twee uitgaven van de Gebroeders De Kanter: Epistels en Evangelien, met de gebeden genaamd Collecta, Secreta en Post-Communio [...] (1845) en Broederschap van het Allerheiligste en Onbevlekte Hart van Maria, in de parochiale kerk van den H. Dionysius te Tilburg aan het Goirke (1845). Het is niet met zekerheid bekend of zij naast hun Katholijke Boekhandel ook een drukkerijtje hadden. In het Gemeentearchief van Tilburg zijn diverse bidprentjes aanwezig die uitgegeven en vermoedelijk gedrukt zijn door de Gebroeders De Kanter. 

Met 'de Gebroeders' worden bedoeld: Josephus Hendrikus de Kanter, op 19 februari 1815 te Tilburg geboren, en Norbertus Nicolaas de Kanter, geboren op 19 april 1813, zonen van Jan de Kanter en Cornelia Dekker. De gebroeders De Kanter waren naast boekhandelaar ook zelfstandige ondernemers. Norbertus had een wolfabriek in de Goirkestraat die hij aan Christiaan Mommers verkocht, toen hij in 1859 een leerlooierij stichtte in de voormalige Lancierskazerne. Hij overleed op 7 juni 1872. Zijn broer Josphus was sinds 1838 koster van het Goirke en woonde op de hoek Kasteeldreef-Goirkestraat. Hij was getrouwd met Anna Catharina van den Heuvel (geb. Tilburg 6 januari 1827). In het adresboek van 1865 staat vermeld: De Kanter-van den Heuvel, Fabrikant in wollen manufakturen en boekhandelaar Goirken 352, en elders ook als Boek- en papierhandelaar. Josephus de Kanter bleef ook koster. Hij overleed op 101-jarige leeftijd te Tilburg op 2 januari 1916.
GAT, Bevolkingsregisters 1849/1859, deel 12 fol. 239 en 326; 1860/1870, deel 10 fol. 327 en deel 14 fol. 124; 1880/1890, deel 12 fol. 218; GAT, Collectie bidprentjes; fr. M. Gervasius Dominicus, Grepen uit de geschiedenis van de uitgeverij ener congregatie, z.pl. en z.j. (ca. 1965), getypt (GAT, Bibliotheek, cat. nr. 5653), p. 20-21; GAT, Bibliotheek, cat. nrs. 3830 en 6464; Ronald Peeters, Tilburg in beeld 1865-1945, Tilburg, 1979, p. 180; Ronald Peeters, 'De Lancierskazerne', in: A.J.A. van Loon, R.M. Peeters en G.W.J. Steijns, Het Gemeente Archief van Tilburg, Tilburg, 1988, p. 40-42.

Ronald Peeters

 


Regionaal Archief Tilburg

 

Viering van J.H. de Kanters honderdste verjaardag op het Goirke, 1915.

 

 

 

Karitas (27 mei 2015)

 

Bron: Facebookpagina De Waanzinnige kluizenaar

 

Karitas is de schrijversnaam van broeder Sensatus, die op 4 september 1900 in Tilburg geboren werd als Johannes-Wilhelmus – ‘Hans’ -- Happel, het negende kind van sigarenmaker Joannes Happel en Joanna Obben. Happel werd op 1 maart 1918 geprofest als lid van de congregatie der Broeders van Liefde – wier lijfspreuk ‘Deus caritas est’ is, en was werkzaam als leraar aan het St. Eduardusgesticht in Merksem (Antwerpen), en later in Noordwijkerhout. Op 6 april 1940 trad hij uit de congregatie. Hij overleed op 5 januari 1968 in Tilburg.

Happel schreef drie boeken voor de jeugd;

- De waanzinnige kluizenaar (1931). Averbode: Goede Pers, Lenteweelde-Bibliotheek. Met 10 illustraties van 'Joz.'

- Een ferme robbedoes. (193?) Alkmaar: Van Putten & Oortmeijer.

- Kite en Sprinkel (193?). Averbode, Goede Pers.

Daarvan is vooral De waanzinnige kluizenaar zeer populair geweest met acht herdrukken: 1931, 1944, 1947, 1959, 19??, 1973, 1977, 1979. De drukken uit de jaren ’70 verschijnen postuum in enigszin aangepaste vorm en onder zijn familienaam: Hans Happel (Averbode).

Daarnaast heeft Happel nog een missaal voor kinderen geschreven, dat wij tot nu toe niet hebben kunnen opsporen (en die mogelijk ook niet uitgegeven is). Daarover zei de zoon van Happel, eveneens Hans geheten, tegen een Vlaamse krant (ongedateerd knipsel op Facebook): ‘Om taalfouten te vermijden liet hij het nalezen door Ploni Boonma (Boonman?), een onderwijzeres. Zij raakten verliefd op elkaar en zijn in 1942 gehuwd. Zij kregen een zoon en dat was ik.’

Daarna heeft Happel nooit meer een boek geschreven. In Tilburg dreef het echtpaar een winkel in kunstnijverheid, met name kerkkeramiek.

Bron: internet 2015

 

 

 

Sjef Paijmans

Herinneringen aan mijn jeugd; CuBra, 2000

 

Eenmaal in de week las frater Felicianus ons voor uit het boek De Waanzinnige Kluizenaar. Het was een zeer spannend boek en de hele klas luisterde met ingehouden adem tijdens dat uurtje voorlezen. Er kwam een geheimschrift in voor en om het duidelijk te maken, schreef de frater een zin in geheimschrift op het bord. "Woork tee veek". Maar niemand kon er een touw aan vast knopen. Naarmate het verhaal vorderde kwamen er nog meer zinnen in dat geheimschrift en die werden ook op het schoolbord geschreven. Het verhoogde de spanning, maar nog altijd snapten wij er niets van. Na vier of vijf weken voorlezen, liep het verhaal op een einde en nu moest er gezamenlijk naar de oplossing van dat geheimschrift gezocht worden. Alles kwam weer op het bord te staan en onder elkaar probeerden we enige samenhang in die onbegrijpelijke woordenreeksen te vinden. Vooral de jongens van de Franse les zouden, als ze goed nadachten, het moeten kunnen ontcijferen. We mochten in de klas van plaats

verwisselen om samen met een partner naar eigen keuze, een aanknopingspunt te vinden. Ik ging naast Edmond zitten en we begonnen met deduceren en combineren, zoals Edmond dat geleerd noemde. Ik probeerde de veel voorkomende dubbele klinkers weer tot een klinker terug te brengen; Edmond las de zo hervormde zinnen zachtjes voor. "Woork tee veek" werd nu "Work te vek". Het klonk nu veel beter, de klank kwam ons nu meer bekend voor. De frater, die in de klas rondliep om te luisteren of er wat schot in de oplossing van dat geheimschrift kwam, vond dat Ed en ik op de goede weg waren. Vooral de Franse jongens namen dat als een nieuwe uitdaging op en Joke Dominicus zat met beide handen in zijn haar te krabben. Waarom, vroegen wij ons af, had de frater zo uitdrukkelijk gezegd, dat wij, de Franse jongens, dat konden oplossen als ze goed nadachten? Keesje Peters herinnerde zich plotseling iets over zwakke en sterke medeklinkers. En toen begon het te dagen. Eerst was het resultaat nog pover, want het woord "Woork" werd nu "Voolg". We waren in de goede richting, dat voelden we aan, maar wat nu? "Verrekt, Sjef!", riep Edmond; nou jouw idee!" Vanwege dat "Verrekt" keek de frater even verstoord, maar daar lette niemand op. En hortend en stotend, allemaal door elkaar riep de hele klas: "Volg de weg, Volg de weg". De verdere vertaling van dat geheimschrift was nu gemakkelijk. Ik geloof dat de frater toch wel trots op zijn klas was. En ten slotte las hij de paar laatste bladzijdes voor en het boek was uit. Later kwam het boek in de schoolbibliotheek en er werd om gevochten wie dit boek het eerst mocht lezen.

 

Kite en Sprinkel

'n Kabouterverhaal met toovenaars, betooverde katten en dies meer. Iets om de verbeelding van onze kinderen ten volle te voldoen. Het tweede deel, de reis naar de maan is er zoo maar bijgesleurd. De tweede druk bewijst, dat het de kinderen bevalt. Aanbevolen.

Lectuur Repertorium 1934

De waanzinnige kluizenaar

Mijn favoriete jeugdboek (ca.1948) was: De waanzinnige kluizenaar (auteur mij onbekend), dat door frater Georgius op de jongensschool "St. Petrus" in Udenhout in spannende fragmenten werd voorgelezen. Nooit ben ik de zin: "Salvator mundi, waar zijt gij?" vergeten.

Jef van de Ven, Udenhout, op www.cubra

 

Dit avonturenboek zal door de jongens verslonden worden. Het lijkt ons hier en daar wel wat te schokkend voor jonge zenuwen.

Boekengids, 1931

 

Om te beginnen heb ik het bedoelde boek ook voorgelezen gekregen en wel van Dhr. J. van Baast, toen onderwijzer van de vijfde klas op de St. Josefschool in Moergestel. (de Broedersschool). Ook ik heb er erg van genoten en het is me altijd bijgebleven. Toen ik als onderwijzer in Tilburg aan Basisschool d'n Hazennest werkte en daar ook de vijfde klas kreeg (ongeveer 1975) wilde ook ik dat boek voorlezen en ook ik wist alleen de titel. Uiteindelijk heb ik het boek toen kunnen lenen van Dhr. Klomberg die hoofd van de Boszichtschool was. Na enkele jaren kwam ik het boek in een herdruk tegen in Turnhout. Dit boek heb ik jarenlang als voorleesboek gebruikt op d'n Hazennest. Als ik eraan terugdenk met hoeveel plezier ik dat 'speelde' en hoe de leerlingen opschrikten van hun stoelen als ik de kluizenaar imiteerde komt er nog steeds een glimlach om mijn lippen. Ook veel oud-leerlingen spreken nog steeds over dit boek en het geheimschrift, als ik ze tegenkom; het heeft op hen veel indruk gemaakt.

Hub van Erve, www.cubra

 
Kempen, Jef van

 

Jef van Kempen (zittend) tijdens de presentatie van zijn boek Laatste Bedrijf (2012) bij boekhandel Livius, met feestredenaar Ton van Reen. Foto van Van Kempens literaire website fleursdumal

 

Jef van Kempen, geboren op 6 september 1948 te Tilburg, publiceerde poëzie in Dietsche Warande & Belfort en schreef in SIC een essay over priester-dichter Cyriel Verschaeve (1989). Voor de Tilburgse literatuurgeschiedenis heeft hij baanbrekend werk verricht. Samen met Rolf Janssen schreef hij in Actum Tilliburgis (1982) een artikel over de Tilburgse dichter van De Stijl Antony Kok. Over Kok maakten zij in 1985 in de Tilburgse Stadsschouwburg een tentoonstelling. In Tilburg. Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur publiceerde Jef van Kempen vijf bijdragen, respectievelijk over Antony Kok (samen met Rolf Janssen, 1984), Joris-Karl Huysmans in Tilburg (1988), Theo van Doesburg in Tilburg (1989), het Tilburgse letterkundige tijdschrift Bloemkrans (1991) en de relatie tussen Guido Gezelle en de Tilburgse frater Ludovicus van den Houdt (1991). 
Momenteel werkt hij aan een studie over de Tilburgse dichter H.J. Dolmans en aan een integrale publikatie van de correspondentie tussen Gezelle en fr. Ludovicus in samenhang met een studie over Bloemkrans.
Samen met Rolf Janssen heeft hij enkele werken in eigen beheer onder de uitgeversnaam Het Teken uitgegeven. Jef van Kempen studeert Cultuurwetenschappen.

juli-september 2001 Jef van Kempen en Ed Schilders, Literaire wandelroute Tilburg ('s-Hertogenbosch, Het Noordbrabants Genootschap, 1996); Antony Kok gedichten& Aforismen. Een keuze uit de gedichten en aforismen van Antony Kok, bezorgd en van een nawoord voorzien door Jef van Kempen (Tilburg, Monade-reeks, Art Brut, 2000), oplage 300 ex.; Jef van Kempen (tekst) en Harrie Janssens (foto’s), Onze Lieve Vrouw van de Veestraat (Tilburg, Art Brut, 2001), 48 blz. [eerder in 2000 als artikelenserie gepubliceerd in het Brabants Dagblad].

21 mei 2015 In 2012 verscheen Laatste bedrijf, een kleuze uit de gedichten 1962-2012 (Tilburg, Art Brut) waarin de gedichten geïllustreerd zijn met Van Kempens beelden werk.

In 2013 verscheen de Franse vertaling van het artikel over 'J.-K. Huysmans in Tilburg' door Jef van Kempen, oorspronkelijk gepubliceerd in Tilburg Tijdschrift (1988), waarin opgenomen Van Kempens vertaling van Un campement de bohémiens (Een zigeunerkamp). De tekst is vertaald en van uitgebreide aantekeningen voorzien door Jan Landuydt.

 

Bron: Huysmans.org (links) & Art Brut

PDF van deze vertaling op website huysmans.org

Ronald Peeters

 

 

 

Vertaling door Jef van Kempen van Huysmans' Un campement de bohémiens 

- De bekering van J.-K. Huysmans, artikel uit De Parelduiker door Jef van Kempen en Ed Schilders

- Foto's van Antony Kok uit het archief van Jef van Kempen

- Jef van Kempen over De Stijl

 

Artikel over Huysmans in Tilburg, door Jef van Kempen, uit Tilburg Tijdschrift (1988)

Kempen, Jef van - Over De Stijl en het Centraal Station in Tilburg (Tilburg Tijdschrift)

 

  Boekpresentatie van Het Laatste bedrijf

 

Kerkhofs, Walter (22 juni 2015)

 

Walter Kerkhofs werd in 1944 geboren in Reusel. Hij volgde zijn kunstopleiding in Tilburg, Rotterdam en Pozdan (Polen). Tijdens deze laatste studie (1969) zette een boek over grafische volkskunst hem op het goede spoor: grafiek werd voor hem hét medium om zijn artistieke ideeën uit te drukken. Daarnaast is hij ook actief als ruimtelijk kunstenaar, zoals in zijn samenwerking met Cees Gubbels in de Maatschap WKG van 1981-1990. Eerder stonden beiden aan de wieg van de allereerste galerie in Tilburg: Hollandse Nieuwe (1969-1970). Walter Kerkhofs maakt zeefdrukken, kunst in samenhang met architectuur en grafiek en illustraties voor bijzondere, bibliofiele uitgaven, zoals dichtbundels (bij Saudade press/Fadopress en teleXpress) en kalenders.

Sinds 1989 geeft Walter Kerkhofs les in grafiek aan de Fachhochschule für Gestaltung, Hamburg.  Walter Kerkhofs exposeerde in onder meer Keulen, Montreal, Boedapest, Amsterdam en Tilburg. [Bron: Cees van Raak, Cultureel Lexicon Tilburg, Tilburg 2008]

 

Ed Schilders

 

Leren lezen Lesen lernen, 1977; Pro Graph (boven en links). Tussen aftrap en opstap; Fadopress, 1999.

 

Luigi Pulci, Morgante Maggiore; vertaling Frans van Doorn; Saudade press, 1996.

 

 Albert Megens, Buigen voor een jonkheer; 't Vliegend Wiel, Riel, 2002.

 

Samenwerking met Jace van de Ven

Uit de bundel Bezijden de Noordstraat, Brandon Pers, 1999

 

Rijmprent ter gelegenheid van de eerste boekenmarkt van Tilburg, Stichting dr P.J. Cools, 1999

 

Gedichten naar aanleiding van drie fietstochten van Jace van de Ven en Walter Kerkhofs naar Griekenland; mularipress, 2009.


Kerstens, Rob

 

Ronald Peeters


Drs. Robert Maria Franciscus Quirinus ('Rob') Kerstens, geboren in Tilburg op 25 juni 1926, studeerde economie en was samen met zijn neef André, directeur-eigenaar van André Kerstens B.V. Wijn-en Gedistilleerdhandel te Tilburg. In 1990 werd het bedrijf verkocht aan Pernod-Ricard. Rob Kerstens is inmiddels met pensioen. Hij publiceerde tussen 1961 en 1984 vele artikelen over wijn in onder andere Le Vin, Wijn en Wijngaard, De Man, Snoecks jaarboeken 1982 en 1983, De Telegraaf en Pour Vous Madame.

Hij schreef ook een aantal boeken: Het andere wijnboek (Amsterdam, Becht, 1973), de wijnkatern in Het Culinair Vademecum (Amsterdam, Universum, 1974), Wijn (Gorinchem, De Ruyter, 1974), Weet wat wijn is (Laren, Luitingh, 1975), Elseviers Grote Wijnboek (deelvertaling van 'The Taste of Wine' van Pamela Vandyke Price, 1976), Sprookjes onder de wingerd (Laren, Skarabee, 1977, geïllustreerd met naaldsculptures van Cecile Dreesmann), Praktische wijngids (Laren, Luitingh, 1978), Kleine Wijnencyclopedie (Laren, Luitingh, 1979, 7 drukken), Kleine Coctailencyclopedie (Laren, Luitingh, 1981), Het grote wijnboek (Deurne, Publiboek/Baart, 1982). Het meest bekend is zijn magistrale handboek De wijnen van Spanje en Portugal (Haarlem, Schuyt, 1985). Dit boek is bovendien geïllustreerd met fraaie aquarellen en pentekeningen van Rob Kerstens zelf. In 1988 herschreef hij twee eerdere boeken en bundelde deze in Kleine Wijn- en Coctailencyclopedie (Utrecht, Kosmos). Hij schreef het voorwoord voor het boek Jan Asselbergs: leven en werk (Tilburg, Tilburgse Kunstkring, 1987). 

In 1982 werd hem, als eerste buitenlander, vanwege zijn inspanningen ter popularisering van Spaanse wijnen, in het bijzonder de sherry, door de gevolmachtigde minister Marques de Casa Mena, namens koning Juan Carlos I van Spanje, de Cruz de la Orden del Merito Agricola uitgereikt. In 1983 won hij de eerste prijs met een artikel in een internationale wedstrijd van het blad Elegance.
Sinds enige jaren woont Rob Kerstens in Turnhout. Hij heeft als kunstschilder al vele tentoonstellingen in Nederland, België, Spanje, Indonesië en Taiwan gehad.
'Kerstens', in: Nederland's Patriciaat, jrg. 58, 's-Gravenhage, 1972, p. 155-156; Encycl. van Noord-Brabant, 2, 1985, p. 318.

5 maart 2016

Rob Kerstens overleed in  Oisterwijk op 3 maart 2016.

Ronald Peeters

 

Kessels, Elsa (27 mei 2015)

Elsa Marie Louise Elvire de Mul werd op 17 mei 1909 geboren in Sas van Gent, en huwde met Mathijs Hendrik Pieter Josef Kessels, de oudste zoon van Mathijs Kessels en Philomena Crijns, in Tilburg bekend als eigenaren van de legendarische muziekinstrumentenfabriek. Elsa Kessels bekwaamde zich als schilderes maar schreef ook het heiligenleven van Sint-Godelieve van Gistel en een sprookje voor leerlingen van middelbare scholen.

- De vrouwe van Ghistel. Schiebroek: Vox Romana.

- Het geheim der drie vreugden: Een sprookje voor middelbare scholen, Kweekscholen en M.U.L.O. Tilburg: Menne.

 

Links: bron: internet. Rechts: Houtgravure uit 1946, ex libris voor Elsa Kessels door H. Corvers, Nico Verhoof.


Kessels, Marietje


Ronald Peeters & Ed Schilders


In 1988 publiceerde Ed Schilders, onder de veelzeggende titel Moordhoek, een gedetailleerde reconstructie naar de moord op het Tilburgse meisje Marietje Kessels, in 1900 gepleegd in de kerk van de parochie Noordhoek. Deze geruchtmakende moord heeft destijds zoveel indruk gemaakt, dat er enkele pamfletten / libellen over verschenen, zoals: Geïllustreerde beschrijving van den moord in den Noordhoek te Tilburg (anoniem en ongedateerd; ca. juli 1902), De moord in den Noordhoek - Maria Kessels' laatste gang [...] (door J.R.O., 1902), Protest tegen anoniem geschrijf over den Moord in den Noordhoek (door de Bredase advocaat mr. F.E. Pels Rijcken, 's-Gravenhage, 1902), Open Brief aan Mr. F.E. Pels Rijcken naar aanleiding van zijn Protest - Het geheim der Misdaad ontsluierd (door J.H.o. = Jacob Heemskerk, opzichter ?, Tilburg, z.j.), Uitgebreide Onthullingen - van de Gruweldaad in den Noordhoek te Tilburg (door H.P., z.pl. en z.j.), Moord te Tilburg - de meineedsvervolging van den koster in den doofpot ? - Antwoord aan de naamlooze schrijvers der laster-brochures J.H.O. (anoniem, Rotterdam, z.j.).

Regionaal Archief Tilburg

 

Er werden ook gedrukte liedjes door straatzangers uitgegeven, bijvoorbeeld: Opzienbarende Bekentenis van den 18 jaren geleden Moord, op Maria Kessels.

Regionaal Archief Tilburg

Liedblad uit 1918. In dat jaar meldde zich bij de politie een man die bekende Marietje Kessels te hebben vermoord. Hoewel het drama al bijna twintig jaar geleden gebeurd was, was het nog zo bekend dat straatzangers er een lied over ten gehore brachten. Dit exemplaar bevat de aantekening dat het op 6 april 1918 in Helmond op de markt gekocht is van een straatzanger.

 


Liedblad, uitgevent kort na de moord op Marietje door 'C. Smis en vrouw, komiekzangers, Oosterhout'.

 

Bron: Geheugen van Nederland

 

Bron: Geheugen van Nederland

 

GAT. Alle genoemde titels zijn aanwezig in de bibliotheek, en het oefenboekje in de collectie Paul Kessels; Rolf Janssen, We hebben gezongen en niks gehad, Tilburg, 1984, p. 185-187; Ed Schilders, Moordhoek. De reconstructie van de moord op Maria Kessels in een katholieke kerk, Tilburg - 1900, Tilburg, Boekhandel Gianotten, 1988, p. 97, 78 en 220-221; Ed Schilders, 'Een jaar Moordhoek', in: Tilburg. Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 7, nr. 4, 1989, p. 106-109.

 

  Liedjes over de moord op Marietje Kessels


juli 2001 Cees van Raak stelde de bundel samen: Engel in de rei der martelaren. Poëzie voor Marietje (Tilburg, 1996).

 

Regionaal Archief Tilburg

Van Marietje Kessels is een oefenschriftje bewaard gebleven, waarin zij versjes en liedjes heeft geschreven. Het dateert van 1898. Een van de versjes is het heilig Hart-vers, waaruit het fragment:


 

 

 

O verberg mij in uw wonden,
Onze schuilplaats, hoop en vreugd,
Daarin zal ik sterkte putten
In den strijd op 't pad der deugd.
Daarin zal ik veilig wonen,
Zoo in voorspoed als in nood,
Daar een gunstig oordeel vinden,
In het uur van mijnen dood.

 

Marietje Kessels (1889-1900) ligt begraven op de begraafplaats van 't Heike aan de Bredaseweg (graf A 11/45).

 

Graf Marietje Kessels, Begraafplaats Binnenstad (Bredaseweg). Foto: Ed Schilders

 

Ed Schilders

Uitgave van het satirische en kritische tijdschrift De ware Jacob, kort na de moord. Het bijschrift luidt: De moord te Tilburg./ Jacob tot Vrouwe Justitia: Het Nederlandsche volk eischt van U dat ge uw plicht doet.../ Vrouwe Justitia: Hoe gaarne zou ik willen, maar die duisternis... die onbekende machten...!

De prent is gesigneerd 'Kees'; waarschijnlijk is dat Kees van Dongen.

 

Martin Ros (rechts) overhandigt in Persclub Bourgondië het eerste exemplaar van Moordhoek aan Max Horbach (zoon van Marietje's oudste zus), 1988. Fotograaf onbekend.

 

27 juli 2015

In 2000 werd in een archief een tweede dossier ter zake van de moord op Marietje Kessels teruggevonden. Het betrof het dossier van de officier van justitie, en dat had in feite geen goede reden om zich in het archief van het Tilburgse advocatenkantoor Holla Poelman op te houden. Dit dossier bracht geen nieuwe feiten aan het licht maar bevat wel enige unieke 'overtuigingsstukken' (tastbaar bewijsmateriaal) zoals een stukje hout waarop bloed zou zijn aangetroffen en een postmortemfoto van het slachtoffer op de plek waar haar lichaam verborgen werd.

 

De dossiermappen uit het archief van advocatenkantoor Holla Poelman. Foto: Ed Schilders.

 

Gedicht voor Marietje Kessels door Jace van de Ven

Uit: Bezijden de Noordstraat; zeefdruk: Walter Kerkhofs.

 

Gemeentemuseum Den Haag; muziekbibliotheek

Impromptu voor Klavier, gecomponeerd door Richard Hol, een huisvriend van de familie Kessels, 'ter herinnering aan mijn jeugdig vriendinnetje', in 1901, en uitgegeven door M.J.H. Kessels.

 

Het Impromptu van Richard Hol verscheen in 1988 voor het eerst op een geluidsdragen (cassetteband). Uitvoering door Cécile de Grijs (Oisterwijk) en geproduceerd door Pianohandel Jos W. Simons, Tilburg.

 

In 1996 verzorgde ONS-theaterprodukties (Tilburg) een succesvolle toneeluitvoering op basis van Moordhoek. De toneeltekst werd geschreven door Piejan Dusee. Ter gelegenheid van deze productie werd een bloemlezing uitgebracht van (volks)poëzie met betrekking tot de 'gruweldaad', samengesteld door Cees van Raak (ONS-theaterprodukties, Tilburg 1996)

 

 

 

Luc Verschuuren, Nieuwsblad van het Zuiden 29 november 1988

 

  14 september 2015

Ter gelegenheid van de herdenking van de honderdste sterfdag van Marietje Kessels (22 augustus 2000) schreef de Perzisch-Nederlandse rechtsgeleerde en dichter Afshin Ellian het gedicht 'Voor Marietje'. De tekst verscheen in het Perzisch (Farsi) als rouwadvertentie in het Brabants Dagblad. De vertaling werd opgenomen in een redactioneel artikel. De herdenking was een initiatief van Berry van Oudheusden en Stichting Ruimte-X.

 

 

Voor Marietje

een moordenaar, een geestelijke
eeuwen en vóór ons
alle tijdperken, swingend,
met wijwater ingeluid.

de afstand tussen god en duivel
de afstand tussen liefde en haat
de afstand tussen leven en dood
de afstanden zijn van niets
in afstanden zijn er mannen
die
's ochtends in het koor des levens
's nachts in het koor des doods
de waarheid zingen
de waarheid als een lied nazingen
niet jouw waarheid, niet mijn waarheid
en niet de waarheid van een meisje
dat als een heilige
alleen in de taal van een vreemdeling
haar lijden zingt
het lijden zingt.

uiteraard,
de moordenaar niet een wolf noch een vreemdeling
de vermoorde niet een rood gekleed meisje
zij, allemaal waren van ons
een sprookje waren wij nimmer en nooit.

maar hier,
de waarheid is
een onschuldig ontwerp dat
haar hoofd rust op de peluwen der stad
om onze kinderen,
in angst en duisternis
hoop en moed te schenken.
 

Afshin Ellian

  Afshin Ellian draagt 'Voor Marietje' voor.

 

Kessels, Mathieu en Paul


Regionaal Archief Tilburg

 

Mathijs Joseph Hubert ('Mathieu') Kessels werd op 1 maart 1858 te Heerlen geboren. Hij richtte samen met zijn broer Pieter Joseph Frans ('Jos') Kessels in 1880 in hun woonplaats Heerlen een muziekuitgeverij op, en kort daarna gaan zij ook handelen in muziekinstrumenten. Toen Jos Kessels in 1884 directeur werd van de Nieuwe Koninklijke Harmonie te Tilburg, ging Mathieu alleen met het bedrijf verder. Vanaf 1886 gaf hij De Muziekbode (later De Nieuwe Muziekbode genoemd) uit. In de loop van 1886 is zijn bedrijf naar Tilburg verplaatst. Aanvankelijk repareerde hij koperen blaasinstrumenten in zijn 'Nederlandsche fabriek van Muziekinstrumenten' in de Wolstraat; omstreeks 1890 is er sprake van het maken van nieuwe muziekinstrumenten in een fabrieksgebouw aan het Wilhelminapark, en vanaf 1897 aan de Industriestraat. Vermoedelijk is hij in 1897 met een eigen drukkerij voor muziekuitgaven gestart. Over de Muziekinstrumentenfabriek van M. Kessels en de voortzettingen daarvan, werd uitvoerig gepubliceerd door mevr. drs. C. Gorisse (1990) en Luud de Brouwer (1991). In 1960 werd op het Industrieterrein-Noord een straatnaam naar hem en zijn bedrijf genoemd.

Mathieu Kessels heeft zelf ook gepubliceerd. Hij schreef een aantal operettes die in druk werden uitgegeven, zoals De kozakken te Oosterhout. Operette in twee bedrijven (Tilburg, Scholberg, z.j.). In 1907 gaf hij in eigen uitgeverij, die hij 'Hof-Muziekdrukkerij' noemt, een merkwaardig boekje uit onder de titel Eene Repetitie te X. Humoristische schets door M.J.H. Kessels, waarin hij over een bezoek aan een plattelands-muziekkorps in het plaatsje X omstreeks 1886 verhaalt. In het herdenkingsboek van de Kon. Schutterij St. Sebastianus te Heerlen, 1480-1930, schreef hij in Limburgs dialect het verhaal Beej het 450 jeurig Jubileum der Sint Sebastianus Sjuttereej va Hèhle (Heerlen, 1930).
Toen Mathieu Kessels op 21 december 1932 te Tilburg overleed, werd zijn bedrijf door zijn drie zonen overgenomen. Paulus Franciscus Mathias ('Paul') Kessels (1901-1987) nam in 1933 de muziekuitgeverij over uit het bedrijf van zijn vader. Op 12 juli 1933 werd door hem De Muziekuitgaaf opgericht, aanvankelijk met de toevoeging 'der Nationale Fabriek van Muziekinstrumenten'. Na de oorlog ging het steeds slechter met De Muziekuitgaaf, en in 1958 is dit tijdschrift opgeheven.

J.J.A.M. Gorisse, Het sprookje van de muziek, Oosterhout, 1990 (ongep. doctoraalscriptie; aanwezig in het Gemeentearchief Tilburg); C. Gorisse, 'De Koninklijke Nederlandse Fabriek van Muziekinstrumenten', in: Industriële Archeologie, nr. 36, 1990, p. 82-97; Ronald Peeters, De straten van Tilburg, Tilburg, 1987, p. 84; Luud de Brouwer, 'De Muziekinstrumentenfabriek van M.J.H. Kessels en de voortzettingen daarvan', in: Tilburg. Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 9, nr. 4, 1991, p. 92-102; GAT, Bibliotheek, cat. nr. 2846.

(28 juni 2015)

De operettes van Mathieu Kessels zijn:

De bokkerijders : operette in drie bedrijven en een tussenspel; première 2 februari 1900 in Tilburg [mogelijk niet in de handel verschenen]

1903: De kozakken te Oosterhout. Operette in twee bedrijven. Tilburg: Scholberg, z.j.

1911: De Mei-koningin van Geleen: Operette in 3 akten : (naar historische gegevens van Ecrivisse). Tilburg. Deze operette werd in het voorjaar van 1900 al met groot succes uitgevoerd in Dongen. Kessels' libretto is gebaseerd op een vertelling van Pieter Ecrevisse, ‘De meikoningin van Geleen’, in: Vier verhalen uit het land van Zwentibold, Antwerpen, J. Schuermans, ca. 1880.

 

De cast van De meikoningin van Geleen in 1911; uitvoeringen in Tilburg. Foto uit De Prins, april 1911. Bron: veilingsite internet.

 

Prozawerk van Mathieu Kessels:

1880: Naar 't concours: Een historisch verhaal in luimig gewaad. Tilburg: M.J.H. Kessels, Hofmuziekdrukkerij

1907: Eene Repetitie te X. Humoristische schets door M.J.H. Kessels: Tilburg, Hof-Muziekdrukkerij

1922: Der Koehp va Hehle in de sjlag va Waterloo. Ee Hehlisj vertelsel. Valkenburg.

1922: Kermis. Eene Limburgsche schets. Jos. Crolla, Valkenburg (Limburg)

1930: Beej het 450 jeurig Jubileum der Sint Sebastianus Sjuttereej va Hèhle: Heerlen, herdenkingsboek van de Kon. Schutterij St. Sebastianus te Heerlen, 1480-1930

Herdrukken en vertalingen:

1971: Der Koehp va Hehle in de sjlag va Waterloo: Ee Hehlisj vertelsel. Valkenburg: Jos. Crolla.

1981: Kermis in Heerlen: Eene Limburgsche schets. Heerlen: Van Hooren.

2005: Kessels, M. J. H., & Prickaerts, G.. D'r Kuëb va Heële: Het authentieke verhaal uit 1922 in het Heerlens en Nederlands van nu. S.l.: Prickaerts.

2009: Kobus in de slag bij Waterloo. In het Nederlands vertaald door Jo Jongen. Z.pl. [Zaltbommel?], Nederlandse pianolavereniging & Muziekinstrumentenmuseum Tilburg.

 

Regionaal Archief Tilburg


Boven: woonhuis Kessels en het fabriekspand. Onder: de muziekdrukkerij in 1899.

Multimediaspel uit 2005 door PeterHofland en Berry van Oudheusden.

Naar 't concours: Een historisch verhaal in luimig gewaad. Bron: DBNL

Der Koehp va Hehle in de sjlag va Waterloo. Ee Hehlisj vertelsel. Bron: DBNL.
Kermis. Eene Limburgsche schets. Bron: DBNL

 

Digitale Bibliotheek Nederland

Omslag van Der Koehp fan Hejle; illustrator niet bekend.

 

Uit: Der Koehp fan Hejle; illustrator niet bekend.

 

Uit: Der Koehp fan Hejle; illustrator niet bekend.

 

Uit: Der Koehp fan Hejle; illustrator niet bekend.

 

Illustraties uit Kermis. Eene Limburgsche schets. Illustrator niet bekend.

 

  Ed Schilders

Omslag van de vertaling in het Nederlands van Der Koehp fan Hejle door Jo Jongen, 2009

Ronald Peeters

 

Bron: Internet 2016 Catawiki

 

Knipselmap De meikoningin van Geleen

Bibliografisch overzicht van Kessels' muzikale oeuvre

Ronald Peeters


Begin pagina

Inhoud De Paap van gramschap

CuBra Home


Ketelaars, Jeroen (22 juni 2015)
 

Foto: Jan Stads, 2008.

Jeroen Ketelaars (Udenhout 1977) studeerde Engels aan de  Fontys Hogescholen in Tilburg en Amerikanistiek aan de Katholieke Universiteit Nijmegen. Van 2003 tot 2006 was hij medewerker van het Schoordijk Instituut, het onderzoeksinstituut van de rechtenfaculteit van de Universiteit van Tilburg. Als journalist is hij werkzaam bij het Brabants Dagblad, waarvoor hij onder meer de rubrieken Weerzien en Geheugen van Tilburg verzorgt. Sinds 2006 is hij redacteur van Tilburg: Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur. Ketelaars schreef over diverse Tilburgse onderwerpen, zoals Café Zomerlust (even over de kanaalbrug) 1936-2001 (2001), sex drugs appeltaart & 400 andere teksten op Tilburgse muren (2005) en Tilburg met hart en ziel (met Ronald Peeters, Jan Stads en Paul Spapens; 2007) en De historische canon van Tilburg in vijftig verhalen (met Joep Eijkens, Ronald Peeters, Ed Schilders, Paul Spapens, Jan Stads en Gerard Steijns) (2008). Als redacteur was hij betrokken bij onder meer De Wandeling: Een selectie van 20 avonturen met René Bastiaanse (2006) en WeerZien: Honderd oude foto’s en hun verhaal (2006). Verder schreef hij de boeken: Lange dagen, vaste klanten. Oisterwijkse middenstanders zo’n zestig jaar geleden (2007), In Tilburgs bezit. Historische objecten uit de collectie van de gemeente Tilburg (met Ronald Peeters) (2009), Deze jongen. Gerard van Maasakkers totnogtoe (met Joost Goutziers, 2009) en Veertien tuinen, vier seizoenen. Leven met de natuur op de Tilburgse volkstuinen (2015).

Ronald Peeters

 

 

Bibliografie uit WorldCat

Jeroen Ketelaars - Levensbeschrijving van Kees Mandos (Tilburg Tijdschrift)

 

Keurraad voor Roomsche Jeugdlectuur

 

Regionaal Archief Tilburg
 

Op 25 juni 1924 werd door de Fraters van Tilburg de Keurraad voor Roomsche Jeugdlectuur opgericht. Onder voorzitterschap van fr. Ludwinus Kleyberg waren zes congregaties van mannelijke onderwijsgevenden in de Keurraad vertegenwoordigd, namelijk die van Tilburg, Maastricht, Utrecht, Dongen, Oudenbosch en Huybergen. De Keurraad stelde zich ten doel mee te werken aan het tot stand komen en het verspreiden van goede roomsche lectuur. Fr. Sigebertus Rombouts was de initiatiefnemer van de Keurraad, en hij uitte zijn bezwaren tegen 'neutrale' lectuur in zijn boekje Wat laat ik m'n kinderen lezen? (Tilburg, R.K. Jongensweeshuis, 1925). 

Tussen 1925 en 1960 werd jaarlijks door de Drukkerij van het RKJW de Rafaëlcatalogus uitgegeven, waarin de goedgekeurde jeugdboeken te vinden waren. Boeken die geschikt werden geacht, kregen een Keurraadstempel. Dit stempel gaf een waarborg voor de inhoud: een positief goed rooms-katholiek jeugdboek. De goedgekeurde boeken werden door de Keurraad op scholen, via de scholen en onder de ouders gepropagandeerd.

Tegen St. Nicolaas werden kleine tentoonstellingen van goede jeugdboeken op de scholen verzorgd door de Keurraad in samenwerking met de boekhandels. Later is de naam gewijzigd in Katholieke Keurraad voor Jeugdlectuur. In een van de publikaties, Helpt mee aan de verspreiding van het Roomse Jeugdboek (deel 8) ging men fel in tegen de neutrale jeugdlectuur:
 

Ouders let op de brievenbus. Houdt een oog op de vloed van zedeloze lectuur die in de vorm van zedenverpestende brochures, van schaamteloze romannetjes, het gezonde christelijke gezinsleven op een geniepig-gluiperige manier aanvalt, loerend op de dood der zielen.


In 1949 ging de IDIL (Informatie-Dienst Inzake Lectuur) zich opwerpen als strijder voor het goede jeugdboek. Al spoedig gingen Keurraad en IDIL gezamenlijk boekenlijsten uitgeven. In 1957 fuseerde de Keurraad met IDIL. Het archief van de Keurraad bevindt zich in het Generalaat van de Fraters te Tilburg.

Annelies de Kort, Jeanne de Winter, Joop Smits en Leo Verschuren, Voor het Roomse kind het Roomse boek (een geschiedenis van een keurraad), (onuitgegeven scriptie Pedagogiek MO-A), Tilburg, 1979 (in Archief Fraters van Tilburg); Joos van Vugt, 'Roomsche kleur in 't werk. Een korte geschiedenis van de Drukkerij van het R.K. Jongensweeshuis (RKJW)', in: Kennis en Deugd, Nijmegen, 1991, p. 46-47.

 

Ed Dalderop Herinneringen aan mijn jeugd in de Sacramentsparochie. CuBra, 2000

 

Het eerste raakpunt van school met "daarbuiten" was de expliciete kennismaking met de wereld van de leesboeken. Op die leeftijd geloofde ik nog aan Sinterklaas, en dat werd door de fraters ook ieder jaar uitgebreid onderstreept door mooi stunt- en theaterwerk bij de sinterklaaSviering op school, met Pieten op het dak, verhalen rond Sints komst, en puzzels op 't bord.

Nu werd door diezelfde fraters het lezen nadrukkelijk gepromoot, en ieder jaar was er daarom in november in een van de klassen de "Boekententoonstelling". Ze werd georganiseerd door de "Drukkerij van het R.K. Jongensweeshuis" (…) maar er waren ook boeken van allerlei andere uitgevers. Het waren er in onze ogen vooral véel. Er was uitgebreide documentatie bij over de leeftijden of klassen waarvoor het geschikt was, en ook de soort van kinderen die het graag lazen - of waarvoor het góed zou zijn om te lezen.

Je kon daar een bestelling plaatsen en/of er als kind een verlanglijstje deponeren. En je mocht van tevoren ook op een avond al die boeken inkijken - een benadering die toentertijd wel heel anders was dan de manier waarop kinderen destijds gewóonlijk werden behandeld in winkels, en in 't algeméen daar waar grotemensenbelangen de toon aangaven.

Het was een echt luilekkerland voor lezers als ik, en ik had, in een schriftje dat je daar kreeg, een lange, lange rij boekenwensen opgeschreven. Gelukkig hadden mijn ouders een goed oog voor het belang van lezen in de opvoeding; dus op de volgeladen tafel op sinterklaasmorgen lagen ieder jaar kriskras een flink aantal boeken van allerlei aard.

Ze hebben onze hele schooltijd meegemaakt en raakten allemaal compleet stukgelezen én weer voorzichtig hersteld. Sim en Sam natuurlijk, en een paar deeltjes van de (op den duur lánge) serie van Puk en Muk, maar ook Karel en Elegast ( met de boosaardige Eggeric van Eggermonde!), prentenboeken en voorleesboeken, en een ingebonden serie van Monki in Afrika, het stripverhaal dat jarenlang wekelijks in de Katholieke Illustratie verscheen. Alleen met meer tekst dan nu, en nog op rijm ook.

Regionaal Archief Tilburg

 

Bron: Digitale Bibliotheek Nederland

 

Kieckens, Charles


Regionaal Archief Tilburg (links) & Ronald Peeters


Carolus Franciscus Ferdinant ('Charles') Kieckens werd geboren te Tilburg op 9 juli 1862. Hij was directeur van het Nederlandsch Comité tot regeling der Bedevaarten, lid van verschillende broederschappen en ere-kamerheer 'di Spada e Cappa' van de pausen Leo XIII, Pius X, Benedictus XV en Pius XI. Hij ontving vele kerkelijke onderscheidingen. Hij was ridder in de Piusorde, advocaat van St. Pieter, werd begiftigd met het gouden erekruis 'Pro Ecclesia et Pontifice' en hij was 'gedecoreerd ijveraar van het Huisje van Loreto'. Charles Kieckens gaf bij gelegenheid van het gouden jubileum van de verschijning van O.L. Vrouw te Lourdes in 1908 in eigen beheer een boekje uit, getiteld Lourdes in woord en beeld. Hij overleed te Tilburg op 23 september 1927.

GAT, Collectie bidprentjes; Ronald Peeters en Ed Schilders, Katholiek Tilburg in beeld, Tilburg, 1990, p. 147.
 

Kieckens, Charles. 1893. Woordenlijst der meest gebezigde uitdrukkingen in de muziek. Tilburg: Bergmans.

Kieckens, Charles. 1895. Dagboek mijner reize naar het H. Land van 28 Jan. tot 13 April 1895. Tilburg: W. Bergmans.

Kieckens, Charles. 1903. Rome in woord en beeld. Tilburg: Bergmans.

Kieckens, Charles. 1908. Lourdes in woord en beeld. Tilburg: Charles Kieckens.

Kieckens, Charles. 1908. Z.H. Paus Pius X. Tilburg: Bergmans.

 

Klavier, Cas (25 mei 2015)

 

Archief Fraters van Tilburg

 

Joannes Cornelis Mommers werd op3 januari 1919 in Tilburg geboren als zoon van Joannes Josephus Mommers en Petronella Cornelia van Nunen. Hij ging school in Tilburg en Goirle en trad in 1936 in het noviciaat van de fraters van Tilburg onder de fratersnaam Casimiro Mommers. In 1941 legde hij de eeuwige geloften af. Vanaf 1944 was hij als (hoofd)onderwijzer werkzaam aan diverse scholen in 's Hertogenbosch, Vijmen, Utrecht en wederom Den Bosch. In 1968 trad hij uit de congregatie. Hij was een broer van frater Caesarius Mommers. Zijn overlijdensdatum is ons niet bekend.

Casimiro Mommers was ook redacteur van De Engelbewaarder, en voor uitgeverij Zwijsen ontwikkelde hij onder het pseudoniem Cas Klavier twee methodes voor het basisonderwijs, de leesmethode Op eigen benen, en de rekenmethode Uitkomst.

Daarnaast schreef hij voor de jeugd:

Anemoontje: Een vertel- of leesboekje voor kinderen van 6-9 jaar (met S. Rutte, Tilburg, R.K. Jongensweeshuis, 1949)

Een handvol confetti  (?)

Met spel en mimiek voor geacht publiek. Acteerbundel (met frater Lucidius en Elbert Vuurvlam; 1955)

Curriculum vitae Frater Casimiro Mommers, Archief Fraters van Tilburg.

Bron: Internet

 

Ed Schilders

Herinneringen aan de kweekschool St. Stanislaus van de fraters van Tilburg door Cas Klavier. Uit het gedenkboek In de voortuin, Tilburg, R.K. Jongensweeshuis, 1950. Tekening: fr. Vincenzo de Kok.

[Prelweg is een verbastering van Parallelweg, de oude naam van de Spoorlaan. De kweekschool was gevestigd aan de Fraterstraat.]

 

Bijdrage onder de naam Cas Klavier in De Engelbewaarder voor de jongste lezertjes, 1948. Uit dezelfde jaargang de onderstaande bijdrage, gesigneerd Fr. Casimiro.

Illustraties: Kees Mandos.

 

Uit dezelfde jaargang, dubbelpagina Piet de biet, gesigneerd Cas Klavier:

Grotere weergave

 

Cas Klavier doopt zijn pen in de herinnering.
 

Knuvelder, dr. Gerard


Bron: DBNL (portret) en internet

 

Gerardus Petrus Maria Knuvelder werd op 25 januari 1902 te Arnhem geboren. Hij studeerde Nederlandse taal- en letterkunde aan de R.K. Leergangen te Tilburg, onder Moller en Michels, die hem sterk beïnvloed hebben in zijn latere loopbaan als literair-historicus. Hij zat bij de Leergangen in het bestuur van de studentenvereniging St. Leonardus, en was redacteur van het Lustrum-jaarboek van de studenten aan de R.K. Leergangen 1922. Van 1921-1923 was hij leraar Nederlands te Bergen op Zoom, en van 1923 tot zijn pensionering in 1967 te Eindhoven. Vanaf 1952 was hij directeur van het Sint-Joriscollege en vanaf 1966 rector van het Sint-Jorislyceum te Eindhoven. In 1961 werd hij doctor honoris causa in de letteren en wijsbegeerte aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Vanaf 1965 tot en met juli 1972 was dr. Gerard Knuvelder leraar Nederlands MO-B aan de R.K. Leergangen te Tilburg en Sittard.
Knuvelder was vanaf 1927 tot (opheffing door de bezetter) 1942 hoofdredacteur van het in Tilburg door dr. Moller opgerichte maandblad Roeping. Vanaf 1944-1954 was hij hoofdredacteur van het weekblad De Nieuwe Eeuw, en vanaf 1962 hoofdredacteur van Brabantia. 
Knuvelder heeft een groot aantal artikelen en boeken geschreven. Tot zijn vroegste boeken behoren Bezuiden de Moerdijk (1929) en Vanuit Wingewesten (1930). Zijn meest bekende werk is het Handboek tot de geschiedenis van de Nederlandse Letterkunde in vier delen (1e druk 1948-1952), in vakkringen ook wel 'De Knuvelder' genoemd. Daarnaast kunnen genoemd worden zijn Handboek tot de moderne Nederlandse Letterkunde (1954) en Beknopt Handboek tot de geschiedenis der Nederlandse Letterkunde (1961).
Gerard Knuvelder overleed in 1982 te Tilburg.
'Hommage aan Gerard Knuvelder', in: Brabantia, jrg. 31, speciaalnummer april 1982.
Ronald Peeters

 

 

Ed Schilders

Polemiek met Anton van Duinkerken; bijlage van Roeping, jaargang 7, nummer 3, gedrukt bij Gianotten in Tilburg.

 

Knuvelder, Gerard - Zijn Levensbericht voor de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde, door Jan Elemans


Kok, dr. Abraham Seijne


Regionaal Archief Tilburg


Abraham Seijne Kok werd op 10 juni 1831 te Amsterdam geboren. Hij was achtereenvolgens in 1862 leraar Engels aan het Nederlandsch Israëlietisch Seminarium te Amsterdam, van 1864-1877 te Roermond (waar hij in 1874 met Justina van Ameijden van Duijn trouwde), van 1877-1883 aan de KMA te Breda en van 1883-1896 aan de toenmalige Rijks-HBS Koning Willem II in Tilburg. Hij bleef toen al die jaren in Breda wonen. Kok werd op latere leeftijd, vermoedelijk bij zijn pensionering, doctor honoris causa. Hij moet een begaafd en veelzijdig man zijn geweest. 
In een Amsterdamse boekhandel maakte hij kennis met de schrijver Multatuli (1820-1887; pseudoniem voor Eduard Douwes Dekker), naar aanleiding van zijn Hamlet-vertaling. Zij hebben elkaar, vermoedelijk over en weer, tot 1864 bezocht. Er zijn twee brieven uit 1876 van hem aan Multatuli bekend; hierin ijvert hij met anderen via een inzameling voor een jaargeld ten behoeve van de schrijver.

Kok publiceerde artikelen in onder andere De Gids, Nederlandsche Spectator, Bato, tijdschrift voor jongelieden, Dietsche Warande, Vaderlandsche Letteroefeningen en in Onze Tijd. Hij schreef ook boeken, zoals Hamlet (ingeleid door Van Vloten; 1860), Orlando en Rosalinde (Haarlem, 1860; is As you like it), Richard III (Amsterdam, 1861), English poetry. Selections (Schoonhoven, 1863), Shakespeare, Julius Caesar (Haarlem, 1872), Van dichters en schrijvers. Studiën en schetsen van Nederlandsche letterkunde (Culemborg, 1879) en Shakespeare en zijn werken (Amsterdam, 1880). Het meest bekend werd hij met de eerste volledige vertaling in het Nederlands van Dante, Divina Commedia (Haarlem, 1864, drie delen), de volledige Shakespeare-uitgave Shakespeare's dramatische werken (1872-1880, zeven delen) en Multatuliana (Baarn, Hollandia, 1903; samen met Louis D. Petit).
Kok overleed op 15 januari 1915 te Amsterdam.
A.S. Kok en L.D. Petit, Multatuliana, Baarn, 1903, p. 35vv en 43vv; Huub Franssen e.a., Jaren van voorzichtig beleid 1866-1991. De huidige Rijksscholengemeenschap Koning Willem II 125 jaar in Tilburg, Tilburg, 1990, p. 36-37; P.J. Buijnsters, 'Over het verzamelen van Multatuliana', in: SIC, jrg. 2, 1987, nr. 1, p. 44-48; Alle genoemde werken zijn aanwezig in de Koninklijke Bibliotheek te 's-Gravenhage; Mededeling drs. Huub Franssen 7-1-1992.
Bron: internet 2015

 

Kok, A. S. - Zijn Levensbericht voor de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde
 

Multatuli in Tilburg

Ed Schilders

 

Ik bezoek wel eens een kapsalon waar een groot schilderij hangt van de twee speurneuzen uit de avonturen van Kuifje: Jansen en Jansens. Leuk, maar binnenkort ga ik ook eens voor knippen en kijken naar kapsalon Trends. Eigenaar-coiffeur John Laurijssen siert het interieur van de zaak namelijk graag op met kunstwerken, en zelf heeft hij, naast het knippen, een grote passie: beeldhouwen.

Peter IJsenbrant heeft iets met schrijversbeelden. Ooit kwam hij terug van vakantie in Italië met als souvenir een zak vol wit poeder en een ruime beker met siliconen. Gekocht van een fabrikant ergens op een afgelegen industrieterreintje in Toscane. Met die ingrediënten, zo verzekerde IJsenbrant me, konden we een mal maken rond een bestaand beeld, waarna het een koud  kunstje zou zijn om zelf nieuwe gipsen exemplaren te gieten. Het werd Balzac. Een vrij klein Balzacje, maar meer siliconen waren er nou eenmaal niet.

Wat er kan gebeuren als de ene gepassioneerde, IJsenbrant, zich laat knippen door de andere, Laurijssen, hebt u gisteren in deze krant kunnen lezen. Vanmiddag om vier uur wordt in het Letterkundig Museum in Den Haag een buste van de schrijver Multatuli toegevoegd aan de Schrijversgalerij. Laurijssen boetseerde hem ‘in opdracht’ van IJsenbrant, en het resultaat was zo indrukwekkend dat ze besloten een van de bronzen exemplaren aan het museum aan te bieden. Dat accepteerde graag, en daarmee vullen de twee Tilburgers een opmerkelijke leemte. Een dergelijk portret van de begenadigde en omstreden Multatuli, de schrijver van onder andere Max Havelaar en Woutertje Pieterse, bezat het Letterkundig Museum nog niet.

Ik vroeg me af of Multatuli (1820-1887) in zíjn tijd en op zíjn beurt iets met Tilburg heeft gehad. Dat bleek inderdaad het geval. Gepassioneerd is een te groot woord, maar hij had er twee zeer goede vrienden. De een was Abraham Seyne Kok, die in de Multatuli-encyclopedie voorkomt als ‘leraar in Tilburg’. Over zijn leven in Tilburg werd ik verder niet veel wijzer, maar in 1903 publiceerde hij een boekje over de door hem bewonderde schrijver, Multatuliana. De ander was Johan Roessingh van Iterson. Over hem is meer bekend. Hij woonde in de Willem II-straat en later aan de Spoorlaan. Hij werkte als hoofdingenieur bij ‘Tractie en Materieel’, een onderdeel van de NS-werkplaats. Beiden hebben uitgebreid met Multatuli gecorrespondeerd, en wat nog aardiger is, beiden behoorden in 1882 tot het selecte gezelschap dat het initiatief nam om geld in te zamelen voor de in armoede levende schrijver. Die actie is de geschiedenis van de Nederlandse letterkunde ingegaan als ‘Het Huldeblijk’. En zo, denk ik, mogen we ook de actie van Laurijssen en IJsenbrant beschouwen. Als het  hernieuwde en nu puur Tilburgs blijk van hulde aan een van onze grootste schrijvers. Ik stel voor dat geheel letterlievend Tilburg zich vanaf heden de haren nog uitsluitend laat snijden door John Laurijssen, onder toeziend oog van de in zijn kapsalon strategisch opgestelde bronzen Multatuli.

Brabants Dagblad/Tilburg Plus, 23 juni 2011

Peter IJsenbrant - http://www.schrijversbeelden.nl 

 

Kobes, Gerrit (30 maart 2017)

Gerrit Kobes werd geboren in Sinderen op 2 april 1947. Hij werkte aanvankelijk in de Jeugdzorg en later bij de Sociale Dienst in Tilburg. In 1980 werd hij archivaris bij het Gemeentearchief Tilburg (het huidige Regionaal Archief Tilburg). Daar hield hij zich onder andere bezig met het documenteren van Tilburgse oorlogsslachtoffers en verzetsmensen. Dat deed hij ook voor zijn woonplaats Goirle. Dankzij zijn vele interviews met oorlogsslachtoffers, verzetsmensen of familieleden of kennissen daarvan, heeft hij honderden verhalen kunnen vastleggen. Zijn uitgebreide documentatie over de Tweede Wereldoorlog in Tilburg en Goirle is terecht gekomen in het Regionaal Archief Tilburg.
Gerrit Kobes heeft enkele boeken geschreven of er aan meegewerkt: Inventaris van het archief van het Burgerlijk Armbestuur te Tilburg 1804-1947 (1950) (Tilburg, Gemeentearchief Tilburg, 1986); Donkere jaren. Twee eeuwen Goirle deel 6 (Goirle, Stichting Cultureel Contact, 1990); Piet de Bont, Jef van Gils, Gerrit Kobes, Piet Wiercx en Ben Loonen, Goirle 1940-1945. Een grensdorp bedreigd, bezet en bevrijd… (Goirle, Heemkundige Kring De Vyer Heertganghen, 1994); Ad de Beer en Gerrit Kobes, Het leven gebroken. De geschiedenissen van de Tilburgers die als gevolg van de strijd tegen Duitsland en de bezetting van Nederland om het leven kwamen (Tilburg, Stichting tot Behoud van Tilburgs Cultuurgoed, Tilburgse Bronnenreeks 4, 2002). Op dit laatste boek schreef hij samen met Ad de Beer nog een supplement: Het groeiend aantal slachtoffers. Een aanvulling op ‘Het leven gebroken’, in: Tilburg. Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 21, 2003, nr. 1, p. 26-29.
In 2004 maakte hij de ontdekking van het dagboek van Helga Deen wereldkundig wat hem (inter)nationale publiciteit opleverde. Dit dagboek werd in 2007 uitgegeven. Hij leverde informatie voor tientallen publicaties over de Tweede Wereldoorlog. Gerrit Kobes overleed te Goirle op 23 maart 2017.

Ronald Peeters

 

Kocken, Willem (19 november 2015)

 

Willem (W.C.M.) Kocken (Tilburg, 1950) is sinds 1986 beheerder van Galerie Bremmer in de Hasseltstraat 165 in Tilburg. Hij is op beperkte schaal actief als schrijver en dichter. Teksten van zijn hand verschenen in de jubileumuitgave van De Letterberg: ‘Een druppel regenboog’ (1993) en bij Maçonnieke uitgeverij De Steensplinter te Gouda verschenen dichtbundels in 1996, 1998, 2005, 2013 en 2015. Titels van zijn gedichtenbundels: Willem’s relativiteitstheorie; Willem’s verdraaide verzen; Willem’s gebundelde woorden ‘Op reis door de tijd’; Willem’s weg naar wijsheid, c.q. schoonheid, mentaliteit, religie, cynisme, hoop; Willem’s vijfde.
In 1996 verscheen enig grafisch werk (multiple’s) in samenwerking met de Nederlandse componist Jan van Dijk (1918) en de Hongaars-Belgische beeldend kunstenaar Jóska Soós (1921-2008). In 2005 maakte de Zwolse beeldend kunstenaar Gerrit Bas 18 kunstwerken (in gemengde techniek) gebaseerd op teksten van Willem Kocken. In 2012 verscheen zijn gedichtenbundel Beeld en Woord (Uitgave Petite Publishers) met daarin miniaturen van dichter, musicus en beeldend kunstenaar dr. Zura Kalanda (Tbilisi, Georgië, 1953).

Ronald Peeters

 

Kok, Antony

 


Antony Kok werd op 18 april 1882 te Rotterdam geboren als zoon van Pieter Kok (1857-1928) en Sophia Hagen (1859-1952). Hij werd in 1900 ambtenaar bij de Spoorwegen te Oisterwijk. Op 14 januari 1908 vestigde hij zich te Tilburg; hij ging op kamers wonen bij slager B. de Brouwer in de Tuinstraat 58. In zijn functie als chef-commies bij de spoorwegen, ontmoette Kok in augustus 1914 op het Tilburgse station Theo van Doesburg en de uit Drachten afkomstige dichter/schoenmaker Evert Rinsema, die als gemobiliseerde militairen op de Regte Heide tussen Alphen en Riel gelegerd werden. Dit was het begin van de vriendschap tussen Kok en Van Doesburg, tot de laatste in 1931 overleed. Via Van Doesburg heeft Antony Kok contact gekregen met een aantal internationaal bekende kunstenaars rond de beweging van De Stijl. In Tilburg werd uit lange gesprekken tussen Kok en Van Doesburg het idee geboren voor het uitgeven van een tijdschrift over beeldende kunst. Samen organiseerden zij soirees. Kok schreef zijn eerste klankgedichten, zelfs nog voor Hugo Ball in Duitsland of Paul van Ostayen in België daaraan toekwamen.

 

Regionaal Archief Tilburg

 

Toen Van Doesburg in september 1915 naar Utrecht werd overgeplaatst, ontstond er een levendige correspondentie tussen die twee. In oktober 1917 kwam het eerste nummer van het tijdschrift De Stijl uit, waarin ook een artikel van Kok werd opgenomen: 'De moderne schilderij in het interieur'. Onder de oprichters van De Stijl vinden we de schilders Van Doesburg, Huszár, Van der Leck en Mondriaan, de architecten Oud en Wils, en de dichter Antony Kok. Later zijn nog de architecten Van 't Hoff en Rietveld en de schilder Vantongerloo toegetreden. Het eerste nummer van de tweede jaargang in 1918, zou het historische nummer van De Stijl worden, omdat daarin de publikatie van het 'Manifest I van De Stijl 1918' plaatsvond, dat, evenals 'Manifest II van De Stijl 1920: de literatuur', ook door Kok zou worden ondertekend. Na enkele kunsttheoretische artikelen, publiceerde Kok in 1921 zijn eerste gedicht in De Stijl: Stilte + stem (vers in w). Zijn tweede gepubliceerde gedicht, en tevens zijn laatste bijdrage aan De Stijl (1923), is Nachtkroeg, dat hij op 13 september 1915 had geschreven. Daarnaast heeft hij nog drie gedichten in het weekblad De Eenheid en een in Holland Express gepubliceerd. Zijn bijna 10.000 ongepubliceerde aforismen, met name in de jaren vijftig en zestig gemaakt, zijn door hem gebundeld en afgestaan aan het Letterkundig Museum te 's-Gravenhage.

Antony Kok woonde vanaf 1918 bij zijn ouders in de Enschotsestraat 13b, in januari 1931 ging hij bij de familie Van Beurden in de Lovensestraat wonen, verhuisde in 1934 naar de Jan van Beverwijckstraat 29, en woonde ten slotte vanaf 1940 tot 1952 in de Drossaard Bernagiestraat 9. In 1952 verhuisde hij op 70-jarige leeftijd naar Haarlem waar hij de kunstschilder Kees Verwey leert kennen, die in 1954 een 40-tal portretten van hem maakte en in het Stedelijk Museum te Amsterdam en vervolgens in het Van Abbemuseum in Eindhoven (1955) tentoonstelde. Het artikel dat de Tilburgse kunstcriticus dr. F. Vercammen daarover in Het Nieuwsblad van het Zuiden schreef, was tot dan toe de enige in Tilburg verschenen publikatie over Kok. Het zijn de Tilburgers Rolf Janssen en Jef van Kempen geweest, die Antony Kok, de belangrijke dichter van De Stijl, een eeuw na zijn geboorte, uit de vergetelheid hebben gehaald.
Op 27 november 1968 werd bij Beyers te Utrecht een veiling gehouden waar onder andere boeken, tekeningen en brieven uit het bezit van Kok werden geveild. Het waren onder meer brieven van E. Lissitzky, H. Richter, Kurt Schwitters en Theo van Doesburg. Een jaar later, op 29 oktober 1969, is Antony Kok te Haarlem overleden.

Jef van Kempen en Rolf Janssen, 'Anthony Kok, Tilburgs dichter en denker (1882-1969)', in: Actum Tilliburgis, jrg. 13, 1982, nr. 4, p. 98-131 (ook als overdruk uitgegeven door hun eigen uitgeverijtje 'Het Teken'); NvhZ van 18-12-1982; Rolf Janssen en Jef van Kempen, 'Een verwijzing naar "De Stijl" op het centraal station van Tilburg', in: Tilburg. Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 2, 1984, nr. 2, p. 8-10; Anthony Kok, 'dichter' bij De Stijl, tentoonstellings-catalogus Stadsschouwburg/Kultureel Sentrum Tilburg, 1985; Jef van Kempen, 'Ik kom en breng een hemel hier op aarde. Over Theo van Doesburg', in: Tilburg, jrg. 7, 1989, nr. 3, p. 68-80; Will Tromp en J.A. Dautzenberg, Kok van De Stijl. Spoorwegbeambte te Tilburg, Oosterbeek, Bosbespers, 1989 (waarin uitgebreid oeuvre-overzicht van Kok en literatuurverwijzing).

Ronald Peeters

juli 2001
Antony Kok gedichten & Aforismen. Een keuze uit de gedichten en aforismen van Antony Kok, bezorgd en van een nawoord voorzien door Jef van Kempen (Tilburg, Monade-reeks, Art Brut, 2000), oplage 300 ex.
december 2014

Tentoonstelling De Stijl in Tilburg (2007-2008). Foto: Ed Schilders.

 

Alied Ottevanger, De Stijl in Tilburg. Over de vriendschap tussen Theo van Doesburg en Antony Kok (Amsterdam, Stokerkade, 2007), 80 blz.; Publicatie behorend bij de tentoonstelling De Stijl in Tilburg. Verslag van een bijzondere vriendschap in museum De Pont te Tilburg, van 8 september 2007 tot 6 januari 2008.

 

augustus 2015

Tijdens de renovatie/verbouwing van het centraal station van Tilburg in 2015 werd een detail van het gebouw plotseling beter zichtbaar dan het tevoren was geweest: de structuur en de kleuren van het deel van het station waar Kok zijn werk zou hebben uitgeoefend, of dat ten minste aan hem wil herinneren.

 

 

Foto's: Ed Schilders

 

27 december 2015 Regionaal Archief Tilburg

 

Meer foto's van de De Stijltentoonstelling

Foto's van Antony Kok uit het archief van Jef van Kempen

Jef van Kempen over De Stijl

 

Kempen, Jef van - Over De Stijl en het Centraal Station in Tilburg (Tilburg Tijdschrift)

Jef van Kempen over Theo van Doesburg (Tilburg Tijdschrift).

 

Kolen, Kees


Kees Kolen werd op 14 oktober 1946 te Tilburg geboren. Zijn middelbare schoolopleiding volgde hij op de Paulus-HBS; hij studeerde in 1973 af op de Katholieke Hogeschool Tilburg (KUB), met als specialisaties Sociologie van Staat en Openbaar Bestuur en Sociale Geschiedenis. Daarna was hij tien jaar docent Organisatiesociologie-management aan de Hogere Agrarische School te 's-Hertogenbosch. Drs. Kees Kolen opende in 1976 Antiquariaat Nillco, thans De Schaduw genoemd, en begon in 1984 met het uitgeven van boeken.
Sinds 1989 is hij hoofdredacteur van het Willem II-clubblad. In 1986 publiceerde hij Puk en Muk uit de Schaduw van Tilburg, en in 1987 Willem II 90 jaar in beeld 1896-1986, beide uitgegeven door De Schaduw.
Ronald Peeters

 


Komplement

 

In 1981 hebben Hans Renders, Wim Verhoeven en René van Peer (na twee nummers vervangen door H.J. Ramaekers) het tweemaandelijks in Tilburg verschijnende literair tijdschrift Komplement opgericht. Dit blad heeft slechts één jaargang (zes nummers) bestaan. Naast artikelen en gedichten van de leden van de redactie hebben onder anderen ook Arjan Onderdenwijngaard, Steven van Campen (nu hoofd cultuur NCRV), Patrick Bernauw en Steven Morris eraan meegewerkt.

Onder de uitgeversnaam Komplement werden ook enkele boekjes uitgegeven, zoals: De oplossing (1984), een verhandeling in brieven en foto's over de 'Paradox van Zeno', door A. v.d. Hout en Y. ten Biezen (pseudoniem voor Hans Renders), Catalogus voor de tentoonstelling Een vriendelijk gezicht voor het elektronisch tijdperk. Michele De Lucchi (1985), en Van poppenhuis naar torenflat. De architectuur van Maarten Min (1986), beide verschenen in een grote oplage onder eindredactie van Hans Renders.

Ronald Peeters


 

Kort, C. de / graficus (20 december 2015)

 

In de jaren vijftig maakte graficus C. de Kort in opdracht van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg een serie van tien etsen van Tilburgse stadsgezichten, waarvan enkele exemplaren in meerkleurendruk verschenen. Een gedrukte tekst, afkomstig uit het omslag van de etsen, vermeldt ‘eerste twintig oplagen voor gemeente tilburg’.
 

Prentencollectie Regionaal Archief Tilburg

Grotere weergave

 

De voorstellingen zijn:

 

panorama op Tilburg vanuit de Heikant

Extra grote weergave

 

weverswoningen aan het Julianaplein

 

de Heikese kerk

 

markt op het Piusplein met Heuvelse kerk op de achtergrond

 

de Hasseltse kapel

 

de Ringbaan-Zuid

 

de Piushaven

 

de Hoevense kanaalbrug met het Huis der Duizend Likeuren en de kerk van Koningshoeven

Extra grote weergave

 

de spoorbrug over het Wilhelminakanaal aan de Bosscheweg

 

en gezicht op Tilburg vanaf het viaduct van de Ringbaan-West.

Grotere weergave

 

Een serie etsen en enkele dubbelen bevinden zich in de prentencollectie van het Regionaal Archief Tilburg.

 

Kranten, Tilburgse


Regionaal Archief Tilburg. Detail (digitaal bewerkt) uit een van de oudste in Tilburg gemaakte foto’s, voorstellende August Janssen (1838-1915). In 1865 gemaakt door K.C. Festge. Janssen leest de Journal de Bruxelles.


Tot 1840 werden er in Tilburg geen kranten uitgegeven. Een beperkt deel van de Tilburgse bevolking dat kranten las, moest het doen met kranten zoals bijvoorbeeld de Bossche Courant. Verschillende kranten waren te lezen in de koffiehuizen en de sociëteiten. Op 7 augustus 1840 verscheen het eerste nummer van het Algemeen Nieuws- en Advertentieblad der Provincie Noord-Braband, gedrukt en uitgegeven door de Tilburgse boekdrukkers A. van der Voort en Zonen. In 1842 heet het blad De Echo. Het is niet bekend of deze krant het lang heeft volgehouden. Pas in 1862 wordt er door L.J. Goewie weer een krant in Tilburg uitgebracht: De Tilburger Bode, die zestien jaar zou bestaan. Inmiddels was er in 1865 door boekhandelaar W. Bergmans het Weekblad van Tilburg opgericht, dat vanaf 1866 door N. Luijten in Tilburg gedrukt zou worden. 

Na afschaffing van het dagbladzegel werd het weekblad omgezet in een twee keer per week verschijnende Tilburgsche Courant. Algemeen Nieuws- en Advertentieblad, en vanaf 18 december 1911 zou de krant voortaan dagelijks als Tilburgsche Courant. Dagblad van het Zuiden verschijnen. In 1931 werd dit dagblad door de firma Luijten verkocht aan de firma Antoine Arts, die in 1879 de Nieuwe Tilburgsche Courant had opgericht. Inmiddels was in 1917 een derde krant in Tilburg verschenen: Het Nieuwsblad van het Zuiden. In 1964 hield de Nieuwe Tilburgse Courant op te bestaan, en de uitgeversrechten werden verkocht aan Het Nieuwsblad van het Zuiden

Er zijn de afgelopen honderd jaar vele nieuws- en advertentiebladen in Tilburg uitgekomen, die hier onmogelijk allemaal opgesomd kunnen worden. Een uitvoerige studie over alle bekende Tilburgse kranten werd in 1980 door Pouwelse en Van Puijenbroek gepubliceerd. Vermeldenswaard zijn de weekbladen Tilburgsche Post (van de Tilburgsche Handelsdrukkerij Jean Smits & Zonen) en Roomsch Leven. Rooms Leven was hét katholieke weekblad van Tilburg, dat door W. Bergmans werd gedrukt en van 1916 tot 1970 heeft bestaan.
Op dit moment bestaan er in Tilburg nog een dagblad, Het Nieuwsblad, en drie weekbladen, namelijk De Tilburgse Koerier (in 1957 opgericht door J.H.G. de Beer en voortgezet door zijn weduwe T. de Beer-Douwes), Tilburg Vrij Uit (sinds 1973; onderdeel van Brabant Pers) en Stadsnieuws (in 1979 opgericht door Henk Smulders).
Het Nieuwsblad zal, naar het zich laat aanzien, in 1992 nog net haar 75-jarig bestaan kunnen vieren, voordat het in 1994 fuseert met het Brabants Dagblad. Beide kranten zijn onderdeel van de Brabant Pers (uitgeversconcern VNU), die voornemens is ook haar andere bladen, het Eindhovens Dagblad en het Helmonds Dagblad, te laten samengaan. Daarna gaan de vier Brabant Pers-bladen weer fuseren tot één groot Brabants dagblad. Tilburg zal zo na ruim 150 jaar zijn eigen krant gaan verliezen.

Anton van Oirschot, De krant in Brabant, Heeze, 1963, p. 37-41 en 53-54; drs. W.J. Pouwelse en dr. F.J.M. van Puijenbroek, 'Kranten in Tilburg', in: De Lindeboom, III/IV, 1979-1980, p. 123-210; Anton van Oirschot, 'Tilburg kreeg 150 jaar geleden zijn eerste krant', in: Tilburg Magazine, jrg. 2, nr. 1, april 1991, p. 30-32.
Regionaal Archief & Nederlandse Persbibliotheek Amsterdam

 

 

 

 

 

 

 

 

 


 

  Regionaal Archief Tilburg. De zetterij van Nieuwsblad van het Zuiden.

 

Sluiting van het redactiekantoor aan de Heuvel.

 

Eerste editie van De Tilburgse Koerier, 8 maart 1957

 

Kranten, Tilburgse - Perszuivering na de oorlog - door Anton van Oirschot


Kronenburg C.S.S.R., J.A.F.


Joannes Antonius Franciscus Kronenburg werd op 22 september 1853 te Zutphen geboren. Hij studeerde aan het seminarie te Kuilenburg, trad in de congregatie van de Allerheiligste Verlosser, was leraar en directeur van het Juvenaat der redemptoristen te Roermond en werd provinciaal-overste van de redemptoristen. Kronenburg was rector van de Zusters van Liefde te Tilburg.

Hij schreef voor Tilburg een drietal belangrijke boeken: Levensschets van mgr. Joannes Zwijsen als stichter van de Congregatie der Zusters van Liefde [...] (Tilburg, Stoomdrukkerij R.K. Jongensweeshuis, 1909), samen met Chr. Boomaars C.SS.R. De Zusters van Liefde der Congregatie van O.L. Vrouw, Moeder van Barmhartigheid, gevestigd te Tilburg, van 1832-1922 ('s-Hertogenbosch, Zuid-Nederlandsche Drukkerij, 1924), en De eerbiedwaardige dienaar Gods Petrus Donders. Nieuwe levensbeschrijving (Tilburg, W. Bergmans, 1925). Van dit laatste boek verschenen in 1927 een Franse, in 1929 een Duitse, in 1930 een Engelse en Spaanse, in 1931 een Italiaanse en in 1947 een Portugese vertaling.

Verder kunnen genoemd worden de uit acht delen bestaande reeks Maria's heerlijkheid in Nederland. Geschiedkundige schets van de verering der H. Maagd in ons vaderland, van de eerste tijden tot op onze dagen (Amsterdam, 1904), De h.h. martelaren van Gorcum (Amsterdam, F.H.J. Bekker, 1917, 4e druk), Door Suriname, De H. Gerardus Majella, Neerlands heiligen in vroeger eeuwen (Amsterdam, F.H.J. Bekker, 1900-1904, 4 delen), Neerlands heiligen in de middeleeuwen en Neerlands heiligen in later eeuwen.
Kronenburg was lid van de Maatschappij van Letterkunde en van het Historisch Genootschap te Utrecht.
R.K. 'Wie is dat ?', Leiden, z.j. (ca. 1925), p. 76.

Ronald Peeters

Ed Schilders - Omslag en chromolithografische frontispieces uit de Neerlands Heiligen-reeks van Kronenburg.

 

 

 

 


 

Kroniekje van Tilburg


In 1897 werd in Taxandria. Tijdschrift voor Noordbrabantse Geschiedenis en Volkskunde door mr. W. Bezemer in afleveringen een Kroniekje van Tilburg 1774-1830 gepubliceerd. Een afschrift van het origineel, waarvan hij uitging, bevond zich in de bibliotheek van het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen te 's-Hertogenbosch (thans Bibliotheek KUB). Het was gecollationneerd door de toenmalige bibliothecaris van het Genootschap, dr. C.R. Hermans. Volgens hem zou het vervaardigd zijn door de broer van de bekende Tilburgse kunstschilder Adriaan de Lelie (1755-1820). Bedoeld wordt Laurentius de Lelie (1757-1831), zoon van Arnoldus de Lelie en Helena Hoecken, van beroep kaardemaker en wonende in het Nieuwland. Uit een in het Gemeentearchief van Tilburg bewaard gebleven handschrift van W.A. Dams, blijkt dat ook zijn broer Jan Arnoldus de Lelie (1744-1829), boterwaagmeester en eveneens wonende in het Nieuwland, mede-auteur van het kroniekje is geweest. Dams heeft in zijn handschrift namelijk een uittreksel opgenomen uit een gedeeltelijk gevonden Cronyk door Jan Arnoldus de Lelie. In dit uittreksel wordt ook een extract uit een Cronyk rakende Tilburg vermeld betreffende een feit uit 1720, zodat vermoedelijk reeds door hun grootvader Jan de Lelie een kroniek over Tilburg werd bijgehouden. 
De titel van het handschrift dat Bezemer publiceerde, luidt: Cronykje van eenige zaaken, die zedert en in het jaar 1774 alhier te Tilburg zijn voorgevallen. Bij gebrek aan een plaatselijke krant zijn er in het handschrift allerlei wetenswaardigheden van soms alledaagse gebeurtenissen voor het nageslacht in een chronologische volgorde vastgelegd. Het Gemeentearchief van Tilburg bezit ook nog een handschrift van het Kroniekje van Tilburg over 1774-1854 door Jan Baptist de Beer (1787-1856). De Beer was landbouwer van beroep en sinds 1815 was hij werkzaam op de fabriek van Diepen op Korvel, eerst als spinner en later als meesterknecht. Het eerste gedeelte van zijn kroniek (1774-1824) heeft hij gekopieerd van het origineel door Laurentius de Lelie, die het hem ter lezing had gegeven. Vanaf 1813 noteerde hij zijn eigen kroniek.
In 1918 publiceerde Jacques van der Marck in Het Nieuwsblad van het Zuiden een onvolledige bewerking van de Cronique van hetgeen in en om Tilburg is voorgevallen van 1774-1851 aangetekend door L. de Lelie en J.B. de Beer onder de titel Uit het dagboek van een Tilburger. Er werd ook een overdruk van de artikelenreeks uitgegeven.
Taxandria, IV, 1897, p. 17-21, 41-46, 103-107 en 164-169; L. de Lelie en J.B. de Beer, Uit het dagboek van een Tilburger. Cronieque in en omtrent Tilburg voorgevallen (bewerkt door J. v.d. Marck), Tilburg, Het Nieuwsblad van het Zuiden, 1918; Jan Baptist de Beer, 'De kozakken in Tilburg' (bewerking door Henk van Doremalen), in: Tilburg. Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 4, nr. 4, 1988, p. 4-6; GAT, Collectie handschriften, handschriften J.B. de Beer en W.A. Dams. 
Cronyckje van Tilburg, W. Bezemer (red), uit Taxandria.


Kuiper, Henk

 

Foto: Milieucafé

 

Veldbioloog Hendrik Willem ('Henk') Kuiper werd op 23 januari 1951 geboren te Tilburg. Hij kwam in de publiciteit door zich op 9 juni 1979 op een braakliggend terrein aan het Tilburgse Wilhelminakanaal, weg uit het land 'Consumptia' in het land 'Huttonia', zoals hij dat noemde, te vestigen. Een jaar later, in april 1980, vond hij een nieuw onderkomen op een oud stortterrein in het dal van de Ley aan de Abcovensedijk te Goirle. Het gebrek aan bouwvergunningen en met behulp van de sterke arm, heeft hij uiteindelijk zijn van 'consumptiedwang bevrijd' bestaan moeten opgeven. Over zijn levensfilosofie en zijn woonavonturen in Tilburg en Goirle, schreef Henk Kuiper het boek Huttonia, de droom die geen werkelijk mocht worden (Haarlem, De Toorts, 1984).

juli 2001

Onder het pseudoniem Frits van de Heuvel schreef hij Gek van Linde. Hoe een gezonde Tilburger schizofreen wordt door een boom (Tilburg, Heuvelpers, z.j. [eigen beheer, 1996], 80 blz.) over de lindeboom op de Heuvel. Henk Kuiper schreef over dezelfde boom Tilburg vijf eeuwen rond de 'heilige' Linde (Zaltbommel, Europese Bibliotheek, 2000, 239 blz.).

7 november 2015

In 2004 verscheen zijn boek Piushaven levende have. Stadsnatuur onder de loep, in samenwerking met o.a. fotograaf Francine van Werde (uitgave Stichting Thuishaven Tilburg), en in 2005 het boek Tilburg daar leeft meer dan je denkt. Een natuurlijke visie op de stad, een uitgave van Stichting Stadsbomen Tilburg en Uitgeverij Blad & Boek.

 

21 juni 2015

Henk Kuiper overleed op 1 april 2014 in Tilburg.

  Joep Eijkens - In memoriam Henk Kuiper

Ronald Peeters

 

 

 

 

Henk Kuiper: De naam Tilburg

Kuiper, Henk - Over Moerenburg (Tilburg Tijdschrift)


Begin pagina

Inhoud De Paap van gramschap

CuBra Home


Kalmthout, Kees van
Kanter, Boekhandel Gebroeders De
Kempen, Jef van

Kerkhofs, Walter
Kerstens, Rob
Kessels, Elsa

Kessels, Marietje
Kessels, Mathieu en Paul

Ketelaars, Jeroen
Keurraad voor Roomsche Jeugdlectuur
Kieckens, Charles
Klavier, Cas

Knuvelder, dr. Gerard
Kobes, Gerrit

Kocken, Willem

Kok, Antony
Kok, dr. Abraham Seijne
Kolen, Kees
Komplement, Literair tijdschrift
Kort, C. de / graficus

Kranten, Tilburgse
Kronenburg C.SS.R., J.A.F.
Kroniekje van Tilburg
Kuiper, Henk